Filosofie 3/4 - Thema 1 - Hoofdstuk 3: De zin van filosofie

Thema 1: 
Wat is filosofie? 
1 / 53
volgende
Slide 1: Tekstslide
FilosofieSecundair onderwijs

In deze les zitten 53 slides, met tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

Thema 1: 
Wat is filosofie? 

Slide 1 - Tekstslide

Hoofdstuk 3: De zin van filosofie

HB p. 26-36

Slide 2 - Tekstslide

Wist je dat...
• Slecht 3 % van de bevraagde jongeren kan de juistheid van een nieuwsbericht beoordelen.
• 50 % van de bevraagde jongeren checkt de bron van een nieuwsartikel.
• 44 % van de bevraagde jongeren verneemt het nieuws vooral van zijn vrienden, ouders en leerkrachten.

Slide 3 - Tekstslide

1. Kritisch denken
HB p. 27-29

Slide 4 - Tekstslide

Slide 5 - Tekstslide

Eva-Anne Le Coultre:
 Je eigen ideeën en veronderstellingen in vraag stellen
 in dialoog gaan met anderen

Slide 6 - Tekstslide

Slide 7 - Tekstslide

Johan Braeckman
Je eigen standpunt in vraag stellen 
en afvragen wat het waard is

Slide 8 - Tekstslide

3. Goed en gelukkig leven

HB p. 32-34

Slide 9 - Tekstslide

Leerdoelen
Aan het einde van de les kun je:

- Benoemen wat de kenmerken van een socratisch gesprek zijn
- Uitleggen wat het verschil is tussen een dialoog (socratisch gesprek) en een debat (discussie)
- Wat het doel is van een socratisch gesprek


Slide 10 - Tekstslide

Waar begint filosofie?

  • Filosofie begint bij verwondering.
  • Verwondering leidt tot vragen. 

Slide 11 - Tekstslide

Socrates
Waar kennen we hem ook alweer van?
  1. 'Socratische' manier van vragen stellen
  2. Bijnaam: 'de horzel'. 
  3. Zegt: "Een gelukkig leven is een deugdzaam leven."
  4. Probeert aan te tonen dat sommige regels voor iedereen gelden en dat je pas goed kunt handelen als je inzicht krijgt in wat goed en slecht is.

Slide 12 - Tekstslide

Socratische dialoog
Hij stelde vragen aan iedereen die hij tegen kwam,
zodat die gingen nadenken over hun eigen ideeën. Socrates gaf zelf geen antwoorden.

Totdat men tot deze conclusie kwam: "Ik weet dat ik niets weet". Dat is het begin van alle wijsheid want dan pas ga je echt vragen stellen. 

Slide 13 - Tekstslide

Voorbeeldvragen
  • Wat is wijsheid?
  • Wat is het goede?
  • Is het beter om bewust of onbewust verkeerd te handelen?
  • Kan je zelf gelukkig zijn als je geluk andere mensen ongelukkig maakt?

Slide 14 - Tekstslide

Kenmerken van de Socratische methode

- Je vraagt door. (Wat bedoel je daar mee?)  
- Er is geen winnaar of verliezer.
- Er is bereidheid om open naar elkaar te luisteren.
- Ieder durft zijn mening te zeggen ook al is die mening afwijkend.
- Er is respect voor elkaars normen en waarden. 

Slide 15 - Tekstslide

Slide 16 - Video

Slide 17 - Tekstslide

Oefen met de Socratische methode
  1. Kies een vraag uit het handboek op pagina 32 en 33. 
  2. Voer samen met je buurman/buurvrouw een gesprek over geluk volgens de Socratische methode. De eerste twee  minuten geeft leerling 1 zijn/haar mening, de andere leerling luistert en stelt vragen. Na 2 minuten wisselen we...

stopwatch
00:00

Slide 18 - Tekstslide

Sofisten
  • Rondtrekkende geleerden die tegen betaling onderwijs gaven in Athene. 
  • Ze waren kritisch tegenover de mythen (net zoals de natuurfilosofen): ze vonden dat er geen antwoord was op de raadselen van de natuur dus wilden ze zich bezighouden met de mens. 
  • Ze trokken rond van staat tot staat en kwamen dus veel mensen tegen met allemaal andere normen en waarden. Ze dachten dus - in tegenstelling tot Socrates - dat er geen algemeen geldende criteria voor goed en kwaad bestonden.

Slide 19 - Tekstslide

2. Leren argumenteren

HB p. 30-31

Slide 20 - Tekstslide

1. Meningen vs. feiten

Slide 21 - Tekstslide

2. Meningen/standpunten vs. argumenten

Slide 22 - Tekstslide

3. Geldige en ware redeneringen

Slide 23 - Tekstslide

Oefenen!
Maak de oefeningen op het oefenplatform van Disco!
> Hoofdstuk 3: De zin van filosofie
> Begin bij oefening 1.3. 
> Daarna kan je oefeningen 1.1.  en 1.4. ook maken (niet 1.2.)

Slide 24 - Tekstslide

Taak op punten
Maak nu 'Stof tot nadenken' op pagina 33-34, A en B 
Let op: dit zijn 4 vragen. 

 Gebruik het hoofdstuk dat we net afgewerkt hebben! 

Slide 25 - Tekstslide

Extra: 
Wat betekent geluk voor jou?

Enkel voor 3 MWW

Slide 26 - Tekstslide

Slide 27 - Tekstslide

Slide 28 - Tekstslide

Slide 29 - Tekstslide

Slide 30 - Tekstslide

Slide 31 - Tekstslide

Slide 32 - Tekstslide

Slide 33 - Tekstslide

Slide 34 - Tekstslide

Slide 35 - Tekstslide

Slide 36 - Tekstslide

Slide 37 - Tekstslide

Slide 38 - Tekstslide

Slide 39 - Tekstslide

Slide 40 - Tekstslide

Slide 41 - Tekstslide

Slide 42 - Tekstslide

Slide 43 - Tekstslide

Slide 44 - Tekstslide

Slide 45 - Tekstslide

Slide 46 - Tekstslide

Slide 47 - Tekstslide

Slide 48 - Tekstslide

Slide 49 - Tekstslide

Slide 50 - Tekstslide

Slide 51 - Tekstslide

Slide 52 - Tekstslide

Slide 53 - Tekstslide