Maandag 27 oktober
1 / 18
Onderdelen in deze les
Slide 1 - Tekstslide
Wanneer eet je het ontbijt?
A
's ochtends
B
's middags
C
's avonds
Slide 2 - Quizvraag
A
Waddeneilanden
B
Flevoland
C
Afsluitdijk
Slide 3 - Quizvraag
Waar is dit
A
Amsterdam
B
Rotterdam
C
Den Haag
Slide 4 - Quizvraag
Slide 5 - Tekstslide
Slide 6 - Tekstslide
Slide 7 - Tekstslide
stemmen
ik stem
ik stem
A
jij stem
B
jij stemt
Slide 8 - Quizvraag
Wat is de juiste vervoeging van het werkwoord 'lezen' voor 'wij'?
A
Wij lees
B
Wij lezen
C
Wij leest
Slide 9 - Quizvraag
Hoe vervoeg je het werkwoord 'schilderen' in de tegenwoordige tijd?
A
Jij schildert
B
Jij schilderen
C
Ik schilder
D
Ik schilderen
Slide 10 - Quizvraag
Vervoeg in de tegenwoordige tijd.
A
vind
B
vint
C
vindt
D
vond
Slide 11 - Quizvraag
verkiezingen (elections)
Slide 12 - Woordweb
Slide 13 - Video
Slide 14 - Video
verkiezingen (elections)
