3.2 Welke partij past bij jou?

3.2 Welke partij past bij jou?
1 / 22
volgende
Slide 1: Tekstslide
MaatschappijleerMiddelbare schoolvmbo k, g, tLeerjaar 3

In deze les zitten 22 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 2 videos.

time-iconLesduur is: 30 min

Onderdelen in deze les

3.2 Welke partij past bij jou?

Slide 1 - Tekstslide

Wat was de uitslag van de test (blz. 36)
14-20 punten Je bent LINKS
21-28 punten Je bent LINKS van het midden
29-36 punten Je bent RECHTS van het MIDDEN
37-42 punten Je bent RECHTS

Slide 2 - Poll

Herhaling leerdoelen 3.1
Wat is politiek?
  • keuzes maken / beslissingen nemen
Waar houdt politiek zich mee bezig?
  • waar veel mensen belang bij hebben om opgelost te worden = Zaken van Algemeen Belang.
Wat is democratie?
  • Het volk heeft invloed (direct of indirect) op politieke besluiten.

Slide 3 - Tekstslide

Leerdoelen 3.2
  • Je kent de verschillen tussen actief en passief kiesrecht
  • Aan het eind van deze les kun je uitleggen wat links, rechts en midden betekent in de politiek
  • je kunt politieke partijen indelen in links, rechts en midden.
  • Je weet waarom we in Nederland compromissen sluiten
  • Je weet welke partijen er nu in de Tweede Kamer zitten 
  • Je kunt een mening beargumenteren over op welke partij jij zou stemmen

Slide 4 - Tekstslide

Slide 5 - Tekstslide

Slide 6 - Tekstslide

Waarom is een lijsttrekker voor een partij erg belangrijk, juist wanneer er verkiezingen zijn?

Slide 7 - Open vraag

Slide 8 - Tekstslide

Slide 9 - Link

Waarden = Ideaalbeeld of principe dat voor jou belangrijk is en dat je graag wilt bereiken voor de wereld.

Politieke partijen=  een groep mensen met dezelfde ideeën over de manier waarop onze samenleving het beste bestuurd kan worden.

Slide 10 - Tekstslide

Slide 11 - Video

Slide 12 - Tekstslide

Slide 13 - Tekstslide

Slide 14 - Tekstslide

Slide 15 - Tekstslide

Slide 16 - Video

Een linkse politieke partij wil zo veel mogelijk de …………………….. helpen.
A
rijke mensen
B
middenpartijen
C
rechtse partijen
D
kwetsbare mensen

Slide 17 - Quizvraag

“Wie hard werkt, mag ook veel verdienen.”

Deze uitspraak hoort vooral bij:

A
links
B
rechts
C
midden
D
links en rechts

Slide 18 - Quizvraag

Slide 19 - Tekstslide

Welke partijen kunnen het makkelijkst compromissen sluiten?
A
Middenpartijen
B
Rechtse partijen
C
Linkse partijen
D
Zowel links als rechts

Slide 20 - Quizvraag

Aan de slag
  • nakijken 3.1
  • maken 3.2
  • NOS-journaal kijken 

Slide 21 - Tekstslide

Leerdoelen behaald?
  • Je kent de verschillen tussen actief en passief kiesrecht
  • Aan het eind van deze les kun je uitleggen wat links, rechts en midden betekent in de politiek
  • je kunt politieke partijen indelen in links, rechts en midden.
  • Je weet waarom we in Nederland compromissen sluiten
  • Je weet welke partijen er nu in de Tweede Kamer zitten 
  • Je kunt een mening beargumenteren over op welke partij jij zou stemmen

Slide 22 - Tekstslide