TSV Financiële administratie

Wat weet jij van financiën
1 / 51
volgende
Slide 1: Woordweb
TSV Financiële administratieMBOStudiejaar 4

In deze les zitten 51 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 240 min

Onderdelen in deze les

Wat weet jij van financiën

Slide 1 - Woordweb

Slide 2 - Tekstslide

Slide 3 - Link

Slide 4 - Tekstslide

Slide 5 - Tekstslide

Slide 6 - Tekstslide

Slide 7 - Tekstslide

Slide 8 - Tekstslide

Op een balans staan:
A
Bezittingen en winsten
B
Verlies en Crediteuren
C
Winst en eigen vermogen
D
Bezittingen en Schulden

Slide 9 - Quizvraag

De balans wordt zo genoemd omdat,
A
Crediteuren en debiteuren altijd in evenwicht moeten zijn
B
Omdat de debetzijde en de creditzijde altijd in evenwicht moeten zijn
C
Omdat leningen altijd tegenover schulden staan
D
Omdat het banksaldo gelijk moet zijn aan de debiteuren

Slide 10 - Quizvraag

Slide 11 - Tekstslide

Slide 12 - Tekstslide

Het eigen vermogen van de balans bereken je door
A
Het totaal van debiteuren min crediteuren
B
Het totaal Debet zijde - credit zijde
C
Het totaal bank lening - hypotheek
D
Het totaal banklening - crediteuren

Slide 13 - Quizvraag

Toets 
Maak deze toets en kijk wat je zwakke punten nog zijn. Zodra je de test gemaakt hebt krijg je de uitslag. 

Slide 14 - Tekstslide

Slide 15 - Tekstslide

Slide 16 - Tekstslide

Debetzijde van de balans
Creditzijde van de balans
Crediteuren staan aan de:
Het eigen vermogen staat aan de:
De hypotheek staat aan de :
Debiteuren staan aan de:

Slide 17 - Sleepvraag

Lang vreemd vermogen
Kort vreemd vermogen
Vaste activa
Vlottende activa
Liquide middelen
Een hypotheek is een voorbeeld van:
Het banktegoed is een voorbeeld van:
Het bedrijfspand is een voorbeeld van:
De voorraad in het magazijn is:
De debiteuren zijn:

Slide 18 - Sleepvraag

Slide 19 - Tekstslide

Slide 20 - Tekstslide

Slide 21 - Tekstslide

Slide 22 - Tekstslide

Slide 23 - Tekstslide

Slide 24 - Tekstslide

Slide 25 - Tekstslide

Verschil bankboek en kasboek
Wat is het verschil tussen bankboek en kasboek?
In een bankboek verwerk je alle uitgaven en ontvangsten volgens het bankafschrift. Het bankboek lijkt op een kasboek, het enige verschil is de kasstaat en bij een bankboek de bankafschriften. Dit is dan ook het voordeel ten opzichte van een gemaakte contante betaling.

Slide 26 - Tekstslide

Bankboek
Wat is een bankboek?
Het bankboek bestaat uit alle inkomsten en ontvangsten volgens het bankafschrift van je zakelijke rekening. Je kunt het bankboek een klein beetje vergelijken met het kasboek. Een groot verschil bij een kasboek is echter de kasstaat. Een bankboek beschikt daar niet over.  

Het bankboek bevat dus alle transacties die daadwerkelijk op je zakelijke bankrekening plaatsvonden. Deze transacties moeten verwerkt worden in je administratie. Je wilt dit natuurlijk zo snel en eenvoudig mogelijk doen. Kies daarom voor een boekhoudprogramma die het inlezen van elektronische bankafschriften ondersteund.

Slide 27 - Tekstslide

Slide 28 - Tekstslide

Slide 29 - Tekstslide

TSV Toets
Tweede tussen toets
Normering 
1 van 12 = 1
2 van 12 = 1,7
3 van 12 = 2,5
4 van 12 = 3,3
5 van 12 = 4,2
6 van 12 = 5,0
7 van 12 = 5,8
8 van 12 = 6,7
9 van 12 = 7,5
10 van 12 = 8,3
11 van 12  = 9,1
12 van 12 = 10

Slide 30 - Tekstslide

Slide 31 - Tekstslide

Balans
Kasboek
Bankboek
Contant betaald
Met pas betaald
Bezittingen en schulden op een bepaald moment
De hypotheek van het bedrijfspand
Benzine contact betaald
Voorraadvan het bedrijf

Slide 32 - Sleepvraag

Kort vreemd vermogen en eigen vermogen staan aan de creditzijde van de balans
Ja
Nee
Twijfel

