Titratie
1 / 13
Lesduur is: 50 minOnderdelen in deze les
Slide 1 - Tekstslide
Practica pH meten
Slide 2 - Woordweb
wat geeft PH aan?
A
de zuurgraad
B
aanhechtingsvermogen
C
of het een vloeistof, vaste stof of gas is
D
de neutraalheid
Slide 3 - Quizvraag
Bij het meten van de pH kleurt het universele pH papier blauw.
Welke pH heeft de stof ongeveer?
Welke pH heeft de stof ongeveer?
A
1
B
5
C
7
D
14
Slide 4 - Quizvraag
Slide 5 - Tekstslide
Slide 6 - Tekstslide
Slide 7 - Tekstslide
Wat voeg je toe om een zuur te neutraliseren?
A
Een zuur
B
Een neutrale stof
C
Een zuur en een base
D
Een base
Slide 8 - Quizvraag
Wat gebeurt er met de pH van een basische oplossing als je er een zuur bij stopt?
A
De pH blijft gelijk
B
De pH wordt hoger
C
De pH gaat richting 7
Slide 9 - Quizvraag
Slide 10 - Tekstslide
Slide 11 - Tekstslide
Als je een zure oplossing gaat titreren, mag je dan een zuur als titratievloeistof gebruiken?
A
Ja
B
Nee
Slide 12 - Quizvraag
Beginstand buret = 35,5
Eindstand buret = 10,0
Hoeveel mL titratievloeistof is er toegevoegd?
Eindstand buret = 10,0
Hoeveel mL titratievloeistof is er toegevoegd?
A
40,5
B
3,55
C
355
D
25,5
