K3_ges: herhaling PTA 3-4

HERHALING
PTA 3-4
Geschiedenis Kader 3


Sociale Zekerheid en Verzorgingsstaat in Nederland
Historisch overzicht 1848-1914
1 / 33
volgende
Slide 1: Tekstslide
GeschiedenisMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 3

In deze les zitten 33 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

HERHALING
PTA 3-4
Geschiedenis Kader 3


Sociale Zekerheid en Verzorgingsstaat in Nederland
Historisch overzicht 1848-1914

Slide 1 - Tekstslide

Leerdoel
Aan het eind van deze les weet je wat je moet leren voor PTA 3-4.


Slide 2 - Tekstslide

Sociale Zekerheid en Verzorgingsstaat in Nederland
Herhaling

Slide 3 - Tekstslide

Begrippen
  • Industrialisatie
  • Liefdadigheid
  • Confessionelen
  • Conservatief-liberalen
  • Jong-liberalen
  • Liberalen 
  • Nachtwakersstaat
  • Vakbond
  • Algemeen kiesrecht
  • Sociaaldemocraten
  • Sociale kwestie

Slide 4 - Tekstslide

Begrippen
  • Beurskrach
  • Steunuitkering
  • Werkverschaffingsproject
  • Aanpassingspolitiek
  • Plan van Arbeid
  • Geleide loonpolitiek
  • Harmoniemodel
  • Marshallplan
  • Wederopbouw
  • Consumptiemaatschappij
  • Sociale zekerheid

Slide 5 - Tekstslide

Begrippen
  • Verzorgingsstaat
  • Vergrijzing
  • Flexwerker

Slide 6 - Tekstslide

Personen 
  • Willem Drees  (1886-1988)
    Minister-president van Nederland van 1948-1958. Hij wordt gezien als de grondlegger van de verzorgingsstaat. ('vadertje Drees')
  • Ruud Lubbers (1939-2018)
    Minister-president van Nederland van 1982-1994. In de jaren tachtig begonnen onder zijn leiding de eerste bezuinigingen op de verzorgingsstaat.

Slide 7 - Tekstslide

Wie is wie?
Willem Drees
Ruud Lubbers
Minister-rresident van 1948-1958
Minister-rresident van 1982-1994
Grondlegger verzorgingsstaat
Bezuinigen op verzorgingsstaat

Slide 8 - Sleepvraag

Jaartallen
  • 1845: Armenwet
  • 1874: Kinderwetje van Van Houten
  • 1919: Algemeen mannen kiesrecht (passief vrouwen kiesrecht)
  • 1929: Beurskrach
  • 1934: Jordaanoproer
  • 1940-1945: WO II
  • 1947: Noodwet Ouderdomsvoorziening
  • 1949: Werkloosheidswet (WW)

Slide 9 - Tekstslide

Jaartallen
  • 1957: Algemene Oudedomswet (AOW)
  • 1965: Algmene Bijstandswet (ABW)
  • 1967: Wet Arbeidsongeschiktheid (WAO)
  • 1985: Akkoord van Wassenaar
  • 2009: AOW leeftijd naar 69 jaar.

Slide 10 - Tekstslide

Zet de gebeurtenissen op de juiste volgorde van tijd.
A
AOW-leeftijd wordt verhoogd naar 69 jaar.
B
Invoering van het Algemeen mannenkiesrecht
C
Armenwet ingevoerd, waardoor gemeenten een grotere rol krijgen in de zorg voor armen.
D
Willem Drees wordt minister-president van Nederland.
E
Grondwet van 1848.
F
Beurskrach in de VS, met een wereldwijde economische crisis tot gevolg. 
G
Tweede Wereldoorlog in Nederland.
H
Invoering van de Algemene Ouderdomswet (AOW).

Slide 11 - Sleepvraag

Leerdoelen
  • Je kunt een omschrijving geven van de manier waarop de armenzorg geregeld was tot 1930. (liefdadigheid en nachtwakersstaat)
  • Je kunt minimaal twee gevolgen van de crisis in de jaren dertig noemen voor de armenzorg in Nederland.
  • Je kunt uitleggen hoe de verzorgingsstaat in Nederland zich na 1945 ontwikkelde. Hierbij geef je de naam en de wetten die in de jaren vijftig en zestig zijn aangenomen om een inkomen te verzekeren voor mensen die oud, ziek of werkloos waren.
  • Je kunt minimaal drie problemen noemen waar de verzorgingsstaat mee te maken kreeg na 1970. En je kunt minimaal drie oplossingen noemen die voor die problemen zijn bedacht.

Slide 12 - Tekstslide

Geef een omschrijving van de manier waarop de armenzorg geregeld was tot 1930.
Gebruik in je antwoord: liefdadigheid en nachtwakersstaat.

Slide 13 - Open vraag

Noem minimaal twee gevolgen van de crisis in de jaren dertig noemen voor de armenzorg in Nederland.

Slide 14 - Open vraag

Leg uit hoe de verzorgingsstaat in Nederland zich na 1945 ontwikkelde. Geef hierbij de naam en de wetten die in de jaren vijftig en zestig zijn aangenomen om een inkomen te verzekeren voor mensen die oud, ziek of werkloos waren.

