Financiering en verslaggeving

Welkom!
praktische zaken:
- bespreken SE periode 2 vanaf week 3 (hopelijk)
- tijdens afstandsonderwijs opdrachten via Magister
- periode 3 en 4 zijn verwisseld t.o.v. je PTA!


1 / 23
volgende
Slide 1: Tekstslide
BedrijfseconomieMiddelbare schoolvwoLeerjaar 5

In deze les zitten 23 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 30 min

Onderdelen in deze les

Welkom!
praktische zaken:
- bespreken SE periode 2 vanaf week 3 (hopelijk)
- tijdens afstandsonderwijs opdrachten via Magister
- periode 3 en 4 zijn verwisseld t.o.v. je PTA!


Slide 1 - Tekstslide

Slide 2 - Tekstslide

week 1 les 1
lesbrief Financiering en verslaggeving
H1 De Naamloze Vennootschap 
- inleiding op de NV
- maken opdracht 1.5:
   Hoe komt de koers van een aandeel tot stand?

Slide 3 - Tekstslide

De NV is een ondernemingsvorm

Slide 4 - Tekstslide

De financiering van de NV
Eigen vermogen
Door uitgifte van aandelen welke vrij verhandelbaar zijn. (verhandelbaar eigendomsbewijs)
Iedereen kan dus aandeelhouder (eigenaar) worden; in theorie kan het EV van een NV oneindig worden uitgebreid.


Vreemd vermogen
Door groot eigen vermogen relatief eenvoudig om vreemd vermogen aan te trekken.
- Uitgifte van obligaties (verhandelbaar schuldbewijs)
- Afsluiten van (bank) leningen

Slide 5 - Tekstslide

Eigen vermogen van de NV
Aandelenvermogen: 
Nominale waarde x aantal aandelen

- nominale waarde staat op het aandeel en verandert niet
winstuitkering (dividend) is vaak een percentage van de nominale waarde

- beurskoers (prijs van een aandeel) wordt bepaald door vraag en aanbod (wat weer afhankelijk is van hoofdzakelijk winstverwachting)


op 6 mei 1998 werd Ajax een NV en gaf 4,95 miljoen aandelen uit tegen een prijs van € 11,30.
Deze beursgang bracht Ajax dus € 55,94 miljoen op

Slide 6 - Tekstslide

competitie wordt stil gelegd door Corona crisis
veel onzekerheid
Ajax verliest van Atalanta en is uitgeschakeld in de CL

vraag en aanbod naar aandeel schommelt als gevolg van nieuwe informatie die beschikbaar komt

Slide 7 - Tekstslide

opdracht 1.5: Hoe komt een aandelenkoers tot stand?
lees de introductie
sla de eerste tabel over (gaat alleen in fysieke les)
kijk naar de tweede tabel en maak vraag 1

huiswerk voor aankomende les

Slide 8 - Tekstslide

een 'belegger' is bereid 80 aandelen te kopen tegen een maximale prijs van € 1,30 per aandeel.
deze belegger zal dus ook bereid zijn te kopen tegen een lagere prijs
een 'belegger' is bereid 20 aandelen te verkopen tegen een minimale prijs van € 1,30 per aandeel.
deze belegger zal dus ook verkopen tegen een hogere prijs

Slide 9 - Tekstslide

week 1 les 2
- bespreken opdracht 1.5
- korte uitleg vraag 2 van opdracht 1.4 (taak)
- uitleg fiscale aspecten van een NV
- maken opdracht 1.10 (apart stencil op ELO)

Slide 10 - Tekstslide

stelsel van inkomstenbelasting Nederland:
box 1: werk en woning 
box 2: aanmerkelijk belang
box 3: sparen en beleggen (vermogen)

Slide 11 - Tekstslide

maken opdracht 1.10
oefening met box 3: sparen en beleggen (vermogen)

vermogensrendementsheffing moet worden afgedragen over het vermogen - vrijstelling

Op basis van een tabel wordt bepaald wat je fictief rendement is geweest; hierover moet je heffing (30%) betalen

was vroeger 4% maar is nu dus veranderd. Zie tabel

Slide 12 - Tekstslide

week 2 les 1
2.1 (aandelenvermogen) en 2.2 (aandelenemissie) in de taak / opdracht van deze week



2.3 De winstverdeling van de NV is het onderwerp van deze les
maatschappelijk aandelenvermogen
aandelen in portefeuille - 
geplaatst aandelenvermogen
onderdeel van het eigen vermogen
ALTIJD nominale waarde

Slide 13 - Tekstslide

2.3 De winstverdeling van de NV
85%
15%
100%

Slide 14 - Tekstslide

2.3 De winstverdeling van de NV
85%
15%
100%

Slide 15 - Tekstslide

Een NV heeft op het eind van het jaar een winst van € 100.000. 20% van de winst is bestemd voor de vennootschapsbelasting en de rest is voor de aandeelhouders in de vorm van dividend. De dividendbelasting is 15%.
Aan wie krijgt de NV een schuld als gevolg van deze winstverdeling?
(Denk ook even na tegen welk bedrag?)
A
belastingdienst
B
belastingdienst en aandeelhouders
C
aandeelhouders

Slide 16 - Quizvraag

Een NV heeft op het eind van het jaar een winst van € 100.000. 20% van de winst is bestemd voor de vennootschapsbelasting en de rest is voor de aandeelhouders in de vorm van dividend. De dividendbelasting is 15%.
De NV heeft een maatschappelijk aandelenvermogen van € 1.000.000. Alle aandelen hebben een nominale waarde van € 1.000 per stuk. Notering op de beurs is op dit moment € 1.165 per aandeel. De NV heeft 250 aandelen in portefeuille.
Bereken het dividendpercentage. Rond af op twee decimalen.

Slide 17 - Open vraag

Een NV heeft op het eind van het jaar een winst van € 100.000. 20% van de winst is bestemd voor de vennootschapsbelasting en de rest is voor de aandeelhouders in de vorm van dividend. De dividendbelasting is 15%.
De NV heeft een maatschappelijk aandelenvermogen van € 1.000.000. Alle aandelen hebben een nominale waarde van € 1.000 per stuk. Notering op de beurs is op dit moment € 1.165 per aandeel. De NV heeft 250 aandelen in portefeuille.
Bereken het dividendpercentage. Rond af op twee decimalen.


aantal geplaatste aandelen: 1.000.000 / 1.000 - 250 = 750
Bruto dividend: 80% van 100.000 = € 80.000
dividendpercentage = € 80.000 / 750.000 x 100 = 10,67%
OF
dividend per aandeel = € 80.000 / 750 = € 106,67
dividendpercentage = 106,67 / 1.000 x 100% = 10,67%

Slide 18 - Tekstslide

huiswerk week 2, les 2

maken opgave 2.14

Slide 19 - Tekstslide

week 2, les 2
2.4 Cash- en stockdividend

uitleg aan de hand van opgave 2.14

maken opgave 2.15

Slide 20 - Tekstslide

2.4 Cash - en stockdividend

Slide 21 - Tekstslide

€ 20.000 aan stockdividend; € 10.000 aan cashdividend. Dividendbelasting 15%. Nominaal geplaatst aandelenkapitaal bedraagt € 1.500.000
20.000
20.000
10.000
30.000
0,15 x 30.000
= 4.500
5.500
20.000 / 1.500.000 x 100 = 1,33% 
10.000 / 1.500.000 x 100 = 0,67% 
toename geplaatst aandelenkapitaal 20.000

Slide 22 - Tekstslide

nu maken opgave 2.16

Slide 23 - Tekstslide