6.4 De iris en de ooglens

Planning voor vandaag

herhaling
uitleg 6.4
1 / 23
volgende
Slide 1: Tekstslide
BiologieMiddelbare schoolvmbo g, tLeerjaar 3

In deze les zitten 23 slides, met tekstslides en 4 videos.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Planning voor vandaag

herhaling
uitleg 6.4

Slide 1 - Tekstslide

1.5 uur per dag knipper je, pupil tot 45% groter, scheel kijken bij de mayas aantrekkelijk, snelste spier
huiswerk
6.3
timer
10:00

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Herhaling
Schrijf het antwoord in je schrift
1. wat is het verschil tussen de gele vlek en de blinde vlek?
2. wat is de taak van het vaatvlies?
timer
3:00

Slide 3 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Herhaling
Schrijf het antwoord in je schrift
1. wat is het verschil tussen de gele vlek en de blinde vlek? gele vlek heeft kegeltjes en staafjes (kan je goed mee zien), blinde vlek niet 
2. wat is de taak van het vaatvlies? voeding en zuurstof aan het oog geven
timer
3:00

Slide 4 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

6.4 De iris en de ooglens
iris en pupil:
- de pupil kan groter en kleiner worden gemaakt door spiertjes in de iris
- hoeveel licht er op het netvlies komt, wordt geregeld door de pupil




dit is een aantekening

Slide 5 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Hoe werkt dat dan?
Pupilreflex; het samentrekken van de spieren in de iris

Slide 6 - Tekstslide

beschermt de zintuigcellen in het netvlies tegen te fel licht
Opdracht
Teken een oog wanneer deze in het donker is.
Ontspannen de kringspieren zich of spannen ze samen?
Ontspannen de straalsgewijslopende spieren zich of spannen ze samen?
Ben je klaar? Maak de opgaven bij 6.4
timer
5:00

Slide 7 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Aan de slag
Maak de opdrachten die je nog niet hebt gedaan bij 6.4
timer
1:00

Slide 8 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Opdracht
Teken oog en geef hierbij de volgende onderdelen aan; hoornvlies, pupil, netvlies, vaatvlies, harde oogvlies, regenboogvlies, oogspieren, lens
timer
1:00

Slide 9 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 10 - Video

Deze slide heeft geen instructies

6.4 De iris en de ooglens
accommoderen = het aanpassen van de sterkte van de ooglens

Dit gebeurt doordat lens bol wordt; je ziet scherp dichtbij (lensbandjes los)
Of doordat de lens plat wordt; je ziet scherp veraf (lensbandjes strak)

Dit is een aantekening

Slide 11 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 12 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 13 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

zelf aan de slag
Kies zelf 4 opdrachten (blz. 71-74)
timer
15:00

Slide 14 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 15 - Video

Deze slide heeft geen instructies

biologie met Joost: de iris en de ooglens

https://www.youtube.com/watch?v=topd_f1THH8

Slide 16 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

vragen
VRAGEN? 

Slide 17 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 18 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Slide 19 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Samenvatting

Het netvlies heeft 2 lagen

  1. Laag zintuigcellen, de staafjes en de kegeltjes
  2. Laag zenuwcellen

Gele vlek: Hierin liggen voornamelijk kegeltjes en hierop valt het beeld waar je naar kijkt

Slide 20 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Samenvatting
Blinde vlek: de plek waar de uitlopers van de zenuwen het oog verlaat richting de hersenen, hiermee zie je niets

Slide 21 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Netvlies

Slide 22 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Staafjes

Het zien van contrasten in zwart-wit-grijs

Lage drempelwaarde

Ze worden gebruikt in schemer en licht

Verspreid over het hele netvlies, maar niet in de gele vlek

Kegeltjes

Het zien van kleur


Hoge drempelwaarde

Ze worde gebruikt in het licht


Liggen vooral in de gele vlek en de directe omgeving daarvan

Slide 23 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies