Hoofdstuk 12.4 Elektriciteit en veiligheid K4 les 4

1 / 29
volgende
Slide 1: Tekstslide
NatuurkundeMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 3

In deze les zitten 29 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Tekstslide

H12: Elektriciteit
Benodigheden
- laptop
- Binas
- Rekenmachine 


Tassen op de grond
Telefoons in de zakkie

Welkom kader 4!
Ga zitten en start met:

Ga verder met de examensite opdrachten. 




Jas over je stoel

Slide 2 - Tekstslide

Practicum
Welkom Kader-3 
Start met opdracht 2, 4, 6 en 8 van 2,3 Temperatuur
Je hebt straks je laptop nodig                     START IN:



Neem plaats en leg je spullen alvast klaar.
timer
3:00

Slide 3 - Tekstslide

We gaan starten!
                                                                                               Wachttijd:
stopwatch
00:00

Slide 4 - Tekstslide

H12: Elektriciteit
Introductie
§ 12.1 Stroom en spanning
§ 12.2 Spanning transformeren
§ 12.3 Serie- en parallelschakeling

§ 12.4 Elektriciteit en veiligheid

Slide 5 - Tekstslide

Lesprogramma
  1. Huiswerk controle
  2. Terugblik
  3. Leerdoelen
  4. Instructie (uitleg)
  5. Afsluiting 
  6. Huiswerk
  7. Nabespreking

Slide 6 - Tekstslide

Huiswerkcontrole

Maak opdrachten op de examensite

Slide 7 - Tekstslide

Over welke opgaven van
het huiswerk zijn er vragen?

Slide 8 - Woordweb

Terugblik
  1. Je kunt beschrijven hoe de elektrische installatie van een woonhuis in elkaar zit.
  2. Je kunt uitleggen hoe geleiders en isolatoren in een huisinstallatie worden toegepast.
  3. Je kunt beschrijven welke gevaren het gebruik van elektriciteit met zich meebrengt.
  4. Je kunt uitleggen wat er precies aan de hand is bij kortsluiting en bij overbelasting.
  5. Je kunt de functie beschrijven van zekeringen, aardlekschakelaars en aardleidingen.
  6. Je kunt uitleggen hoe dubbele isolatie en transformatoren zorgen voor meer veiligheid.

Slide 9 - Tekstslide

Een groep is beveiligd met een zekering van 16 A.
Op deze groep zijn een frituurpan van 8 A, een magnetron van 6 A aangesloten. Na het aansluiten van een stofzuiger komt de stroom boven de 16 A uit. Welke apparaten worden door de zekering uitgeschakeld?
A
frituurpan
B
magnetron
C
stofzuiger
D
alle apparaten

Slide 10 - Quizvraag

Hoeveel groepen heeft deze installatie?
A
1
B
2
C
4
D
8

Slide 11 - Quizvraag

Een transformator heeft een primaire spoel met 5 wikkelingen en een secundaire spoel met 500 wikkelingen.

Transformeert deze de spanning omhoog of omlaag?
A
Omhoog
B
Omlaag

Slide 12 - Quizvraag

Boudewijn heeft een spanningsbron van 6,0 V. Hij wil met een transformator de spanning verhogen. Hij heeft 4 spoelen om een transformator bouwen, met 200, 300, 400 en 600 windingen.
Met welke combinatie kan hij de spanning zo hoog mogelijk maken?

Slide 13 - Open vraag

Leerdoelen 12.4 Elektriciteit en veiligheid
  1. Je kunt beschrijven hoe de elektrische installatie van een woonhuis in elkaar zit.
  2. Je kunt uitleggen hoe geleiders en isolatoren in een huisinstallatie worden toegepast.
  3. Je kunt beschrijven welke gevaren het gebruik van elektriciteit met zich meebrengt.
  4. Je kunt uitleggen wat er precies aan de hand is bij kortsluiting en bij overbelasting.
  5. Je kunt de functie beschrijven van zekeringen, aardlekschakelaars en aardleidingen.
  6. Je kunt uitleggen hoe dubbele isolatie en transformatoren zorgen voor meer veiligheid.

Slide 14 - Tekstslide

12.4 Elektriciteit en veiligheid
Bert stapt van koken op gas over op elektrisch koken. 

Hij moet daarvoor wel de huisinstallatie laten uitbreiden.

 Waarom kan hij de kookplaat en de oven niet op de bestaande groepen aansluiten?