Slide 15 - Open vraag

Noem een problemen waar de verzorgingsstaat mee te maken kreeg na 1970. Geef ook een oplossing die voor dat probleem is bedacht.

Slide 16 - Open vraag

Nederland van 1848-1914
Herhaling

Slide 17 - Tekstslide

Begrippen
  • Actief kiesrecht
  • Algemeen kiesrecht
  • Censuskiesrecht
  • Coalitie
  • Communisten
  • Confessionelen
  • Democratie
  • Districtenstelsel
  • Emancipatie
  • Evenredige vertegenwoordiging

Slide 18 - Tekstslide

Begrippen
  • Feminsme
  • Grondwet
  • Industrialisatie
  • Kiesrecht
  • Klassieke grondrechten
  • Liberalen
  • Ministeriële verantwoordelijkheid
  • Monarchie
  • Oppositie
  • Parlement
  • Parlementaire democratie

Slide 19 - Tekstslide

Begrippen
  • Passief kiesrecht
  • Regering
  • Republiek
  • Sociaal-democraten
  • Socialisme
  • Vakbond
  • Verzuiling

Slide 20 - Tekstslide

Personen 
  • Johan Thorbecke (1798-1872)
    LIberale politicus. Onder zijn leiding werd de grondwet van 1848 geschreven.
  • Koning Willem II (1792-1849)
    Liet Thorbecke de grondwet wijzigen, waardoor ons land een parlementaire democratie werd.
  • Koning Willem III (1817-1890)

Slide 21 - Tekstslide

Personen 
  • Pieter Jelles Troelstra (1860-1930)
  • Socialist. Richtte de SDAP op en streed voor de revolutie: ' vergissing van Troelstra' .
  • Abraham Kuyper (1837-1920)
    Protestantse politicus. Richtte de ARP op, minister-president in 1901.
  • Herman Schaepman (1844-1903)
    Katholieke priester en politicus. Zette zich in voor de emancipatie van katholieken.

Slide 22 - Tekstslide

Personen 
  • Wilhelmina Drucker (1847-1925)
  • Feministe, richtte de VVV en de VvVK op.
  • Aletta Jacobs (1854-1929)
    Eerste vrouwelijke huisarts in Nederland. Zette zich in voor de emancipatie van de vrouw en streed voor vrouwenkiesrecht.

Slide 23 - Tekstslide

Wie is wie?
Aletta Jacobs
Koning Willem II
Koning Willem III
Abraham Kuyper
Johan Thorbecke
Wilhelmina Drucker
Pieter Jelles Troelstra
Herman Schaepman
Streed voor vrouwen emancipatie
Eerste vrouwelijke arts in Nederland.
Koning tijdens de grondwetswijziging van 1848.
Leider van de commissie voor de grondwetswijziging van 1848.
Protestantse politicus. Richtte de ARP op.
Koning na de grondwetswijziging van 1848. Wilde deze terugdraaien, maar dat kon niet meer.
Socialist en wilde de revolutie in Nederland uitroepen. Dit werd bekend onder 'de vergissing van Troelstra'.
Katholiek die zich inzette voor de emancipatie van katholieken.
Oprichter van de SDAP.

Slide 24 - Sleepvraag

Jaartallen
  • 1848: Revoluties in Europese landen
  • 1848: Grondwet van Thorbecke
  • 1917: Pacificatie van 1917 (einde schoolstrijd)
  • 1917: Grondwetswijziging: invoering algemeen kiesrecht mannen/passief kiesrecht vrouwen en kiesstelsel evenredige vertegenwoordiging
  • 1919: Algemeen actief kiesrecht voor vrouwen.

Slide 25 - Tekstslide

Zet de gebeurtenissen op de juiste volgorde van tijd.
A
Tweede Wereldoorlog in Nederland.
B
Aletta Jacobs studeerd af als eerste Nederlandse vrouwelijke arts.
C
Willem III wordt koning van Nederland.
D
Invoering algemeen mannenkiesrecht.
E
Grondwet van 1848.
F
Pacificatie, waardoor er een einde komt aan de schoolstrijd.
G
Algemeen (actief) kiesrecht voor vrouwen.
H
Beurskrach, met een wereldwijde economische crisis tot gevolg. 

Slide 26 - Sleepvraag

Leerdoelen
  • Je weet welke gevolgen de grondwet van 1848 had voor het bestuur in Nederland.
  • Je weet welke gevolgen de opkomst van de industrie had voor de arbeiders.
  • Je weet welke groepen gingen strijden voor emancipatie.
  • Je weet waarom en hoe vrouwen streden voor emancipatie.
  • Je weet wat er veranderde in de grondwet van 1917.

Slide 27 - Tekstslide

Welke gevolgen had de grondwet van 1848 voor het bestuur in Nederland.

Slide 28 - Open vraag

Welke gevolgen had de opkomst van de industrie voor de arbeiders.

Slide 29 - Open vraag

Welke groepen gingen strijden voor emancipatie?

Slide 30 - Open vraag

Waarom en hoe streden vrouwen voor emancipatie?

Slide 31 - Open vraag

Wat veranderde er door de grondwet van 1917?

Slide 32 - Open vraag

Stel 1 vraag over de lesstof
die je niet hebt begrepen.

Slide 33 - Open vraag