grensoverschrijdend gedrag

1 / 24
volgende
Slide 1: Tekstslide
Verpleging en verzorgingMBOStudiejaar 2

In deze les zitten 24 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Tekstslide

Grensoverschrijdend gedrag is...
A
gedrag wat over jouw grens gaat
B
Gedrag waarmee je over de grens van de ander gaat
C
Gedrag waarmee je ander emotioneel benadeeld
D
Gedrag waarmee je de ander mentaal schade toebrengt.

Slide 2 - Quizvraag

Heb je tot op heden te maken gehad met grensoverschrijdend gedrag?

Slide 3 - Open vraag

Slide 4 - Tekstslide

Slide 5 - Tekstslide

Slide 6 - Tekstslide

Slide 7 - Tekstslide

Slide 8 - Tekstslide

Slide 9 - Tekstslide

Hoe kun je de-escalerend werken?

Slide 10 - Open vraag

Slide 11 - Tekstslide

Dhr de Boer zijn gedrag is grensoverschrijdend. Hoe kan je hier het beste mee omgaan?
A
Je confronteert hem met zijn gedrag
B
Je leid hem af en maakt een grapje
C
Je benoemt dat je ziet dat hij boos is
D
Je loopt weg en komt later terug

Slide 12 - Quizvraag

wat zijn mogelijke gedragssignalen bij slachtoffers van grensoverschrijdend gedrag
A
niet willen douchen
B
plotselinge agressie
C
aan kleding plukken
D
niet aangeraakt willen worden

Slide 13 - Quizvraag

bij grensoverschrijdend gedrag gaat het altijd om opzettelijk gedrag
A
juist
B
onjuist

Slide 14 - Quizvraag

Heb je wel eens te maken gehad met agressief gedrag van een zorgvrager?

Slide 15 - Open vraag

agressie
hoe de-escaleer je dan?

Slide 16 - Tekstslide

1. kalmeren van de zorgvrager.
2. Actief luisteren, zorgvrager respecteren en serieus nemen
3. Ga niet de strijd aan vraag actief naar feiten en gevoelens

Slide 17 - Tekstslide

stap 2
Grenzen stellen. Vraag de zorgvrager te luisteren en te stoppen met het agressieve gedrag

Slide 18 - Tekstslide

stap 3
consequenties aangeven

vertel duidelijk wat wel en wat niet geaccepteerd wordt

Slide 19 - Tekstslide

stap 4
uitvoeren van de consequentie en stop gesprek

Slide 20 - Tekstslide

laatste tips
1. blijf bij het onderwerp
2. ga niet in de verdediging
3. gebruik de ik boodschap
4. benoem het gedrag wat je vervelend vind

Slide 21 - Tekstslide

5.las soms een pauze in
6. laat merken dat je de ander begrijpt
7. wees duidelijk maar tactvol

Slide 22 - Tekstslide

Slide 23 - Tekstslide

Slide 24 - Tekstslide