Het beroepsgeheim
1 / 10
Lesduur is: 30 minOnderdelen in deze les
Slide 1 - Tekstslide
Deze slide heeft geen instructies
Het beroepsgeheim dient de vertrouwensrelatie van jou met de zorgvrager
A
Waar
B
Niet waar
Slide 2 - Quizvraag
Deze slide heeft geen instructies
Het beroepsgeheim is in de wet vastgelegd
A
Waar
B
Niet waar
Slide 3 - Quizvraag
Het beroepsgeheim is beschreven in de Wet geneeskundige behandelingsovereenkomst (WGBO).
Als wijkverpleegkundige kom je voor wondverzorging thuis bij mevrouw Van Wijk. Zij is zesendertig jaar
en heeft een man en twee jonge kinderen. Tijdens je bezoek vertelt mevrouw je dat haar man opeens
zonder werk zit en daardoor nu erg lastig is in de omgang.
en heeft een man en twee jonge kinderen. Tijdens je bezoek vertelt mevrouw je dat haar man opeens
zonder werk zit en daardoor nu erg lastig is in de omgang.
A
Deze informatie valt onder het beroepsgeheim
B
Deze informatie valt niet onder het beroepsgeheim
Slide 4 - Quizvraag
Deze slide heeft geen instructies
Welke informatie valt onder zwijgplicht?
Slide 5 - Open vraag
De zwijgplicht geldt niet alleen voor informatie over de gezondheidstoestand van de zorgvrager, zoals zijn
diagnose, de medicijnen die hij gebruikt, de behandeling die hij krijgt.
ok andere informatie, die de zorgvrager je verteld heeft of die je gehoord of gezien hebt tijdens de
zorgverlening aan de zorgvrager, valt onder het beroepsgeheim. en zorgvrager kan aan jou bijvoorbeeld
ook het een en ander vertellen over zijn thuissituatie, zijn relatie(problemen), zijn werk of werkloosheid.
ver deze informatie zwijg je tegenover anderen.
ijdens de zorgverlening aan de zorgvrager kun je ook het een en ander te weten komen over anderen
uit de omgeving van de zorgvrager, bijvoorbeeld zijn gezinsgenoten. Voor die informatie geldt je
beroepsgeheim ook.
Tegenover wie geldt de zwijgpilcht?
Slide 6 - Open vraag
De zwijgplicht geldt in principe tegenover iedereen, behalve de zorgvrager zelf.
Bij iedereen moet je ook denken aan de familie, vrienden en kennissen van de zorgvrager
Je mag er ook niet zomaar van uitgaan dat de zorgvrager het goed vindt dat je zijn naasten informatie
van of over hem vertelt. n principe moet de zorgvrager daar toestemming voor geven (z
Na het overlijden van de zorgvrager stopt de zwijgplicht
A
Waar
B
Niet waar
Slide 7 - Quizvraag
Nee, ook na het overlijden van de zorgvrager blijft de zwijgplicht bestaan. e mag daarom na het overlijden
van de zorgvrager niet opeens allerlei informatie van en over hem, die je tijdens je beroepsuitoefening te
weten bent gekomen, aan anderen vertellen. ok niet aan zijn naasten.
en uitzondering op deze regel geldt als je goede redenen hebt om aan te nemen dat het de wens van de
overledene was om de ander wel te informeren.
In welke stituatie mag je het beroepsgeheim doorbreken?
A
De zorgvrager geeft je toestemming
B
De zorgvrager heeft een wettelijke vertegenwoordiger
C
Er zijn andere zorgverleners betrokken bij de directe zorgverlening
D
Bij alle drie mag dit
Slide 8 - Quizvraag
Deze slide heeft geen instructies
Je wil thuis vertellen wat je hebt meegemaakt op stage. Mag dit?
A
Ja, maar wel anoniem
B
Nee, je mag niets vertellen.
C
Ja, je mag vertellen wie er is geweest maar niet wat er was
D
Nee, je mag niet vertellen wie er was
Slide 9 - Quizvraag
Deze slide heeft geen instructies
Slide 10 - Tekstslide
Deze slide heeft geen instructies