Slide 15 - Tekstslide

De meterkast
In de meterkast zie je (afb 1, van onder naar boven):
  • De huisaansluitkast. In dit kastje zit de hoofdzekering      van de huisinstallatie.
  • De energiemeter, ook wel kWh-meter   (kilowattuurmeter) genoemd. Deze meter houdt bij   hoeveel elektrische energie er in het huis wordt     verbruikt.
  • Eén of meer aardlekschakelaars.
  • De groepenkast. In de groepenkast splitst de   elektrische leiding zich in verschillende parallelle   groepen, elk met een eigen zekering en   groepsschakelaar.

Slide 16 - Tekstslide

De leidingen
Geleider:
Materiaal dat een elektrische stroom gemakkelijk doorlaat, zoals koper.
Alleen als de stroomsterkte veel te groot wordt, kan de temperatuur te hoog oplopen.

Isolator:
Materiaal waar geen elektrische stroom doorheen kan lopen, zoals plastic.
Andere veelgebruikte isolatoren zijn rubber, glas en lucht.


Slide 17 - Tekstslide

Gevaren van elektriciteit
Schok:
Plotselinge snelle samentrekking van je spieren, doordat er een elektrische stroom doorheen loopt.
Kortsluiting:
Defect in de isolatie van een elektrisch apparaat waardoor de stroom nauwelijks weerstand meer ondervindt en veel te groot wordt.
Overbelasting:
Situatie dat er te veel apparaten tegelijk aanstaan, zodat de totale stroomsterkte te groot wordt.
MENU
INHOUD







Slide 18 - Tekstslide

Veiligheidsmaatregelen
De huisinstallatie is op verschillende manier beveiligd: met zekeringen, met aardlekschakelaars en met aardleidingen.
Groepszekering:
Zekering die één groep van een huisinstallatie beveiligt tegen te grote stromen.
Aardlekschakelaar:
Apparaat dat de stroom die het huis binnenkomt, vergelijkt met de stroom die het huis verlaat. Als het verschil te groot wordt (als er te veel stroom ‘weglekt’), schakelt de aardlekschakelaar de stroom uit.
aardedraad
Groengele draad die de metalen buitenkant van een apparaat verbindt met de aardrail in de meterkast.
randaarde
Extra contactpunt aan de rand van het stopcontact dat verbonden is met een aardedraad.
dubbel geïsoleerd
Beveiliging van een apparaat met twee aparte lagen isolatie; meestal is de tweede laag de kunststof buitenkant van het apparaat.

Slide 19 - Tekstslide

Veiligheidsmaatregelen
Aardedraad:
Groengele draad die de metalen buitenkant van een apparaat verbindt met de aardrail in de meterkast.
Randaarde:
Extra contactpunt aan de rand van het stopcontact dat verbonden is met een aardedraad.
Dubbel geïsoleerd:
Beveiliging van een apparaat met twee aparte lagen isolatie; meestal is de tweede laag de kunststof buitenkant van het apparaat.








Slide 20 - Tekstslide

Aan de slag!
Maak opdracht: van paragraaf 
12.4 Elektriciteit en veiligheid 1 t/m 12
Je mag samenwerken!

Slide 21 - Tekstslide

Waar wil je nog extra uitleg over?

Slide 22 - Woordweb

Welke 3 dingen heb jij deze les geleerd?

Slide 23 - Woordweb

Afsluiting: we weten.................
  1. Je kunt beschrijven hoe de elektrische installatie van een woonhuis in elkaar zit.
  2. Je kunt uitleggen hoe geleiders en isolatoren in een huisinstallatie worden toegepast.
  3. Je kunt beschrijven welke gevaren het gebruik van elektriciteit met zich meebrengt.
  4. Je kunt uitleggen wat er precies aan de hand is bij kortsluiting en bij overbelasting.
  5. Je kunt de functie beschrijven van zekeringen, aardlekschakelaars en aardleidingen.
  6. Je kunt uitleggen hoe dubbele isolatie en transformatoren zorgen voor meer veiligheid

Slide 24 - Tekstslide

Het is duidelijk waar we met het hoofdstuk aan het werk gaan
😒🙁😐🙂😃

Slide 25 - Poll

Ik begrijp de leerdoelen van deze les?
😒🙁😐🙂😃

Slide 26 - Poll

De les was leuk?
😒🙁😐🙂😃

Slide 27 - Poll

Afsluiting
Volgende les:

Huiswerk:

  • Zet in je planner!!
  • Maak opdrachten op de examensite

Dank voor jullie aandacht!

Slide 28 - Tekstslide

Samenvatting

Slide 29 - Tekstslide