Klimaten in Europa en de Wereld les 1

Klimaten in Europa
Klimaat in Europa: les 1
1 / 41
volgende
Slide 1: Tekstslide
AardrijkskundeBasisschoolGroep 6-8

In deze les zitten 41 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 2 videos.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

Klimaten in Europa
Klimaat in Europa: les 1

Slide 1 - Tekstslide

Kerndoel 49
De leerlingen leren over de mondiale ruimtelijke spreiding van bevolkingsconcentraties en godsdiensten, van klimaten, energiebronnen en van natuurlandschappen zoals vulkanen, woestijnen, tropische regenwouden, hooggebergten en rivieren.

Slide 2 - Tekstslide

klimaat in Europa (KERNDL 49)

  • zeeklimaat
  • landklimaat
  • Middellandse zeeklimaat
  • hooggebergteklimaat
  • poolklimaat

Slide 3 - Tekstslide

klimaat in Europa (KERNDL 49)
  • tropisch klimaat
  • woestijnklimaat
  • Middellandse zeeklimaat
  • landklimaat
  • zeeklimaat
  • poolklimaat
 

Slide 4 - Tekstslide

Wat ga je leren?
  • Welke klimaten zijn er in Europa?
  • Welke klimaten zijn er in de wereld?
  • Bepaalde planten groeien goed in bepaalde klimaten
  • Hoe is het leven rondom de polen?
  • Wat is de evenaar?

Slide 5 - Tekstslide

Klimaten in Europa
Klimaat in Europa: les 1

Slide 6 - Tekstslide

Klimaten op aarde
Het klimaat is 
het weer 
over een 
lange tijd 
gemeten.

Op aarde zijn verschillende klimaten. 

Slide 7 - Tekstslide

Klimaten in Europa
  • zeeklimaat
  • landklimaat
  • Middellandse zeeklimaat
  • hooggebergteklimaat
  • poolklimaat

Slide 8 - Tekstslide

Zeeklimaat (1)
Het zeeklimaat is een klimaat bij een land aan zee. De zomer is niet zo warm en de winter niet zo koud. Het hele jaar is er neerslag. 
(Regen, sneeuw, hagel enz.)
Zeeklimaat (2)
De zon en de zee maakt het land warmer of kouder. Als je bijvoorbeeld in de winter naar het strand gaat, dan is de zee lauw. 
Zeeklimaat (3)
In het zeeklimaat leven loofbomen, zoals de eik, berk en beuk. (Loofbomen zijn bomen die hun blad verliezen) De loofbomen verliezen in de herfst dus haar bladeren. Bij het zeeklimaat en het landklimaat zie je ook duidelijk 4 seizoenen.

Slide 9 - Tekstslide

Eik
Eiken zijn loofbomen en zie je over de hele wereld. Sommige eiken blijven de hele winter groen, maar niet in Nederland en België. 

Eiken kunnen meer dan 600 jaar oud worden.
Dieren rondom de eik
De eikels zijn giftig voor mensen. Veel dieren zoals paarden, varkens en eekhoorns kunnen echter wel eikels eten. De grootte van de eikels hangt af van het soort eik. (Er zijn in Nederland 3 soorten, zoek je maar uit!)

De eikels worden in Nederland en België verspreid door de gaai en de eekhoorn. Verschillende soorten vlinders leggen daarnaast hun eieren op de bladeren van de eik. (Zoals de processierups)

Slide 10 - Tekstslide

Slide 11 - Video

Pak NU een atlas
timer
1:00

Slide 12 - Tekstslide

Noem 3 Europese landen
die aan zee liggen

Slide 13 - Woordweb

Landklimaat (1)
Bij een landklimaat zijn de verschillen tussen de seizoenen zomer en winter erg groot. Bij een zeeklimaat is dit niet zo. 
Landklimaat (2)
Het landklimaat wordt heel snel warm, maar koelt ook snel af. 
In het noordelijkste gedeelte van het landklimaatgebied komt de temperatuur in de zomer niet boven de 15 graden. Brr!
Landklimaat (3)
In de zomer is het droog en warm, in de winter is het er droog en koud. 
Landklimaat (4)
Daarom kunnen er geen loofbomen groeien. Het is er te extreem. Er groeit hier niks anders dan het Naaldbos. Dat zijn naaldbomen zoals de den en de spar.

