27. Thema 3, week 4, les 16 en 19

• Taal
• Basisschool
• Groep 8

Samengestelde zin

Een zin met minimaal twee persoonsvormen noemen we een samengestelde zin.

Een samengestelde zin kan bestaan uit een

hoofdzin / hoofdzin

een bijzin / hoofdzin

hoofdzin / bijzin

Voegwoord

lesdoel

Ik weet wat hoofdzinnen en bijzinnen zijn en ik kan deze herkennen.

Hoofdzin en bijzin

1. hoofdzin - bijzin
2. bijzin - hoofdzin
3. bijzin - bijzin
4. hoofdzin - hoofdzin

1. hoofdzin - bijzin
2. bijzin - hoofdzin
3. bijzin - bijzin
4. hoofdzin - hoofdzin

1. hoofdzin - bijzin
2. bijzin - hoofdzin
3. bijzin - bijzin
4. hoofdzin - hoofdzin

1. hoofdzin - bijzin
2. bijzin - hoofdzin
3. bijzin - bijzin
4. hoofdzin - hoofdzin

1. hoofdzin - bijzin
2. bijzin - hoofdzin
3. bijzin - bijzin
4. hoofdzin - hoofdzin

Sleep de hoofdzinnen en bijzinnen naar de juiste plek

HOOFDZIN

BIJZIN

Sleep de hoofdzinnen en bijzinnen naar de juiste plek

HOOFDZIN

BIJZIN

Ik moet morgen naar de tandarts, want ik heb kiespijn.

1. hoofdzin - bijzin
2. bijzin - hoofdzin
3. bijzin - bijzin
4. hoofdzin - hoofdzin

Tim pakt limonade, omdat hij dorst heeft.

1. hoofdzin + hoofdzin
2. bijzin + hoofdzin
3. hoofdzin + bijzin
4. bijzin + bijzin

Omdat hij uitgegleden was, ben ik hulp gaan halen.

1. hoofdzin+hoofdzin
2. hoofdzin+bijzin
3. bijzin+hoofdzin

Wat is de hoofdzin?
Als het niet zo zielig was, zou je er hard om kunnen lachen.

1. Als het niet zo zielig was,
2. zou je er hard om kunnen lachen.
3. Die is er niet

Wat is de bijzin?
Je wordt geacht niet te praten als de meesters of juffen aan het woord zijn.

1. de meesters of juffen aan het woord zijn.
2. Je wordt geacht niet te praten,
3. Die is er niet