8.4 Reactie en remmen

1 / 22
volgende
Slide 1: Tekstslide
Natuurkunde / ScheikundeMiddelbare schoolvmbo b, kLeerjaar 2

In deze les zitten 22 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Tekstslide

Herhaling
8.1 t/m 8.3

Slide 2 - Tekstslide

Trampoline springen is:
A
Veerkracht
B
Wrijvingskracht
C
Zwaartekracht
D
Spierkracht

Slide 3 - Quizvraag

Je zet de kruk op de tafel:
A
Veerkracht
B
Wrijvinskracht
C
Zwaartekracht
D
Spierkracht

Slide 4 - Quizvraag

Je stopt haalt je voet van het gas, maar remt niet. Toch vertraagd de auto, dit komt door de:
A
Veerkracht
B
Wrijvingskracht
C
Zwaartekracht
D
Spierkracht

Slide 5 - Quizvraag

De kruk die je net op tafel hebt gezet valt weer naar beneden... Dit is:
A
Veerkracht
B
Wrijvingskracht
C
Zwaarterkracht
D
Spierkracht

Slide 6 - Quizvraag

De eenheid van kracht is
A
meter
B
F
C
Newton
D
power

Slide 7 - Quizvraag

Een pak suiker is 1 kg. Hoe groot is de zwaartekracht die op het pak suiker werkt?
A
0,1 N
B
1 N
C
10 N
D
100 N

Slide 8 - Quizvraag


Wie wint?
A
Links
B
Rechts

Slide 9 - Quizvraag

Als de bovenste pijl 80N is, hoeveel is de onderste dan?
A
100 N
B
80 N
C
40 N
D
20 N

Slide 10 - Quizvraag


A
Geen idee, de schaal staat er niet bij?
B
Oh daar kom ik wel uit hoor.

Slide 11 - Quizvraag

8.4 Reactie en remmen

Slide 12 - Tekstslide

Slide 13 - Video

Stopafstand?
Dat is de reactieafstand + remweg = Stopafstand

Slide 14 - Tekstslide

Remweg
De afstand die tijdens het remmen wordt afgelegd

Slide 15 - Tekstslide

Slide 16 - Tekstslide

Reactietijd
De tijd die je nodig hebt om te reageren

hang af van:
- De leeftijd
- De concentratie
- Vreemde stoffen in je lichaam (alcohol, drugs)

Slide 17 - Tekstslide

Voorbeelden reactietijd
Reactietijd met potlood/liniaal

Reactietijd met propje

Slide 18 - Tekstslide

De stopafstand is
A
Reactieafstand + remweg
B
Reactieafstand + reactietijd
C
Hoe lang het duurt voor je stopt
D
De afstand tot het stopbord

Slide 19 - Quizvraag

De reactieafstand is 25,8 m en de remweg is 36,8 m.
Hoe groot is de stopafstand?
A
11 meter
B
25,8 meter
C
36,8 meter
D
62,6 meter

Slide 20 - Quizvraag

Een fietser fietst op een fietspad en ziet een bal de weg op rollen. Terwijl hij grijpt naar zijn rem legt hij 2 meter af en daarna komt hij na het remmen op een totale afstand van 9 meter tot stilstand. Wat was zijn remweg?
A
4,5 meter
B
7 meter
C
9 meter
D
11 meter

Slide 21 - Quizvraag

Aan de slag

Maken opdracht 1 t/m 8 van H 8.3


Slide 22 - Tekstslide