Les 2 ZK1C paragraaf 3.1 Grieken

• Geschiedenis
• Middelbare school
• vmbo k
• Leerjaar 1

       Startklaar:

- Telefoon in Zakkie!

- Op tafel:

              Pen

              Map

              Feniksboek

Welkom bij de Geschiedenisles ZK1C!

Startopdracht

Schrijf de antwoorden op de volgende vragen op:

1.  Zijn er van jager-verzamelaars vooral geschreven of ongeschreven bronnen gevonden?

2. Wat zijn nomaden?

3. Landbouw bestaat uit akkerbouw en ... ?

Programma deze les:

1. Verwachtingen
2. Uitleg paragraaf 3.1: Grieken 
3. Democratiespel

Afspraken periode 2

Verwachtingen: 

1. Zitten volgens de plattegrond
2. Startklaar en spullen op orde
3. Huiswerk op orde
4. Meedoen tijdens de les
5. Wil je iets zeggen? --> vinger opsteken
6. Naar elkaar luisteren

Afspraken periode 2

Drie waarschuwingen:

1. Naam op het bord
2. Verplaatsen
3. De klas uit & verplicht extra bijles

Afspraken periode 2

Wanneer een waarschuwing?

1. Als je mijn instructies niet opvolgt
2. Als je het leren voor de groep verstoort
3. Als je mij verstoort in het lesgeven van de groep

Afspraken periode 2

Wanneer meteen weg?

1. Elkaar uitschelden 
2. Fysiek geweld of creëren gevaarlijke situatie
3. Respectloos gedrag richting docent, klasgenoten of materialen

Lesdoelen

Aan het eind van deze les:

...kan je voorbeelden geven van de Griekse cultuur. (T1)

...weet je dat Athene een democratie was. (R)

...ken je de begrippen kolonie, cultuur, stadstaat, (directe en indirecte) democratie. (R)

Herhaling

tijdvak

Periode uit de geschiedenis.

Vraag: wat zijn dit? (tijdvakken)

Vraag: wisten mensen in deze tijdvakken al dat ze in deze tijdvakken zaten?

In welk tijdvak zitten wij denk jullie? Hoe moeten we die noemen?

Tijd van Grieken en Romeinen

(3000 v.Chr. - 500 n.Chr.)

Griekse tempel

Latijnse tekst (Romeins)

Bekijk samen met de leerlingen de tijdbalk onderaan de pagina van het boek (blz. 52 en 53). 

Leerlingen kunnen nu vraag 1 maken. 

Het Griekse landschap

Bergen en eilanden

Landbouw? Moeilijk!

Gevolg? --> Grieken verhuisden en stichtten kolonies

De oude Grieken

• Stadstaat (polis)

• Griekse stad met het gebied eromheen

• bijvoorbeeld Athene, Sparta, Corinthe etc,
  

Op dit plaatje zie je een stadstaat met het omliggende gebied.

In Griekenland had je verschillende stadstaten bijvoorbeeld Athene, Sparta, Corinth etc. 

Stadstaat --> een Griekse stad met het gebied er omheen 

Stadstaat

Griekse stad met het gebied eromheen, die als een zelfstandig landje werd bestuurd

Schrijf op!

De oude Grieken

• 20% van de bodem was geschikt voor landbouw

• Dementer, godin van de landbouw
  
• Rond 800 V.Chr. trokken veel Grieken weg
• Koloniën: Grondgebied van een Griekse stadstaat buiten Griekenland

De stadstaten hadden ook gebied buiten Griekenland. Dit noemen we koloniën. In deze koloniën lieten de Grieken spullen verbouwen/maken, bijvoorbeeld graan, om dit weer van hun eigen stadstaat te vervoeren.

Politiek in oude Griekenland

Verschillen tussen stadstaten

Stadstaat Athene: democratie

Had iedereen evenveel recht in de Atheense democratie? 

Is dit een directe of een indirecte bron?

Betrouwbaar?

Democratie

Manier van besturen waarbij de bewoners veel invloed hebben op hoe hun land wordt geregeerd

Schrijf op!

Atheense democratiespel

• Pindakaas is lekker

• Geschiedenis is een leuk vak

• De kleur blauw is een mooie kleur

• Wel stemmen: mannen die genoeg verdienden

• Niet stemmen: vrouwen, slaven, vreemdelingen, kinderen

De Atheners hadden een democratie. Alle mannen met burgerschap mochten stemmen. In dit schema zie je hoe zij dit hadden geregeld. Uit de volksvergadering werd de raad van 500 gekozen, uit deze 500 mannen werden er weer 50 gekozen om het dagelijks bestuur van de stadstaat te regelen.

Blz. 29

Buste van Solon (ca. 636 V.Chr. - va. 558 V.Chr.)

Einde van alle problemen?

• Nog steeds veel verschil tussen arm en rijk

• Kleisthenes: voorkomen dat een persoon teveel macht zou krijgen --> Ostracisme (ostrakon is oud-Grieks voor scherf) of schervengericht (rechtbank). Verbannen van bepaalde mensen uit de gemeenschap voor een bepaalde tijd. 

Opdrachten (wordt huiswerk)

Maak opdrachten 2 t/m 6 (werkboek blz. 44-45)