5.2 Toonhoogte en frequentie

Welkom, ga lekker zitten
1 / 18
volgende
Slide 1: Tekstslide
NatuurkundeMiddelbare schoolmavoLeerjaar 4

In deze les zitten 18 slides, met tekstslides en 5 videos.

Onderdelen in deze les

Welkom, ga lekker zitten

Slide 1 - Tekstslide

Doelen van deze les:
  1. je leert over tonen van snaren
  2. je leert wat frequentie en trillingstijd is
  3. je leert hoe toonhoogte verandert als de frequentie verandert (en welke tonen je nog kunt kunt horen)
  4. je leert wat een oscilloscoop is en hoe je die gebruikt om de frequentie te bepalen
  5. je kent de formule voor trillingstijd en frequentie

Slide 2 - Tekstslide

Oscilloscoop
apparaat om trillingen mee 
zichtbaar te maken

Slide 3 - Tekstslide

Slide 4 - Video

Slide 5 - Link

Slide 6 - Video

Snaarinstrumenten:
toon wordt hoger als de snaar
  • dunner wordt
  • korter wordt
  • strakker gespannen wordt

Slide 7 - Tekstslide

Slide 8 - Video

Trillingstijd (T)

Tijd die 1 golf duurt. 
1 golf = 2 toppen, 2 dalen of 1 berg + 1 dal


LET OP: T vaak in milliseconde: 1 ms = 0,001 s

Slide 9 - Tekstslide

Frequentie (f):
Aantal trillingen per seconde.
1 trilling per seconde = 1 Hertz (1 Hz).

Hoe hoger de frequentie (dus hoe meer trillingen per seconde), hoe hoger de toon

Slide 10 - Tekstslide

Slide 11 - Video


2 golven in 0,01 sec     4 golven in 0,01 sec      1 golf in 0,01 sec
200 golven in 1 sec      400 golven in 1 sec       100 golven in 1 sec
f = 200 Hz                         f = 400 Hz                           f = 100 Hz

Slide 12 - Tekstslide

Verband tussen T en f
Bereken f in Hz

in 10 hokjes = 40 ms zitten 4 golven
dus T = 40:4 = 10 ms = 0,01 s

0,01 sec 1 trilling dus 1 sec 100 trillingen: f = 100 Hz

Slide 13 - Tekstslide

Verband tussen T en f
Bereken f in Hz
in 10 hokjes = 40 ms zitten 4 golven
dus T = 40:4 = 10 ms = 0,01 s
f = 1/T = 1/0,001 = 100 Hz

Slide 14 - Tekstslide

Slide 15 - Tekstslide

Slide 16 - Video

Slide 17 - Link

swt
vragen even bewaren tot na de swt!
timer
10:00

Slide 18 - Tekstslide