Startles AED en Reanimatie

Reanimatie en AED
1 / 26
volgende
Slide 1: Tekstslide
Zorg en WelzijnPraktijkonderwijsLeerjaar 2,3

In deze les zitten 26 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 4 videos.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Reanimatie en AED

Slide 1 - Tekstslide

Reanimatie en AED
Vandaag gaan jullie kennismaken met reanimeren en het gebruik van een AED.
Aan het einde van de les ben je klaar om zelf aan de slag te gaan met reanimeren. 

Slide 2 - Tekstslide

Ken jij iemand met hartproblemen? Of iemand die een hartstilstand heeft gehad?

Slide 3 - Open vraag

Hoeveel mensen per week krijgen in Nederland een hartaanval?
A
100
B
200
C
300
D
400

Slide 4 - Quizvraag

Hoe groot is een mensenhart?
A
zo groot als een mandarijn
B
Zo groot als een vuist
C
Zo groot als een voetbal
D
Zo groot als een knikker

Slide 5 - Quizvraag

Slide 6 - Video

Het ontstaan van een hartinfarct
Slagaderziekte verzwakt de binnenwand van de slagaders zonder dat je er veel van merkt, totdat een bloedpropje het laatste duwtje geeft en voor een afsluiting zorgt. Als dit gebeurt in het hart is er sprake van een hartinfarct. 
Een ader in het hart wordt afgesloten door een bloedpropje, het hart krijgt onvoldoende zuurstof en het hart doet het niet meer goed. Uiteindelijk staat het zelfs stil.

Slide 7 - Tekstslide

Symptomen
Een drukkende pijn op de borst is het meest duidelijke signaal bij een hartinfarct. Het voelt alsof iemand een band om je borst snoert. Bij een hartinfarct gaat dit gevoel niet over. 
De pijn op de borst gaat vaak samen met: uitstralende pijn naar de armen, schouderbladen, hals, kaak of maagstreek, zweten, misselijkheid of braken. Bij een hartinfarct zijn er soms ook minder duidelijke signalen. Die komen vaker bij vrouwen voor dan bij mannen. Ook bij ouderen en patiënten met diabetes kunnen de signalen onduidelijk zijn. 

Slide 8 - Tekstslide

Slide 9 - Video

Misschien een hartinfarct?
Start met reanimeren !
Meteen!

De eerste stap = controleren van de ademhaling

Je kan het niet fout doen. 
Niks doen is de enige fout, die je kan maken!

Slide 10 - Tekstslide

Slide 11 - Video

Hoe vaak moet iemand ademhalen in 10 seconden?
A
1 keer
B
2 keer
C
4 keer
D
8 keer

Slide 12 - Quizvraag

Hoe vaak geef je borst-compressies?
A
20 keer
B
25 keer
C
2 keer
D
30 keer

Slide 13 - Quizvraag

Hoe heet een schokapparaat?
A
AED
B
ADD
C
ADHD
D
AAD

Slide 14 - Quizvraag

Hoe vaak geef je mond op mond beademing?
A
1 keer
B
2 keer
C
3 keer
D
4 keer

Slide 15 - Quizvraag

Wat doe je als eerste als je een slachtoffer ziet liggen?
A
Ademhaling checken
B
112 bellen
C
veiligheid checken
D
vraag 'gaat het?'

Slide 16 - Quizvraag

Download de 'Held' app.
En probeer zelf iemand te redden!

Slide 17 - Tekstslide

8

Slide 18 - Video

00:04
Met welke handeling begint een reanimatie?

Slide 19 - Open vraag

00:14
Wat zijn de volgende handelingen van een reanimatie van een reanimatie?

Slide 20 - Open vraag

00:23
Daarna bel je 112. Waarom legt de hulpverlener de telefoon naast het hoofd van het slachtoffer?

Slide 21 - Open vraag

00:38
Hoeveel ademhalingen wil e ongeveer voelen in 10 seconden?

Slide 22 - Open vraag

00:48
Hoe heet het apparaat, dat je ziet op de video?

Slide 23 - Open vraag

01:26
Wie praat hier eigenlijk?

Slide 24 - Open vraag

01:28
Waarom mag je patiënt niet aanraken?

Slide 25 - Open vraag

01:35
Hoe was het ook weer? Hoeveel compressies en hoeveel beademingen?

Slide 26 - Open vraag