GS6 Jodenvervolging deel 1 nabeschouwing

Welk begrip past bij deze omschrijving?

'Alles moest in het teken staan van de nazi-ideologie, wie het er niet mee eens was kreeg het moeilijk in Duitsland'.
A
gelijkschakeling
B
rassenleer
C
antisemitisme
D
Neurenberger wetten
1 / 12
volgende
Slide 1: Quizvraag
MaatschappijwetenschappenMiddelbare schoolvmbo t, havoLeerjaar 2

In deze les zitten 12 slides, met interactieve quizzen.

time-iconLesduur is: 14 min

Onderdelen in deze les

Welk begrip past bij deze omschrijving?

'Alles moest in het teken staan van de nazi-ideologie, wie het er niet mee eens was kreeg het moeilijk in Duitsland'.
A
gelijkschakeling
B
rassenleer
C
antisemitisme
D
Neurenberger wetten

Slide 1 - Quizvraag

Welke begrip past bij deze omschrijving?
In 1921 opgerichte beschermingsdienst (knokploeg) met in eerste instantie de taak om partijvergaderingen van de Nationaalsocialistische Duitse Arbeiderspartij te beschermen tegen politieke tegenstanders en het intimideren van politieke tegenstanders. Aanhangers werden ook wel 'bruinhemden' genoemd.
A
SS
B
NSDAP
C
NSB
D
SA

Slide 2 - Quizvraag

Welk begrip past bij de tekst?
De verbood huwelijken en omgang tussen niet-Joodse Duitsers en Joden. Het doel was het zuiver houden van het Duitse bloed en het zeker stellen van de toekomst van de Duitse natie. Wie het huwelijksverbod overtrad, werd naar een tuchthuis gestuurd. Verder mochten Joden geen Duitse vrouwen in dienst hebben en mochten ze de nationale vlag niet hijsen. Een overtreding van die laatste twee verboden werd bestraft met een jaar gevangenisstraf en/of een geldboete.

Slide 3 - Open vraag

Bij welke historische gebeurtenis hoort deze foto?

Slide 4 - Open vraag

Hieronder staan vier beweringen over de Jodenvervolging in Nederland tijdens de Tweede Wereldoorlog.
➤Welke bewering is juist?
A
Alleen Joden waren verplicht altijd een persoonsbewijs bij zich te hebben.
B
Het grootste deel van de Joden kon de oorlog overleven dankzij de mogelijkheid om onder te duiken.
C
Joden werden vervolgd omdat ze tegen de nazi's waren en niet op de NSDAP stemden.
D
Na een razzia werden Joden afgevoerd naar doorgangskamp Westerbork.

Slide 5 - Quizvraag

Duitse leerlingen leerden, met behulp van deze
schoolplaat, in de jaren '30 hoe ze door uiterlijke kenmerken
Duitsers uit Zuid, Midden en Noord-Duitsland konden herkennen.

Van welk begrip is deze plaat een onderdeel?

Slide 6 - Open vraag

Op deze Duitse schoolplaat zie je hoe leerlingen in de jaren '30
werd geleerd hoe ze Joden konden herkennen aan uiterlijke
kenmerken.
Leg uit waarom de nazi's wilden dat leraren in
Duitsland deze les gaven.

Slide 7 - Open vraag

Welke begrip past bij deze omschrijving?
In 1925 opgericht en was oorspronkelijk de persoonlijke lijfwacht van Adolf Hitler. De groepering groeide uit tot wat de nazi's beschouwden als een elite-eenheid. Ze hadden eigen kentekens, uniformen en militaire rangen. Leden van deze groep werden ook wel 'zwarthemden' genoemd.
A
SS
B
NSDAP
C
NSB
D
SA

Slide 8 - Quizvraag

Welk begrip past bij deze bron?

Joden werden uit hun huizen gehaald en moesten verplicht gaan wonen in het 'Judenviertel'. In de stad Warschau zaten op enkele vierkante kilometers meer dan 400.000 joden op elkaar gepropt.

Slide 9 - Open vraag

Noem drie verschillende groepen die moesten onderduiken.

Slide 10 - Open vraag

Wat werd er besproken tijdens de Wannsee conferentie?
A
de Endlösung
B
De Neurenberger rassenwetten
C
Operatie Barbarossa
D
De slag om Stalingrad

Slide 11 - Quizvraag

Kamp Westerbork was een..
A
werkkamp
B
doorvoerkamp
C
vernietigingskamp
D
een werkkamp en een doorvoerkamp

Slide 12 - Quizvraag