Thema 3 - BS 3

Welkom
Thema 3 - BS 3

Alcohol 
1 / 15
volgende
Slide 1: Tekstslide
VerzorgingMiddelbare schoolvmbo b, kLeerjaar 1

In deze les zitten 15 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

Welkom
Thema 3 - BS 3

Alcohol 

Slide 1 - Tekstslide

Lesdoelen
Aan het einde van de les kun je 

uitleggen wat de korte en lange termijn gevolgen zijn van alcohol gebruik


Slide 2 - Tekstslide

Genotmiddelen
-  Alocohol
- Tabak (komt later terug) 
- Snoep
- Koffie
 
Waarom? Om je beter te voelen, uit verveling, nieuwsgierigheid

Slide 3 - Tekstslide

Wat is alcohol?
- Heldere, kleurloze vloeistof zonder smaak (alcohol, water & smaakstoffen)

- 3 groepen : 1 - Bier
                            2 - Wijn
                            3 - Sterke drank

- 250 ml bier = 5% alcohol
- 100 ml wijn = 12% alcohol
- 35 ml sterke drank = 35% alcohol

Slide 4 - Tekstslide

Effecten korte termijn
1. Rechtstreeks in het bloed
2. Bloed naar de hersenen
3. Hersenen ''verdoven''

1. Loskomen: Prettig gevoel, durft meer, bedroefd, agressief
2. Aangeschoten zijn: zelfvertrouwen neemt toe, alles is prima
3. Dronken zijn: Slecht zien en bewegen, traag, vergeetachtig

Slide 5 - Tekstslide

Effecten lange termijn
- Gewenning: lichaam gewend

- Verslaving/afhankelijkheid: kan niet meer zonder

- Ontwenningsverschijnselen: rillerig, ziek, koortsig

- Leverbeschadiging: verwijderd alcohol uit het bloed

Slide 6 - Tekstslide

Slide 7 - Tekstslide

Slide 8 - Video

Aan het werk! 

Slide 9 - Tekstslide

Tekst
Sleep de teksten naar het juiste vak
voordeel
nadeel
alcohol is lekker
je voelt je ontspannen.
 
Je mag alcohol drinken als je jonger bent dan 18
Alchol is verslavend.
Mensen kunnen eerder ruzie krijgen omdat ze dronken zijn

Kater
Je durft iemand eerder aan te spreken.
 
Meer kans op ongelukken

Slide 10 - Sleepvraag

Stelling 1

Als je alcohol drinkt slaap je lekker 

waar / niet waar

Slide 11 - Tekstslide

Stelling 2
In een glas bier zit meer alcohol dan in een glas jenever  

waar / niet waar

Slide 12 - Tekstslide

Stelling 3
Als je alcohol drinkt durf je een knappe jongen makkelijker aan te spreken

waar / niet waar

Slide 13 - Tekstslide

Dit heb ik
vandaag
geleerd

Slide 14 - Woordweb

Huiswerk 

Slide 15 - Tekstslide