Literatuur of lectuur en het literaire veld

Verhaalanalyse - literatuur of lectuur?
1 / 33
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 4

In deze les zitten 33 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 15 min

Onderdelen in deze les

Verhaalanalyse - literatuur of lectuur?

Slide 1 - Tekstslide

Planning
1. Wat is literatuur en waarom vinden we het zo belangrijk?
2. Herhaling lectuur <-> literatuur
3. De veldtheorie van Bourdieu
4. Aan de slag 

Slide 2 - Tekstslide

Literatuur is belangrijk, omdat.....
  • Goed voor taalontwikkeling en woordenschat.
  • Goed voor algemene (persoonlijke) ontwikkeling, mensenkennis: literatuur brengt je in aanraking met andere mensen in andere situaties, je leert je te verplaatsen in ‘vreemde’ mensen en situaties goed voor algemene (interculturele) ontwikkeling, kennis van de wereld.
  • Goed voor algemene (culturele) ontwikkeling: brengt je in aanraking met bekende Nederlandse schrijvers en romans.
  • Goed voor je hersenen: “Wat sporten is voor je lichaam, is lezen voor je geest.”(Renate Dorrestein)

Slide 3 - Tekstslide

Doel literatuuronderwijs
Het is de bedoeling dat je je vermogen om literaire teksten te lezen ontwikkelt en (in de bovenbouw) verder ontwikkelt,  zodat je steeds moeilijkere teksten kunt begrijpen en leert waarderen.

Slide 4 - Tekstslide

Lectuur versus literatuur

Slide 5 - Tekstslide

Slide 6 - Video

Non-fictie is altijd literatuur.
A
waar
B
niet waar

Slide 7 - Quizvraag

Lectuur heeft minder diepgang dan literatuur.
A
waar
B
niet waar

Slide 8 - Quizvraag

Bij lectuur gaat het om wat de lezer wil horen.
A
waar
B
niet waar

Slide 9 - Quizvraag

Bij literatuur wil de schrijver de mens laten nadenken.
A
waar
B
niet waar

Slide 10 - Quizvraag

In de literatuur hebben de boeken een happy end.
A
waar
B
niet waar

Slide 11 - Quizvraag

Oorlogsboeken behoren altijd tot de lectuur.
A
waar
B
niet waar

Slide 12 - Quizvraag

Doktersromans behoren tot de lectuur.
A
waar
B
niet waar

Slide 13 - Quizvraag

Bij lectuur worden de open plekken allemaal ingevuld.
A
waar
B
niet waar

Slide 14 - Quizvraag

Een misdaadroman behoort meestal tot de lectuur.
A
waar
B
niet waar

Slide 15 - Quizvraag

Lectuur krijgt veel aandacht in de pers en wordt in het onderwijs veel bestudeerd.
A
waar
B
niet waar

Slide 16 - Quizvraag

In lectuur is het taalgebruik vaak .........
A
eenvoudiger
B
moeilijker

Slide 17 - Quizvraag

In lectuur zijn gebeurtenissen nogal .....
A
onverwachts
B
voorspelbaar

Slide 18 - Quizvraag

Wat vind je, is er een duidelijk onderscheid tussen literatuur en lectuur?
Kun je uitleggen waarom wel/niet?

Slide 19 - Open vraag

Literatuur

Lezen
Origineel en natuurlijk taalgebruik
Ontwikkeling personage
Gedachten/motieven staan centraal
Open plekken
Vaker maatschappijkritisch
Lezer laten nadenken
Onverwachts
Onderwerp van onderzoek
Wordt langer gelezen
Artistieke erkenning (kunst)
Lectuur

Lezen
Eenvoudig taalgebruik
Meer stereotype personages
Vaste rolpatronen (handelingen en acties)
Gelukkig einde (Happy end)
Volgens heersend moraal
Lezer vermaken
Voorspelbaar

Slide 20 - Tekstslide

Literatuur of lectuur? 

Slide 21 - Tekstslide

Wat voor een tekst is dit?
A
literatuur / fictie
B
lectuur / fictie
C
literatuur / non-fictie
D
lectuur / non-fictie

Slide 22 - Quizvraag

Een stripboek over Donald Duck
A
literatuur / fictie
B
lectuur / fictie
C
literatuur/ non-fictie
D
lectuur / non-fictie

Slide 23 - Quizvraag

Doktersromannetjes
A
literatuur / fictie
B
lectuur / fictie
C
literatuur / non-fictie
D
lectuur /non-fictie

Slide 24 - Quizvraag


A
literatuur / fictie
B
lectuur / fictie
C
literatuur / non-fictie
D
lectuur / non-fictie

Slide 25 - Quizvraag


A
literatuur / fictie
B
lectuur / fictie
C
literatuur / non-fictie
D
lectuur / non-fictie

Slide 26 - Quizvraag

Literaire kwaliteit
Literaire kwaliteit onderzoeken en bespreken:
- literair veld
- poortwachter
- symbolisch kapitaal

Slide 27 - Tekstslide

Pierre Bourdieu
Franse filosoof Pierre Bourdieu --> Les règles de l'art: genèse et structure du champ littéraire (De regels van de kunst: wording en structuur van het literaire veld). 

Dit literaire veld --> marktplein waarop alle spelers rondlopen die betrokken zijn bij de productie en waardering van literatuur: schrijvers, uitgevers, recensenten, redacteuren, boekverkopers enzovoorts. 

Slide 28 - Tekstslide

Dat drukke marktplein 
Iedereen heeft een taak, maar iedereen heeft ook een belang op dat plein! Uitgeverijen zijn bijvoorbeeld de marktleiders en er zijn ook populaire en/of gevreesde schrijvers en recensenten aanwezig. 

Ben je debutant en wil je op de markt, dan kun je dus echt niet om hen heen....

Slide 29 - Tekstslide

Hoe dan?
De poortwachters bewaken de toegang tot het literaire veld.

Poortwachter: een grote / belangrijke speler op het literaire veld die de autoriteit of invloed heeft andere spelers toegang tot het literaire veld te verschaffen. 

Slide 30 - Tekstslide

En dan? 
De poortwachters hebben een bepaalde autoriteit, ook wel het symbolisch kapitaal genoemd.

Symbolisch kapitaal: geen geld, maar een waarde.. 
De reputatie die een persoon of organisatie heeft op het literaire veld, dankzij de contacten die deze persoon of organisatie heeft. Symbolisch kapitaal heb je als je veel anderen kent die ook symbolisch kapitaal hebben.

Slide 31 - Tekstslide

Conclusie van het literaire veld
Een denkbeeldig marktplein waarop verschillende spelers in onderhandeling met elkaar en onafhankelijk van andere 'velden' (politieke, maatschappelijke, ...) literatuur produceren en evalueren. Alle spelers hebben direct te maken met het schrijven, uitgeven, verkopen en beoordelen van boeken.

Slide 32 - Tekstslide

Dus..
Volg je dus de theorie van Bourdieu over de beoordeling van literatuur, dan let je niet zozeer op de teksten zelf, maar naar de acties en reacties van de spelers op het literaire veld om te zien wat "literatuur" is.

Slide 33 - Tekstslide