3GT Theme 3 both all every each lesson 4

Welcome 3GT

1 / 33
volgende
Slide 1: Tekstslide
English

In deze les zitten 33 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

Onderdelen in deze les

Welcome 3GT

Slide 1 - Tekstslide

Today:
Goal:
  • grammar 7
  • oww
  • planner

Slide 2 - Tekstslide

What is our goal for today?
  • Je weet hoe en wanneer je 'both, any, all, every and none' gebruikt.

Slide 3 - Tekstslide

What are we going to do today?
  1. Previously on......
  2. Grammar 7 explanation - TB: page 39
  3. Excercise 25 & 26 

  • Done?? Crossword irregular verbs 
  • Done?  Planner!

Slide 4 - Tekstslide

Previously on....
Past Simple    vs   Present Perfect 

Slide 5 - Tekstslide

Present Perfect

Slide 6 - Woordweb

De Present Perfect maak je door
A
werkwoord + -ed
B
werkwoord + -s
C
have/has + werkwoord +-ed

Slide 7 - Quizvraag

Vertaal de volgende zin:
Ik woon hier al 10 jaar

Slide 8 - Open vraag

Vertaal de volgende zin
Ik heb hem in 2017 ontmoet

Slide 9 - Open vraag

Wat staat LADY voor?

Slide 10 - Open vraag

Je gebruikt LADY met
A
Past Simple
B
Present Perfect

Slide 11 - Quizvraag

I lived in Almelo for 5 years
I have lived in Almelo
for 5 years 
Present Perfect
Past Simple

Slide 12 - Sleepvraag

Which sentence means :
I still live in Almelo?
A
I lived in Almelo.
B
I have lived in Almelo.

Slide 13 - Quizvraag

Time for new stuff!!!
Pay attention!!!!!!!!
All of you!!
None of you may do what they want for a while!!!

Slide 14 - Tekstslide

Wat betekent 'both' in het Nederlands?

Slide 15 - Open vraag

Both

Vertaling: beide
Gebruik bij twee personen, dieren of dingen.

Staat voor het zelfstandig naamwoord. Zelfstandig naamwoord staat in het meervoud.


Both girls admitted cheating on their tests.

Slide 16 - Tekstslide

Wat betekent 'each' in het Nederlands?

Slide 17 - Open vraag

Each

Vertaling: elke
Gebruk je bij twee of meer personen, dieren en dingen.
Staat voor het zelfstandig naamwoord.
Zelfstandig naamwoord staat in het enkelvoud.


Each student passed the central exams.

Slide 18 - Tekstslide

Wat betekent 'all' in het Nederlands?

Slide 19 - Open vraag

Wat betekent 'every' in het Nederlands?

Slide 20 - Open vraag

Wat betekent 'none' in het Nederlands?

Slide 21 - Open vraag

All, Every, None

Vertaling:

All = alle/allemaal
Every = iedere
None = geen/niet een


Gebruik je bij drie of meer personen, dieren of dingen.

Slide 22 - Tekstslide

All, Every, None

The suspect admitted to all charges.

A criminal burlged nearly every house in the street.


None of the missing jewels were recovered.

Slide 23 - Tekstslide

Slide 24 - Video

She has seen ... show in which her daughter starred.
A
both
B
each
C
every
D
all

Slide 25 - Quizvraag

My mother reads ... of her children a book before they go to bed.
A
both
B
each
C
all
D
none

Slide 26 - Quizvraag

... lamp is broken.

A
both
B
every
C
all
D
none

Slide 27 - Quizvraag

... watches belong to Henry.
A
Each
B
Both
C
Every
D
None

Slide 28 - Quizvraag

The police questioned ... of the bank's employees.
(allemaal)
A
each
B
both
C
all
D
none

Slide 29 - Quizvraag

He has a small tattoo on ... arm.
A
each
B
both
C
every
D
none

Slide 30 - Quizvraag

... of the prisoners managed to escape.
(geen)
A
Each
B
Both
C
Every
D
None

Slide 31 - Quizvraag

What are we going to do today?
  1. Previously on......V
  2. Grammar 7 explanation - TB: page 39V
  3. Excercise 25 & 26 
  • Done?  Planner!

Slide 32 - Tekstslide

get down to work now!!!

Slide 33 - Tekstslide