Slide 33 - Poll

Een hypothecaire lening
A
aan de debetzijde van de balans
B
is lang vreemd vermogen op de debet zijde van de balans
C
is kort vreemd vermogen op de creditzijde van de balans
D
Is lang vreemd vermogen op de creditzijde van de balans

Slide 34 - Quizvraag

Slide 35 - Tekstslide

Slide 36 - Tekstslide

Balans
Kasboek
Bankboek
Verlies en Winst (Resultaten rekening)
Bedrijfspand
Omzet
Bankkosten
Contante betaling
Voorraad
Rente Hypotheek
Aflossing hypotheek
Benzinekosten

Crediteuren
Betaald per bank crediteur
Contant ontvangen winkelvoorraad

Slide 37 - Sleepvraag

Winst en Verliesrekening
Een winst- en verliesrekening is een periodiek overzicht van opbrengsten en uitgaven van een onderneming. Het is het financiële huishoudboekje over een tijdvak, meestal een jaar. Je maakt een optelsom van alle opbrengsten verminderd met de kosten in je bedrijf.

Slide 38 - Tekstslide

Winst en Verlies of Resultatenrekening
De Resultatenrekening, ook wel Verlies- en Winstrekening genoemd, is een overzicht van alle kosten en opbrengsten over een bepaalde periode.
Op de resultatenrekening kunnen we in één oogopslag zien of het bedrijf gedurende deze periode winst gemaakt heeft of verlies heeft geleden.

In de vorige paragraaf lieten we bij elke transactie (indien van toepassing) het eigen vermogen veranderen. Met de resultatenrekening bewaren we deze wijziging, zodat we het EV ineens kunnen aanpassen.

De resulatenrekening
In veel gevallen wordt de resultatenrekening per jaar, of per kwartaal, bijgehouden.
Gedurende die periode schrijven we de kosten en de opbrengsten naast elkaar, zodat we aan het eind de conclusie kunnen trekken: winst of verlies.


Slide 39 - Tekstslide

Verlies en Winst
Opbrengsten en de kosten zijn meestal niet aan elkaar gelijk. Gelukkig, want een bedrijf wil winst maken.
Tóch is de resultatenrekening in balans: debet- en creditzijde zijn aan elkaar gelijk. Dat doen we door als laatste het verschil tussen opbrengsten en kosten in de resultatenrekening op te nemen; hier € 472.380 winst.

De winst vult als het ware het gat (de onbalans) tussen opbrengst en kosten. Daarom staat het winstbedrag ook voor je gevoel aan de verkeerde kant: de kostenkant.

Slide 40 - Tekstslide

Balans
Resultaten
rekening
Voorraadkantine
Omzet kantine zondag 5 sept
Transportkosten 1e elftal
Bus 1e elftal
Reiskosten trainer
Opbrengst sponsor
Waarde clubhuis
Transferwaarde spelers
Afschrijvingskosten spelerswaarde
Eigen vermogen
Winst seizoen
Huur velden

Slide 41 - Sleepvraag

Slide 42 - Tekstslide

Slide 43 - Tekstslide

Slide 44 - Tekstslide

Slide 45 - Tekstslide

De nettowinst = Verkoop (zonder BTW)-Kosten
A
Waar
B
Niet Waar
C
Twijfel
D
Niet waar het is met BTW

Slide 46 - Quizvraag

Een negatief eigen vermogen is niet mogelijk
Juist
Onjuist
Twijfel

Slide 47 - Poll

Liquiditeits begroting
Wat is liquiditeit?

Met liquiditeit kun je bepalen of je kunt voldoen aan je kortlopende betaalverplichtingen als onderneming. Liquiditeit is een financiële graadmeter die je scherp moet blijven monitoren. Dat kengetal vertelt in hoeverre je in staat bent om aan je kortlopende betaalverplichtingen te voldoen. Het gaat hierbij om 2 aspecten:
Openstaande facturen
Schulden die binnen 1 jaar moeten zijn terugbetaald
Je bedrijf is liquide als dit voor jou geen probleem is. Lukt dit niet, dan ben je - wat wordt genoemd - illiquide. Je hebt in dat geval extra cash nodig om het voortbestaan van je onderneming te kunnen garanderen.

Slide 48 - Tekstslide

Slide 49 - Tekstslide

Slide 50 - Tekstslide

Begroting
Een begroting of prognose is een financieel overzicht van de kosten en opbrengsten die u verwacht voor het komende jaar, de komende jaren of een specifiek project.

Slide 51 - Tekstslide