In deze les zitten 12 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.
Lesduur is: 50 min
Onderdelen in deze les
Dit logo is van ...
Slide 1 - Open vraag
Dit logo is van ...
Slide 2 - Open vraag
Dit logo is van ...
Slide 3 - Open vraag
Dit logo is van ... (aanelkaarschrijven)
Slide 4 - Open vraag
Dit logo is van ... (aanelkaarschrijven)
Slide 5 - Open vraag
Dit logo is van ...
Slide 6 - Open vraag
Commerciële organisatie (streeft naar winst)
Niet-commerciële organisatie (streeft niet naar winst, heeft andere doelen)
Slide 7 - Sleepvraag
lesdoelen (p. 40)
1. Het bestaansrecht van een organisatie uitleggen;
2. Uitleggen in welke maatschappelijke behoeften de organisatie voorziet;
4. De verschillende indelingscriteria voor een organisatie uitleggen;
5. De absolute omvang en de relatieve omvang van een organisatie uitleggen;
6. Het onderscheid uitleggen tussen een organisatie met een commerciële doelstelling en een organisatie met een niet-commerciële doelstelling;
8. Het verschil tussen natuurlijk persoon en rechtspersoon uitleggen.
Slide 8 - Tekstslide
Maatschappelijke behoeften
Organisaties voldoen aan maatschappelijke behoeften door het leveren van producten, het bieden van werkgelegenheid, werken aan innovatie, leveren van een inkomen en leveren van belastingopbrengsten.
Slide 9 - Tekstslide
Slide 10 - Tekstslide
Definities
Organisatie = samenwerkingsverband van mensen om een of meerdere doelen te bereiken
Bedrijf = organisatie van Kapitaal en Arbeid met een of meerdere doelen (bestaansrecht)
Organisatievorm= rechtspersoon of natuurlijk persoon (meestal afh. van doelstelling; wel/geen winst)
Slide 11 - Tekstslide
Rechtsvormen
1. Eenmanszaak
2. Vennootschap onder firma (vof)
3. Maatschap
4. Besloten vennootschap (bv)
5. Naamloze vennootschap (nv)
6. Stichting
7. Vereniging (met of zonder rechtspersoonlijkheid)
Wij gebruiken cookies om jouw gebruikerservaring te verbeteren en persoonlijke content aan te bieden. Door gebruik te maken van LessonUp ga je akkoord met ons cookiebeleid.