6.6: Sociaal gedrag

8.4 Sociaal gedrag
1 / 44
volgende
Slide 1: Tekstslide
BiologieMiddelbare schoolhavoLeerjaar 4

In deze les zitten 44 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 8 videos.

time-iconLesduur is: 30 min

Onderdelen in deze les

8.4 Sociaal gedrag

Slide 1 - Tekstslide

Wat is adequaat gedrag?

Slide 2 - Open vraag

Leerdoelen
1. Je kunt verschillende vormen van sociaal gedrag herkennen en uitleggen.
2. Je kunt de functie van verschillende vormen van sociaal gedrag uitleggen 

Slide 3 - Tekstslide

Sociaal gedrag
Sociaal gedrag is gedrag dat plaatsvindt bij onderlinge interactie tussen dieren.

Sociaal gedrag kan erg verschillen tussen diersoorten. Dit heeft te maken met de levenswijze van de dieren.
Sommige dieren leven solitair en hebben alleen contact met soortgenoten om te paren. Andere dieren vormen koppels (paren). Weer andere diersoorten leven in grote groepen. 

Slide 4 - Tekstslide

Noem een voorbeeld van een diersoort dat een solitair leven leidt

Slide 5 - Open vraag

Noem een voorbeeld van een diersoort dat paren vormt

Slide 6 - Open vraag

Noem een voorbeeld van een dier dat in groepen leeft

Slide 7 - Open vraag

Signalen
Bij sociaal gedrag zijn signalen die individuen afgeven aan elkaar heel belangrijk

Signalen dienen als prikkels in sociaal gedrag en maken informatieoverdracht (communicatie) mogelijk

Slide 8 - Tekstslide

Signalen
Signalen kunnen worden afgegeven via:
  1. Geuren
  2. Kleuren
  3. Geluiden
  4. Houdingen
  5. Gebaren

Slide 9 - Tekstslide

5.2 Sociaal Gedrag
Omgaan met soortgenoten is Sociaal gedrag. Of het nou gaat om paren, vechten of elkaar voedsel brengen.

Er zijn grofweg 3 soorten sociaal gedrag:
  • Territorium gedrag
  • Voortplantingsgedrag
  • Groepsgedrag

Slide 10 - Tekstslide

Balts en bronst
Balts:
Gedragsketen die dieren uitvoeren voorafgaand aan het paren
Functie: 
Verhogen motivatie tot voortplantingsgedrag
Verlagen motivatie tot aggressiegedrag 
Versterken paarband 

De signalen bij de balts zijn altijd soortspecifiek. Op deze manier wordt voorkomen dat paring plaatsvind met andere soorten. 

De signalen in de gedragsketen stammen af van gedrag uit andere gedragssystemen zoals aanvals- en vluchtgedrag, voedingsgedrag en verzorgingsgedrag. We spreken dan van geritualiseerd gedrag.


Slide 11 - Tekstslide

Paringsgedrag (balts)
Baltsgedrag gevolgd door paring.

Balts vergroot de motivatie voor paring. Balts bestaat uit een gedragsketen.





Slide 12 - Tekstslide

Broedzorg
Verzorgen van de eieren/jongen

Slide 13 - Tekstslide

Broedzorg
Na de paringsdans (balts) komt
het paren. Na het paren, komen
er jongen. Het uitbroeden van of
grootbrengen van de jongen, heet 
broedzorg.

Slide 14 - Tekstslide

Slide 15 - Video

Territoriumgedrag
Samenleven met soortgenoten zorgt ook voor onderlinge competitie wat kan leiden tot onderlinge aggressie.

Door middel van territoriumgedrag proberen mannetjes een gebied voor zichzelf veilig te stellen waar ze kunnen eten en paren. Andere binnendringende mannetjes roepen dan ook dreiggedrag op. 

Slide 16 - Tekstslide

Territoriumgedrag
Dieren hebben een bepaalde gebied wat ze verdedigen tegen indringers. Zo'n gebied heet een territorium

Slide 17 - Tekstslide

Wat is territoriumgedrag?
  • Territoriumgedrag is al het gedrag dat te maken heeft met het uitzetten en verdedigen van een territorium. 

