Lesson 2: Klokkijken

Telling the time
1 / 21
volgende
Slide 1: Tekstslide
EngelsMiddelbare schoolvmbo bLeerjaar 1

In deze les zitten 21 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 30 min

Onderdelen in deze les

Telling the time

Slide 1 - Tekstslide

Telling time
In deze les gaan we leren klokkijken.
Hiervoor moet je de getallen in het Engels kennen.
Verder zijn de woordjes to en past belangrijk.

Slide 2 - Tekstslide

Slide 3 - Video

Telling time

Slide 4 - Tekstslide

Hoe zeggen ze 'over' in het Engels?

Slide 5 - Open vraag

Hoe zeggen ze 'voor' in het Engels?

Slide 6 - Open vraag

What time is it?

A
Ten past half nine
B
Twenty past nine
C
Forty past nine
D
Twenty to nine

Slide 7 - Quizvraag

What time is it?
6:15
A
a quarter to six
B
a quarter past six
C
a quarter after six
D
a quarter for seven

Slide 8 - Quizvraag

what time is it?
7:50
A
ten to seven
B
ten before eight
C
ten past seven
D
ten to eight

Slide 9 - Quizvraag

What time is it?
4:30
A
half to five
B
four thirty
C
half past four
D
half five

Slide 10 - Quizvraag

what time is it?
2:40
A
twenty to three
B
forty past two
C
ten past half three
D
twenty before three

Slide 11 - Quizvraag

what time is it?
4:25
A
five to half past four
B
twenty-five past four

Slide 12 - Quizvraag

what time is it?
1:58
A
two to two
B
fifty-eight past one

Slide 13 - Quizvraag

what time is it?
8:47
A
thirteen to nine
B
seventeen to nine

Slide 14 - Quizvraag

what time is it?
10:36
A
thirty-six past ten
B
twenty-four to eleven

Slide 15 - Quizvraag

Hoe laat is het? Type het netjes uit (It's ervoor en cijfers als getallen uittypen)
9:00

Slide 16 - Open vraag

Hoe zeg je:
Half twee

Slide 17 - Open vraag

Hoe laat is het?
15:45

Slide 18 - Open vraag

Typ "01:26" in letters in het Engels

Slide 19 - Open vraag

Typ "12:39" in letters in het Engels

Slide 20 - Open vraag

Ik snap nu hoe ik moet klok kijken
A
Ja, vet makkelijk
B
Ja, met aantekeningen moet het lukken
C
Nee, ik twijfel vaak
D
Nee, ik snap er geen snars van

Slide 21 - Quizvraag