1A - wo030321

BONJOUR
1 / 20
volgende
Slide 1: Tekstslide
FransMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 1

In deze les zitten 20 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

BONJOUR

Slide 1 - Tekstslide

Qu'est-ce qu'on va faire?
Interroger
Bez. vnw. herhalen
Les devoirs


Slide 2 - Tekstslide

Le verbe être 

Slide 3 - Tekstslide

Juiste vorm van être: Je ...

Slide 4 - Open vraag

Juiste vorm van être: Tu ...

Slide 5 - Open vraag

Juiste vorm van être: il/elle/on...

Slide 6 - Open vraag

Juiste vorm van être: nous ...

Slide 7 - Open vraag

Juiste vorm van être: vous ...

Slide 8 - Open vraag

Juiste vorm van être: ils/elles...

Slide 9 - Open vraag

Vertaling van : ils sont

Slide 10 - Open vraag

Vertaling van : tu es

Slide 11 - Open vraag

Vertaling van : nous sommes

Slide 12 - Open vraag

être
je suis - ik ben
tu es - jij bent
il/elle/on est - hij/zij/men is
nous sommes - wij zijn
vous êtes - u bent/jullie zijn
ils/elles sont - zij zijn

Slide 13 - Tekstslide

Bezittelijk voornaamwoord

Slide 14 - Tekstslide

Grammaire - bezittelijk voornaamwoord
In het Frans kijk je niet alleen naar van wie iets is, maar óók of het zelfstandig naamwoord mannelijk, vrouwelijk of meervoud is. 

Mon père est sévère. 
Ma mère est sympa. 

Slide 15 - Tekstslide

Grammaire - bezittelijk voornaamwoord
Mijn
Jouw
Zijn/haar
Mannelijk
Mon
Ton
Son
Vrouwelijk
Ma
Ta
Sa
Meervoud
Mes
Tes
Ses

Slide 16 - Tekstslide

Grammaire - bezittelijk voornaamwoord
Mijn rugzak is zwaar - Mon sac à dos est lourd. 
Mijn etui is rood - Ma trousse est rouge 
Mijn docenten zijn grappig - Mes profs sont marrants. 

Slide 17 - Tekstslide

Grammaire - bezittelijk voornaamwoord
Let op! Als het woord vrouwelijk is én met een klinker begint, krijg je toch de mannelijke vorm (klinkerbotsing)

Ta amie est marrante (jouw vriendin is grappig) 
Ton amie est marrante 

Slide 18 - Tekstslide

Grammaire - bezittelijk voornaamwoord
Let op! Son/sa/ses kan zowel zijn als haar betekenen. 

Son tableau est beau - Zijn/haar schilderij is mooi. 
Sa chambre est grande - Zijn/haar kamer is groot. 
Ses parents sont sympas - Zijn/haar ouders zijn aardig. 

Slide 19 - Tekstslide

Les devoirs
Vendredi 5 mars
Apprendre: herhalen blokje E en F en bez. vnw. 
Faire: - 

Slide 20 - Tekstslide