WK 46: Les 3

Welkom!

timer
10:00
Ga rustig zitten, pak je leesboek en start met lezen!
1 / 16
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 1

In deze les zitten 16 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

Welkom!

timer
10:00
Ga rustig zitten, pak je leesboek en start met lezen!

Slide 1 - Tekstslide

Programma
- Lesdoelen doornemen (2')
- Terugblik (2')
- Instructie (10')
- Zelf aan de slag (20')
- Evaluatie (3')

Slide 2 - Tekstslide




              Lesdoelen
Aan het einde van deze les..

- .. weet je wat het tekstdoel is bij een zakelijke e-mail          en voor welk publiek een zakelijke e-mail is bedoeld. 
- .. weet je wat de juiste indeling is van een zakelijke 
       e-mail.
- ... kun je zelf een korte, zakelijke e-mail schrijven.

Slide 3 - Tekstslide

Ik schrijf een persoonlijke e-mail naar de Cool Cat als ik een klacht heb over een broek die ik heb gekocht.
A
Juist
B
Onjuist

Slide 4 - Quizvraag

Ik heb een ontzettend leuk weekend gehad en daar wil ik mijn oma over vertellen.
Ik schrijf een ........
A
Persoonlijke e-mail
B
Zakelijke e-mail

Slide 5 - Quizvraag

Geachte heer/ mevrouw,

Past goed bij een......
A
Persoonlijke e-mail
B
Zakelijke e-mail

Slide 6 - Quizvraag

Leespubliek:
Aan wie schrijf je een zakelijke e-mail?

Je schrijft aan iemand die je niet persoonlijk kent. ( Jullie zijn geen vrienden of familie)

Bijvoorbeeld:
De tandarts,  of Vodafone,                    (je docent)

Slide 7 - Tekstslide

Tekstdoel
Wanneer schrijf je de zakelijke e-mail?  Dus met welk doel?

Bijvoorbeeld:
  • Je hebt een vraag aan je docent.
  • Je wilt een afspraak verzetten bij de tandarts.
  • Je wilt informatie over een nieuwe telefoon.
  • Je hebt een klacht over een jas die je gekocht hebt.

Slide 8 - Tekstslide

Taalgebruik
Een zakelijke e-mail schrijf je dus aan iemand die je  niet persoonlijk kent.
Die persoon spreek je daarom ook op een zakelijke manier aan. 

U,   (dus geen je en jij!)
Mevrouw Hilferink
Meneer Boelhouwers
Etc. 
Dit noem je formeel taalgebruik

Slide 9 - Tekstslide


Bekijk de e-mail -->

Dit is de juiste indeling voor een zakelijke e-mail.
Aan:   e-mail adres van de geadresseerde ( degene die de e-                     mail moet ontvangen.)

Onderwerp:  Hier vul je kort in waar de mail over gaat.

Aanhef:    Geachte heer/ mevrouw,  of Geachte mevrouw Teller, 

Inleiding: Mijn naam is Anna van Veen. Ik schrijf u deze e-mail,  omdat.........

Kern:   Je vertelt waar het echt om gaat.

Slot:   Je vertelt wat je van de ontvanger verwacht. ( Ik hoop.....)

Slotformule:  Met vriendelijke groet,  /  Hoogachtend, 

Je voor- en achternaam: Anna van Veen

Slide 10 - Tekstslide






Welke elementen van de zakelijke e-mail zie je hier terug?


Slide 11 - Tekstslide

Wat wordt er bedoeld met het tekstdoel?
A
Voor wie de tekst bedoeld is.
B
Dat ik u en jij gebruik in mijn tekst.
C
Waarom ik de tekst schrijf.
D
of het een artikel of een advertentie is.

Slide 12 - Quizvraag

In de kern........
A
Vertel ik wie ik ben.
B
Vertel ik wat ik verwacht van de ontvanger.
C
Vertel ik waar het echt om gaat.
D
Vertel ik waar ik woon.

Slide 13 - Quizvraag

Een passende slotformule voor mijn zakelijke e-mail is.....?


A
Doei!
B
Groetjes,
C
Liefs,
D
Met vriendelijke groet,

Slide 14 - Quizvraag

Zelf aan de slag!
- Maak opdr. 48 (blz. 95).

- Ga zorgvuldig te werk en zorg ervoor dat alle stappen goed terug te zien zijn in je uitwerking! 

- Af? lees de theorie op blz. 96 (taalverzorging)
  en ga alvast verder met opdr. 51.
timer
20:00

Slide 15 - Tekstslide

Hoe heb je de les ervaren?
Ik begrijp het en kan het een en ander uitleggen!

Ik heb nog wel wat vragen..

Het is mij nog steeds onduidelijk...

Slide 16 - Tekstslide