Slide 14 - Tekstslide

Den of spar?
De dennenboom is een naaldboom die veel gebruikt wordt als kerstboom.  Naaldbomen heten zo omdat ze naaldvormige bladeren hebben. Bekende naaldbomen zijn dennen en sparren. 
Den of spar?
Bijna alle naaldbomen houden hun naalden als het koud wordt, en blijven dus het hele jaar groen. 

De naaldvormige blaadjes houden goed water vast, zijn vettig en buigzaam. Het suiker in het sap van de naalden is als een antivries. Naaldbomen in Nederland kunnen tegen de zachte winters. 

Slide 15 - Tekstslide

Een landklimaat heeft geen...
en ligt niet aan...
A
Groot verschil in zomer en winter
B
Naaldbomen
C
Een zee
D
Loofbomen

Slide 16 - Quizvraag

Noem 3 landen
die NIET aan zee liggen.

Slide 17 - Woordweb

Wat ga je leren?
Wat hebben we in Nederland?

Slide 18 - Tekstslide

Het klimaat in NL

Slide 19 - Tekstslide

Wat is het verschil tussen
een zeeklimaat en een land klimaat?

Slide 20 - Open vraag

Een boom in een zeeklimaat is een...
A
Eik
B
Berk
C
Spar
D
Den

Slide 21 - Quizvraag

Een boom in een landklimaat is een...
A
Eik
B
Berk
C
Spar
D
Den

Slide 22 - Quizvraag

Middellands zeeklimaat (1)
We noemen dit ook een mediterraan klimaat. Daarmee bedoelen we een erg warm klimaat. 

Het Middellands zeeklimaat beleef je in landen rond de Middellandse Zee. 

Slide 23 - Tekstslide

Middellands zeeklimaat (2)
De Middellandse zee zorgt voor het mooie weer op de landen rondom de Middellandse Zee. De zee is warm en verwarmt dus het land, net als bij ons, maar dan warmer! 

De zomers zijn warm en de winters zijn een beetje koud. 
De landen met het Middellands zeeklimaat zijn o.a. Frankrijk, Italië, Spanje en Griekenland.

Slide 24 - Tekstslide

Neem een atlas
en noem 3 landen
met een Middellands zeeklimaat

Slide 25 - Open vraag

Neem een atlas (blz. 56) en noem 3 landen
met een zeeklimaat
EN een ander klimaat (zoals Zweden)

Slide 26 - Open vraag

Zeeklimaat

Zachte winters en zomers
Komt door de zee. 
Wind blaast over de warme zee, over het land.
Duidelijk 4 seizoenen
Loofbomen (Eik, Berk, Beuk)
Landklimaat

Koude winters, zachte zomers
Komt door het land.
Land wordt snel warm, maar koelt ook snel af

Naaldbomen (Den, Spar)

Slide 27 - Tekstslide

Hooggebergte klimaat (1)
Een hooggebergte is een berg die hoog is. De grond is er altijd bevroren. Op de top ligt er eeuwige sneeuw. Sneeuw die smelt, maar waar het ook altijd weer sneeuwt. Dus ligt er altijd wat sneeuw op de top. Voor 'eeuwig'. 
Hooggebergte klimaat (2)
In het hooggebergteklimaat is het er koud. 
Guur. Écht koud. Van die kou die pijn doet.

Het hooggebergteklimaat komt voor in hooggebergten, zoals de Alpen en de Himalaya. Het is er het hele jaar ijskoud en de grond is er vaak het hele jaar bevroren (permafrost). De temperatuur ligt er altijd onder de 0°C. Dit klimaat heeft veel neerslag, in de vorm van hagel of sneeuw.

Slide 28 - Tekstslide

Bomen en planten?
Het is hier te koud voor bomen om te groeien. 
Hier zie je geen loofbomen en ook geen naaldbomen. 
Gras & mos en soms een kleine struik kan hier groeien.
Dieren in een hooggebergte klimaat?
In dit harde, ruige landschap overleven alleen aangepaste dieren. 
Er is immers weinig eten te vinden.
De alpenmarmot in de Alpen. Een jak met z'n dikke vacht (over)leeft in de Himalaya, en verder vind je er salamanders en hagedissen. 

