3.8 + 3.9

Vak: Nederlands
Hoofdstuk: 3.8 + 3.9 
1.
Lesopening
2.
Lesdoel
3.
Arrangementen + mini-check
4. 
Instructie
5.
Begeleid inoefenen
6. 
Zelfstandig werken
7.
Evaluatie
1 / 26
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo bLeerjaar 1

In deze les zitten 26 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

Vak: Nederlands
Hoofdstuk: 3.8 + 3.9 
1.
Lesopening
2.
Lesdoel
3.
Arrangementen + mini-check
4. 
Instructie
5.
Begeleid inoefenen
6. 
Zelfstandig werken
7.
Evaluatie

Slide 1 - Tekstslide

1. Lesopening
Pak je boek en schrift van Nederlands op tafel. Open je boek op blz 125.


Slide 2 - Tekstslide

2. Lesdoel
Aan het eind van deze les:
- Weet je wanneer je een enkele of dubbele klinker moet schrijven
- kun je de persoonsvorm in de verleden tijd goed schrijven
- weet je wat klankvaste en klankveranderende werkwoorden zijn


Slide 3 - Tekstslide

3. Arrangementen + Mini-check
Scoor je verdiept dan mag je gelijk aan het werk. (8 of hoger). Niemand


Iedereen doet mee met de mini-check

Slide 4 - Tekstslide

Het kindje _____ over de deurmat.
A
Struikelt
B
Struikeld

Slide 5 - Quizvraag

________ jij vroeger ook die ene shampoo?
A
Gebruikte
B
Gebruikde

Slide 6 - Quizvraag

Mijn ouders _____ mijn broertje voor zijn verjaardag. (Verrassen)

Slide 7 - Open vraag

Kim _____ tegen haar moeder. (Liegen)

Slide 8 - Open vraag

Wie maakt wat
Had je alle vragen goed, dan mag je zelfstandig aan het werk. Je maakt opdracht 20, 22, 23 en 25 op blz 125 t/m 129.

De rest doet mee met de instructie

Slide 9 - Tekstslide

Vorige les:

PV t.t.

Slide 10 - Tekstslide

ik - vorm

ik + t

ik + t




hele werkwoord

hele werkwoord

hele werkwoord

Slide 11 - Tekstslide

Persoonsvorm verleden tijd
  • Hoe vinden we de persoonsvorm ook alweer?
  • Wat kun je aan de persoonsvorm zien?
  • Aan de persoonsvorm zie je of de zin in de tegenwoordige, of in de verleden tijd staat!

Slide 12 - Tekstslide

ik - vorm + de / te

ik - vorm + de / te

ik - vorm + de /te




ik - vorm + den / ten

ik - vorm + den / ten

ik = vorm + den / ten
laatste letter stam

't ex-kofschip

ja - te(n)
nee - de(n)

Slide 13 - Tekstslide

laatste letter stam

't ex-kofschip

ja - te(n)
nee - de(n)

Slide 14 - Tekstslide

PV v.t.
Door het kleine foutje ......... (zakken v.t.) de leerling voor het examen.
laatste letter stam

't ex-kofschip

ja - te(n)
nee - de(n)

Slide 15 - Tekstslide

PV v.t.
Door het kleine foutje ......... (zakken v.t.) de leerling voor het examen.
laatste letter stam

't ex-kofschip

ja - te(n)
nee - de(n)
stam = zakk

't kofschip

ja = +te(n)

Slide 16 - Tekstslide

PV v.t.
............. (gebruiken v.t.) jij vroeger ook die ene shampoo?
laatste letter stam

't ex-kofschip

ja - te(n)
nee - de(n)

Slide 17 - Tekstslide

PV v.t.
............. (gebruiken v.t.) jij vroeger ook die ene shampoo?
laatste letter stam

't ex-kofschip

ja - te(n)
nee - de(n)
stam = gebruik

't kofschip

ja = +te(n)

Slide 18 - Tekstslide

PV v.t.
Ik ................. (deinzen) er niet voor terug moeilijke opgaven te maken.
laatste letter stam

't ex-kofschip

ja - te(n)
nee - de(n)

Slide 19 - Tekstslide

PV v.t.
Ik ................. (deinzen) er niet voor terug moeilijke opgaven te maken.
laatste letter stam

't ex-kofschip

ja - te(n)
nee - de(n)
stam = deinz

't kofschip

nee = +de(n)

Slide 20 - Tekstslide

Slide 21 - Video

Klankveranderende werkwoorden
Schrijf op zoals je het hoort.

De cavia sliep de hele dag.

Slide 22 - Tekstslide

5. Begeleid inoefenen
Had je 0/1 vraag goed.
Intensief --> dan maak je met mij opdracht 20 en 22 samen.

Slide 23 - Tekstslide

6. Zelfstandig werken
Je maakt nu zelfstandig opdracht 20, 22, 23 en 25 op blz 125 t/m 129.


Ben je klaar?
Dan kijk je de opdracht na.
Daarna ga je in stilte lezen. 
timer
1:00

Slide 24 - Tekstslide

7. Evaluatie 
Hoe ging de les?
Zijn er nog dingen die je lastig vindt?

- Weet je wanneer je een enkele of dubbele klinker moet schrijven?
- kun je de persoonsvorm in de verleden tijd goed schrijven?
- weet je wat klankvaste en klankveranderende werkwoorden zijn?
                       

Slide 25 - Tekstslide

Huiswerk & Toetsen
Huiswerk LJ1: 
Donderdag 25 januari
3.8 + 3.9 opdracht 20, 22, 23 en 25


Toetsen LJ1: 
Geen




Slide 26 - Tekstslide