Prikkels + Het oog ( Hoe neemt het oog prikkels waar?) 1.1 + 1.2 + 2.1

Zintuigen en prikkels
1 / 54
volgende
Slide 1: Tekstslide
VerzorgingSecundair onderwijs

In deze les zitten 54 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 2 videos.

time-iconLesduur is: 100 min

Onderdelen in deze les

Zintuigen en prikkels

Slide 1 - Tekstslide

Gezondheid en welzijn LEF 4
Tweede graad

Slide 2 - Tekstslide

2.1 Hoe is het oog opgebouwd?

Slide 3 - Tekstslide

Slide 4 - Tekstslide

1. Wat zijn prikkels en hoe reageer je erop?

Hoe neem je prikkels waar?

Slide 5 - Tekstslide

Welke prikkels krijg je nu op dit moment binnen?

Slide 6 - Open vraag

Welke prikkels ervaar jij als storend?

Slide 7 - Open vraag

Ben jij al eens overprikkeld?
JA
NEEN

Slide 8 - Poll

Zintuigen prikkels 
Met je zintuig neem je waar. Je zintuigen zijn dus je oren, ogen, neus, mond en huid

Je neemt een prikkel waar. Een prikkel is een invloed uit de natuur, een signaal. Voorbeelden van prikkels zijn geluid, licht, geur, smaak en aanraking.

Slide 9 - Tekstslide

Hoe reageert je lichaam op een prikkel?
  1. Zintuig zet prikkels om in berichten (impulsen).
  2. Zenuwen brengen deze berichten naar je hersenen.
  3. Pas als het bericht in je hersenen is merk je er iets van. Je bent je bewust van de prikkel. Je hersenen beslissen hoe je erop gaat reageren.
  4. Je hersenen sturen berichten terug via de zenuwen.
  5. De berichten van de hersen vertellen je lichaam wat ze moeten doen.

Slide 10 - Tekstslide

Prikkels en impulsen
Een prikkel is een berichtje (uit de omgeving) dat wordt opgevangen in een zintuig.

In je zintuig wordt zo'n prikkel omgezet in een elektrisch stroompje, dat noem je een impuls

Slide 11 - Tekstslide

prikkel
impuls
zintuig
drempelwaarde: Is de prikkel wel sterk genoeg?
adequate prikkel: Is het zintuig wel gevoelig voor de prikkel? 
gewenning

Slide 12 - Tekstslide

Een impuls
Zenuwen
Prikkel
Zintuig
Waarneming
Click mee
Een impuls is een signaal dat door een zintuig wordt verstuurd als het wordt geprikkeld. (bewegende onderdeel in afbeelding)

 De volgorde bij een waarneming is: prikkel > zintuig > impuls > zenuwen > hersenen

Slide 13 - Tekstslide

Oog
Geuren
Tong
Neus
Smaken
Licht
Geluid
Oor
Prikkel
Zintuig

Slide 14 - Sleepvraag

Even oefenen....

Niki ruikt op haar kamer dat haar moeder een appeltaart gebakken heeft...

1: Wat is de prikkel?
2: Welk zintuig vangt de prikkel op?
3. Wat 'doet' het zintuig na het opvangen van de prikkel?

4. Wat kan je reactie zijn?

Slide 15 - Tekstslide

Zintuigen zetten prikkels om in impulsen.
Zenuwen sturen impulsen naar de hersenen.
Je wordt je bewust van de prikkel (geluid).
Hersenen sturen impuls via zenuwen naar je spieren.
Je spieren trekken samen. Je beweegt.

Slide 16 - Sleepvraag

                        
                          Individueel    
 
                     oefeningen
                      Blz.58 - Blz.60


Slide 17 - Tekstslide

Slide 18 - Tekstslide

OP EEN RIJ

Slide 19 - Tekstslide

Wat zijn prikkels?
Prikkels zijn waarneembare veranderingen in onze omgeving of in ons lichaam die een reactie uitlokken.

Slide 20 - Tekstslide

Wat is waarnemen?
Waarnemen is het in zich opnemen van de prikkels die je zintuigen opvangen of gewaarworden. Je zintuigen sturen die prikkels door naar je hersenen die er een betekenis aan geven en zo een reactie uitlokken.

Slide 21 - Tekstslide

Een zintuig is een orgaan dat een prikkel uit de buitenwereld opvangt. 