Slide 29 - Tekstslide

Filmpje over de gevaren van (eeuwige) sneeuw
Filmpje over erosie (aanrader!)

Slide 30 - Tekstslide

Erosie is...
A
Afslijten van je zolen
B
Afslijten van je botten
C
Het afslijten van de bergen door wind, water en kou.
D
Iets dat door de natuur ontstaat

Slide 31 - Quizvraag

In een hooggebergte klimaat is er geen...
A
Bevroren grond
B
Gras, mos, struiken
C
Loofbomen
D
Eeuwige sneeuw

Slide 32 - Quizvraag

Poolklimaat (1)
Het poolklimaat is een erg koud klimaat dat vooral voorkomt rond de Zuidpool en Noordpool. Lange koude winters, koele zomers en het hele jaar door valt er neerslag, vaak als sneeuw. 

Slide 33 - Tekstslide

Planten in een poolgebied
De Noordpool en de Zuidpool liggen op het topje en het puntje van de aardbol. Het is er ongelofelijk koud, vol sneeuw en ijs. 

Alleen een beetje mos kan er groeien, als het geluk heeft.
Beren en pinguïns
De Noordpool is eigenlijk een super groot ijsblok in de Noordelijke IJszee. Dat is de koudste zee ter wereld. Op de Zuidpool ligt ook ijs, maar eronder ligt nog land : Antarctica.

Op de Noordpool wonen ijsberen. Op de Zuidpool wonen nog pinguïns, zeehonden, walvissen en een paar vogelsoorten. 

Op de Noordpool is het in de winter dag en nacht donker. En in de zomer is het juist altijd licht. Dat geldt ook op de Zuidpool. Maar als het op de Noordpool zomer is, is het op de Zuidpool winter en andersom. De zon kan niet overal tegelijkertijd zijn. 

Slide 34 - Tekstslide

Evenaar
Dit is lijn die er niet in het echt is. We noemen het de evenaar. 
De bovenste helft noemen we Noordelijk halfrond.
De onderste helft noemen we Zuidelijk halfrond.
Hier schijnt de zon recht op de aarde. Het is er dus snel warm. 
Het klimaat is er warm en vochtig. Je vind hier oerwouden.
Noordelijk halfrond
Zuidelijk halfrond
Schuine zonnestralen
Je bent in de buurt van de Noordpool. Brrr. Een poolklimaat. 
Hier schijnt de zon schuin op de aarde. De zon is niet zo krachtig.
Het klimaat is hier niet warm...totaal niet! 

Slide 35 - Tekstslide

Dit heb je geleerd

  • Klimaat = het gemiddelde weer in een gebied.
  • Klimaat heeft invloed op het weer, de natuur, de dieren en de mensen
  • Zeeklimaat: koele zomers en zachte winters. 
  • Landklimaat: hete zomers en strenge winters.
  • Middellandse Zeeklimaat: warme zomers en zachte winters. 
  • Hooggebergteklimaat: altijd met sneeuw hoog in de bergen. 
  • Poolklimaat: koele zomers en donkere, strenge winters.
  • De evenaar is het warmst en vochtigst met een tropisch klimaat (en oerwoud)
  • Je weet waar Antartica is, welke dieren rond de polen leven, wat loofbos is en voorbeelden van naaldbomen.
  • Je kunt met een atlas werken,  landen aanwijzen en vertellen welk klimaat ze er hebben. 


Slide 36 - Tekstslide

Slide 37 - Video


Wat voor klimaat heeft Spanje?
A
Middellands zeeklimaat
B
Droog klimaat
C
Pool klimaat
D
Zeeklimaat

Slide 38 - Quizvraag


Wat voor klimaat heeft Polen?
A
Tropisch klimaat
B
Land klimaat
C
Pool klimaat
D
Zee klimaat

Slide 39 - Quizvraag

Welk klimaat hebben wij in Nederland?
A
Zee klimaat
B
Pool klimaat
C
Land klimaat
D
Tropisch klimaat

Slide 40 - Quizvraag


Wat voor klimaat is dit?
A
Poolklimaat
B
Tropisch klimaat
C
Droog klimaat
D
Gematigd klimaat

Slide 41 - Quizvraag