realisme en naturalisme

Realisme en naturalisme
1 / 25
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolvwoLeerjaar 6

In deze les zitten 25 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 4 videos.

Onderdelen in deze les

Realisme en naturalisme

Slide 1 - Tekstslide

500-1500
1500-1600
1700-1800
1800-1850
Middeleeuwen
Romantiek
Renaissance
Verlichting

Slide 2 - Sleepvraag

Slide 3 - Tekstslide

Herhaling: Sprookjes horen vooral bij de romantiek omdat men toen
A
geïnteresseerd was in oude volksverhalen.
B
geïnteresseerd was in het verleden.
C
wilde vluchten naar het platteland.
D
wilde vluchten uit het hier en nu.

Slide 4 - Quizvraag

Wat is het belangrijkste kenmerk van het realisme (denk je)?

Slide 5 - Open vraag

Waarom is het realisme een logische tegenreactie op de romantiek?

Slide 6 - Open vraag

Realisme

19e eeuw: naast de romantiek ook een andere stroming -> realisme

* nadruk op de betrouwbare weergave van de werkelijkheid


midden 19e eeuw: poëzie in Nederland -> domineespoëzie

* moralistisch getint (de lezer moest opgevoed worden)(bijv. vaderland, gezin, geloof) 

Slide 7 - Tekstslide

Kenmerken realistische literatuur

  1. Realistische schrijvers streefden en streven ernaar hun teksten een zo getrouw mogelijke weergave van de werkelijkheid te laten zijn (realisme-effect).
  2. Het realisme richtte en richt zich op de eigentijdse werkelijkheid, waarbij er aandacht is voor personages uit alle lagen van de bevolking.
  3. Realistische schrijvers gaan uit van de (filosofische) aanname dat werkelijkheid en waarheid met de zintuigen kunnen worden gezien en blootgelegd (waarheid tonen). Ze omarmen de moderniteit  waarheid kennen en doorgronden met behulp van moderne wetenschap).
  4. De teksten gaan over sociale mobiliteit en (in) stabiliteit.


Slide 8 - Tekstslide

Romantische en realistische literatuur: 
  • Ontstonden niet na elkaar, maar naast elkaar.
  • Kunnen beide voorkomen in het oeuvre van één schrijver.
  • Ontstonden in de negentiende eeuw, maar ook nu worden er nog teksten geschreven die duidelijke romantische of realistische kenmerken hebben.

Slide 9 - Tekstslide

Tachtigers: 1880-1910

l'art pour l'art: het gaat NIET om de boodschap, maar het gaat om de schoonheid van het kunstwerk zelf

Grote breuk met voorgaande (de domineedichters)

Slide 10 - Tekstslide

De beweging van '80
Tachtigers: groepje Amsterdamse schrijvers die rond 1880 debuteerden, produceerden impressionistisch en naturalistisch werk.
Vonden het werk van hun voorgangers ouderwets
en te moraliserend. 

Slide 11 - Tekstslide

De beweging van '80
eigen tijdschrift: Nieuwe gids

Twee principes:
1. vorm en inhoud moeten één zijn
2.kunst is individueel (oorspronkelijke beeldspraak)

Slide 12 - Tekstslide

Slide 13 - Video

Naturalisme
Het leven wordt bepaald door drie factoren; de mens is  afhankelijk van deze factoren (determinisme Zola):  
1. erfelijke aanleg (race)
2. milieu waarin je opgroeit (plus opvoeding)
3. tijd waarin je leeft (moment)

Slide 14 - Tekstslide

Naturalisme
Niet alleen beschrijving van werkelijkheid, maar ook een verklaring hoe het zo is gekomen. De psychologische roman is dus populair, evenals de sociale roman. Naturalistische romans zijn somber en pessimistisch.   

Vrije wil bestaat niet, het leven wordt bepaald  door het noodlot (fatalisme).  
Nadruk ligt in naturalistische romans ook op:  onderbewuste gevoelens (met name de seksuele gevoelens)  

Slide 15 - Tekstslide

Naturalisme
Voorbeelden van naturalistische romans:    

Slide 16 - Tekstslide

Slide 17 - Video

Frederik van Eeden (1860-1932)
  • Tachtiger
  • Psychiater
  • Maatschappijhervormer
  • De kleine Johannes (1887) = cultuursprookje = romantische literatuur
  • Van de Koele meren des doods (1900) = naturalistische roman= realistische literatuur
1

Slide 18 - Tekstslide

Slide 19 - Video

Slide 20 - Video

romantiek
naturalisme
(donker)grijs: dichotomie goed / slecht valt weg
zwart-wit: goed beloond / slecht bestraft
fantastische
bovennatuurlijke 
alledaagse

Slide 21 - Sleepvraag

romantiek
naturalisme
realisme
ook prostituee of zieke kan centraal staan
de gewone man staat centraal (arbeider)
held en kunstenaar staan centraal

Slide 22 - Sleepvraag

romantische kunstenaar
naturalistische kunstenaar
realistische kunstenaar
wetenschapper - vorser
geniale ziener (poeta vates)
 objectieve ambachtsman  (poeta faber)

Slide 23 - Sleepvraag

Humor
Gevoeligheid en onvrede over alledaagse werkelijkheid 
omgaan met kloof tussen werkelijkheid en ideaal

Slide 24 - Tekstslide

Drie studentjes
(opening)

 Toen kwam er een boer op klompen aan -
 En die trapte ze allemaal dood.
 
 Daar waren eens drie studentjes,
 Drie vrienden in lust en in nood;
 Ze sprongen zoo moedig de wereld in,
 En de wereld - trapte ze dood.

Slide 25 - Tekstslide