Waarnemen gebeurt via de zintuigen.

Slide 22 - Tekstslide

Slide 23 - Tekstslide

de 5 zintuigen

Slide 24 - Woordweb

Slide 25 - Tekstslide

De 5 zintuigen
De 5 zintuigen
het oor

horen
de neus

ruiken
de huid

voelen
de tong

proeven
het oog

zien

Slide 26 - Tekstslide

Om een reactie uit te lokken moet een prikkel intens genoeg zijn om waargenomen te worden. 

Slide 27 - Tekstslide


Waarnemingen beïnvloeden onze handelingen.

 Ze hebben verschillende functies en zijn onmisbaar voor de mens.

Slide 28 - Tekstslide

Welke functies?
functionele functie (prikkel heeft doel)
emotionele functie (waarneming werkt op gemoed)
sociale functie (omgang met anderen, groep)
communicatieve functie (informatie geven)
overlevingsfunctie (alarm!)

Slide 29 - Tekstslide

oefeningen
p62-63

Slide 30 - Tekstslide

Hoe reageer je op prikkels?

Slide 31 - Tekstslide

Prikkels lokken reacties uit.
Baby = reflexen

Een reflex is een automatische reactie op een prikkel uit de omgeving.

Slide 32 - Tekstslide

Zet de afbeeldingen en tekst in de juiste volgorde
Prikkel
Hersenen
Zintuig
Reactie

Slide 33 - Sleepvraag

Welke prikkel is hier van toepassing?
licht
smaak
geluid
temperatuur
zwaartekracht
aanraking
geur
pijn

Slide 34 - Sleepvraag

Welke prikkel is hier van toepassing?
licht
smaak
geluid
temperatuur
zwaartekracht
aanraking
geur
pijn

Slide 35 - Sleepvraag

Welke prikkel is hier van toepassing?
licht
smaak
geluid
temperatuur
zwaartekracht
aanraking
geur
pijn

Slide 36 - Sleepvraag

Wanneer ga je reageren op een prikkel?
A
Wanneer ik dit opmerk
B
Als de hersenen werken
C
Als de prikkel sterk genoeg is
D
Niet

Slide 37 - Quizvraag

Wat is gewoontegewenning?
A
Ik merk het niet meer op
B
Een gewoonte die niet went
C
De eerste keer dat ik het opmerk

Slide 38 - Quizvraag

Wat is een functionele functie?
A
waarneming heeft een doel
B
de omgang met anderen
C
de waarneming werkt op het gemoed
D
contact leggen

Slide 39 - Quizvraag

Wat is een communicatieve functie?
A
de waarneming heeft een doel
B
informatie geven
C
de waarneming werkt op het gemoed
D
waarschuwen voor gevaar

Slide 40 - Quizvraag

wat wil zeggen de waarneming is subjectief?
A
ik geef info
B
iedereen heeft dezelfde smaak
C
ik heb een gevoel
D
persoonlijk

Slide 41 - Quizvraag

2. Hoe neemt het oog prikkels waar?

Slide 42 - Tekstslide

Opdracht:
Teken het oog van je klasgenoot.

Slide 43 - Tekstslide

Het oog

Slide 44 - Woordweb

0

Slide 45 - Video

OP EEN RIJ
Pg. 66 - 67

Slide 46 - Tekstslide


Benoem nummer 1
A
Vaatvlies
B
Hoornvlies
C
Netvlies
D
Glasachtig lichaam

Slide 47 - Quizvraag


Benoem nummer 10
A
Lens
B
Iris
C
Hoornvlies
D
Pupil

Slide 48 - Quizvraag

hoornvlies
pupil
harde oogvlies
ooglid
wimpers
iris
wenkbrauw

Slide 49 - Sleepvraag

oefeningen
p68-69
72-73

Slide 50 - Tekstslide

Op welk onderdeel van het oog bevindt zich de beeldvorming in het oog?
A
Vaatvlies
B
Hoornvlies
C
Netvlies
D
Harde oogvlies

Slide 51 - Quizvraag

In welk deel van het oog zitten bloedvaten voor het 'voeden' van het oog?
A
Harde oogvlies
B
Vaatvlies
C
Netvlies
D
Hoornvlies

Slide 52 - Quizvraag

Slide 53 - Video

Naslagwerk
Bouw van het oog

Slide 54 - Tekstslide