taal - basiswoord

1 / 14
volgende
Slide 1: Tekstslide
TaalBasisschoolGroep 5

In deze les zitten 14 slides, met interactieve quizzen en tekstslide.

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Tekstslide

Samen maken we één grote woordfamilie!
Gebruik het basiswoord: ruimte
en maak er een nieuw woord mee

Slide 2 - Woordweb

Welke stelling over een woordfamilie is juist?
A
Geen enkel woord van een woordfamilie deelt dezelfde betekenis.
B
Alle woorden van een woordfamilie delen iets van dezelfde betekenis.

Slide 3 - Quizvraag

Welke stelling over een woordfamilie is juist?
A
Alle woorden van een woordfamilie hebben hetzelfde basiswoord.
B
Alle woorden van een woordfamilie hebben een ander basiswoord.

Slide 4 - Quizvraag

fotograaf - trouwfoto - fotolijstje - fotograferen

Wat is het basiswoord?
A
Zoals het klokje thuis tikt, tikt het nergens.
B
Fotograaf
C
Foto
D
Foto's

Slide 5 - Quizvraag

nachtdier - 's nachts - nachtmerrie - middernacht

Wat is het basiswoord?
A
nachtje
B
nacht
C
nachtmerrie
D
tachtig

Slide 6 - Quizvraag

neushoorn - speurneus - neusgat - wipneus - bloedneus

Wat is het basiswoord?
A
neus
B
neusje
C
bloedneus
D
neuzen

Slide 7 - Quizvraag

vlieg
tijd
vliegtuig
vliegveld
vliegen
wegvliegen
tijdmachine
tijdsdruk
tijdelijk
leeftijd

Slide 8 - Sleepvraag

huid
kleur
huidskleur
dierenhuid
huidziekte
heelhuids
huidverzorging
kleurplaat
kleurboek
kleurboek

Slide 9 - Sleepvraag

Maak zelf een woordfamilie
Met het basiswoord: huis

Slide 10 - Open vraag

Welke woord past niet in deze woordfamilie?

werkstuk - samenwerken - medewerker - wandelen

A
werkstuk
B
medewerker
C
wandelen
D
samenwerken

Slide 11 - Quizvraag

welke woordfamilie is helemaal juist?
A
ruimte - ruimtevaart - ruimteschip - ruimtestation
B
onderzoeken - politieonderzoek -onderzoeker - zochten
C
sterrenhemel - ophemelen - hemel - hemellichamen
D
hondenvoer - hondenmand - hondenriem

Slide 12 - Quizvraag

WAT IS EEN WOORDFAMILIE?

Slide 13 - Open vraag

Hoe vond je deze les?
😒🙁😐🙂😃

Slide 14 - Poll