Oefentoets periode 3 th

Welkom!
Wat heb je nodig?
- Grammaticaboekje
- Werkwoordspellingboekje
- lijntjesschrift
- etui
- laptop en oplader
1 / 30
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 1

In deze les zitten 30 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Welkom!
Wat heb je nodig?
- Grammaticaboekje
- Werkwoordspellingboekje
- lijntjesschrift
- etui
- laptop en oplader

Slide 1 - Tekstslide

Tussentoets
Waar gaat het over? 
- Grammatica
- Werkwoordspelling
- Leesvaardigheid (gatentekst)
- Woordjes (portfolio)

Slide 2 - Tekstslide

Grammatica

Slide 3 - Tekstslide

Ontleed de zin:
Iedere dag eet ik veel groente.

Slide 4 - Open vraag

Ontleed de zin:
Vrijdag heeft Job een cadeau aan alle kinderen gegeven

Slide 5 - Open vraag

Ontleed de zin:
Tijdens het stilteblok geef ik mijn schrift aan mijn vriendin

Slide 6 - Open vraag

Wat is het zww en wat is het hww?
Gisteren heb ik mijn schrift meegenomen.

Slide 7 - Open vraag

Wat is het zww en wat is het hww?
Ik zal een mooie brief schrijven

Slide 8 - Open vraag

Wat is het zww en wat is het hww?
Ik eet een broodje

Slide 9 - Open vraag

Werkwoordspelling

Slide 10 - Tekstslide

Iedereen (praten, vt) door elkaar.

Slide 11 - Open vraag

Deze chauffeur (rijden, tt) altijd om.

Slide 12 - Open vraag

Nur (appen, vt) snel haar moeder.

Slide 13 - Open vraag

Als het bliksemt, (donderen, tt) het ook vaak.

Slide 14 - Open vraag

Alle buren (bonken, vt) op de muren.

Slide 15 - Open vraag

Die docent (ontwikkelen, tt) zelf zijn toetsen.

Slide 16 - Open vraag

Met een 10 voor taal (belonen, tt) hij zichzelf voor al het oefenen.

Slide 17 - Open vraag

Leesvaardigheid

Slide 18 - Tekstslide

Slide 19 - Tekstslide

Welk woord past bij (1)?

Slide 20 - Open vraag

Welk woord past bij (2)?

Slide 21 - Open vraag

Welk woord past bij (3)?

Slide 22 - Open vraag

Welk woord past bij (4)?

Slide 23 - Open vraag

Welk woord past bij (5)?

Slide 24 - Open vraag

Welk woord past bij (5)?

Slide 25 - Open vraag

Woordenschat

Slide 26 - Tekstslide

Wat betekent het woord laboratorium?

Slide 27 - Open vraag

Wat betekent het woord Huzarenstukje?

Slide 28 - Open vraag

Maak een zin met het woord experts

Slide 29 - Open vraag

Maak een zin met het woord in het kader van

Slide 30 - Open vraag