Les 6

Assisteren bij sociale en recreatieve activiteiten
les 6

1 / 18
volgende
Slide 1: Tekstslide
Helpende zorg en welzijnMBOStudiejaar 1

In deze les zitten 18 slides, met interactieve quiz, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 30 min

Onderdelen in deze les

Assisteren bij sociale en recreatieve activiteiten
les 6

Slide 1 - Tekstslide

Leervragen
1. Welke soorten groepen en groepsprocessen zijn er



2. Wat zijn horizontale en verticale groepen
3. Wat is groepscultuur
4. Wat zijn de ontwikkelingsfasen van een groep
5. Wat is een cyclisch proces
6. Welke rollen zijn er in een groep




Slide 2 - Tekstslide

Groepen en activiteiten 
Als je activiteiten gaat doen met een groep, heb je te maken met groepsprocessen. Dit is de manier waarop een groep zich ontwikkelt in het samenwerken en omgaan met elkaar. Bij de voorbereiding en uitvoering van activiteiten is het belangrijk dat je rekening houdt met de soort groep, de groepscultuur en de fase van ontwikkeling van de groep. Groepen kun je op verschillende manieren indelen.

Slide 3 - Tekstslide

Samen maken

Opdracht 34. Het uitvoeren en evalueren van een activiteit

Slide 4 - Tekstslide

Formele groep
- Door een organisatie gemaakt
- Deelnemers hebben de groep niet zelf gemaakt 

Slide 5 - Tekstslide

Informele groep
- Groepsleden willen in de groep
- De groep is gevormd door de groep zelf
- Kan voorkomen dat de groepsleden in de groep zitten door sociale druk 

Slide 6 - Tekstslide

Samen maken


Bij welke formele en informele groepen hoor jij?

Slide 7 - Tekstslide

Horizontale groep
- De leeftijd is gelijk
- De leeftijd valt in een zelfde leeftijdscategorie 

Slide 8 - Tekstslide

Verticale groep
- De deelnemers hebben een verschillende leeftijd
- BSO
- Bioscoop gangers
ea. 

Slide 9 - Tekstslide

Homogene groep
Het woord homo betekent ‘gelijk’. In een homogene groep hebben de deelnemers een gemeenschappelijk kenmerk. Een groep met alleen maar vrouwen is een homogene groep omdat alle leden vrouw zijn. 

Slide 10 - Tekstslide

Heterogene groep
Het woord hetero betekent ‘verschillend’. De deelnemers zijn verschillend. Een groep met mannen en vrouwen is een voorbeeld van een heterogene groep. Heterogene groepen zijn:
  1. de klas waar je in zit
  2. een korfbalteam; bij korfbal zijn de teams gemengd
  3. een groep van de naschoolse opvang; de kinderen hebben verschillende leeftijden.

Slide 11 - Tekstslide

Welke cultuur hebben wij als groep?

Slide 12 - Woordweb

Ontwikkelingsfase van een groep 
Professor Tuckman heeft onderzoek gedaan naar de manier waarop groepen mensen zich vormen. Volgens Tuckman kun je bij de ontwikkeling van een groep vijf verschillende fasen (stappen) herkennen:

  1. Vormfase
  2. Stormfase
  3. Normfase
  4. Prestatiefase
  5. Afscheidsfase

Slide 13 - Tekstslide

Slide 14 - Video

Cyclisch proces 

Slide 15 - Tekstslide

Slide 16 - Link

Samen maken
Opdracht 48. Welke rol heb jij?

Slide 17 - Tekstslide

MAKEN

Opdracht: 37, 38, 40
Doe: 34 - 36 , 39,

Slide 18 - Tekstslide