  • Er mag geen soortgenoot binnen het territorium komen.
  • Vertoont dreiggedrag

Slide 18 - Tekstslide

Slide 19 - Video

Afbakenen met geurvlaggen

Slide 20 - Tekstslide

Slide 21 - Video

Conflict gedrag
Dreiggedrag is vaak een psychologisch spelletje en lang niet altijd zullen mannetjes ook daadwerkelijk gaan vechten. Dit leidt vaak tot conflict gedrag.

Conflict gedrag
Gedrag dat ontstaat als er voor meerdere gedragssystemen een even sterke motivatie is.

Bij een conflict weet een dier soms niet of hij moet vluchten of vechten. Dit kan leiden tot conflictgedrag. 

Een bijzondere vorm van conflict gedrag is oversprongsgedrag. Bij oversprongsgedrag gaat een dier opeens gedrag vertonen uit een heel ander gedragssysteem. 




Slide 22 - Tekstslide

Taakverdeling

Slide 23 - Tekstslide

Binnen een groep is er vaak een taakverdeling. Er zijn leiders en werkers.  
Als leider heb je een andere taak dan als werker. 

Er is sprake van een rangorde als er in een groep hoger geplaatste en minder hoog geplaatste dieren zijn. 
 


Slide 24 - Tekstslide

Bijvoorbeeld..

Bijen worden geboren als werkster, dar of koningin. 
Bij de geboorte ligt al vast wat ze in hun leven gaan doen. 
 

 

Slide 25 - Tekstslide

Overspronggedrag
Wanneer dieren in geval van een ruzie geen vlucht-, dreig- of aanvalsgedrag laten zien, maar iets heel anders. Noemen we dit oversprong gedrag.

Voorbeeld: Een hond gaat zich krabben en vlucht.

Slide 26 - Tekstslide

Slide 27 - Video

Voortplantingsgedrag
Voortplantingsgedrag is gedrag dat te maken heeft met voortplanting.Bijvoorbeeld:
  • baltsgedrag
  • broedzorg
  • de paring

Slide 28 - Tekstslide

welk gedrag laat de pauw hier zien?

Slide 29 - Woordweb

Groepsgedrag
Bij groepsdieren is veel sprake van sociaal gedrag. Ze werken vaak samen en hebben een taakverdeling.

Slide 30 - Tekstslide

Rangorde
In sociale groepen bestaan rangorden. Het hebben van rangorde zorgt ervoor dat een groep kan overleven. 
De rangorde kan door dominatie of leeftijd bepaalde worden. 

Slide 31 - Tekstslide

Rangorde (pikorde)

Vooral in groepen


Dominant

Slide 32 - Tekstslide

Rangorde bij kippen
We noemen dit ook wel de pikorde.
De dominante kip pikt de andere kippen.
De kip die onderaan de pikorde staat  zal door veel andere kippen gepikt worden.

Slide 33 - Tekstslide

Slide 34 - Video

De pikorde in een groep kippen

Slide 35 - Tekstslide

Imponeergedrag
Meestal is dreiggedrag genoeg om een gevecht te voorkomen. 

Dieren dreigen door gebruik te maken van imponeergedrag.

Imponeergedrag = gedrag waarbij een dier zich zo groot en indrukwekkend mogelijk maakt.

Slide 36 - Tekstslide

Verzoeningsgedrag
In een conflictsituatie toont het ondergeschikte mannetje vaak verzoeningsgedrag

Verzoeningsgedrag verlaagt de aggressie van de belager.

In de foto rechts steekt de aap zijn hand uit. Dit is verzoeningsgedrag.

Slide 37 - Tekstslide

Statenvormende insecten
Sommige soorten insecten leven in staten

In staten is er een duidelijke taakverdeling. 

Voorbeeld Bijen:
Bijen leven in staten van duizenden bijen. De meeste bijen zijn werkbijen. Zij beschermen de populatie, verzamelen voedsel en zorgen voor de larven.

Slide 38 - Tekstslide

Soorten sociaal gedrag:
-Territoriumgedrag 
[je eigen gebied verdedigen]
-Dreiggedrag
[Vaak kenmerken van vlucht & aanvalgedrag]
-Paringsgedrag
[balts die organismen uitvoeren bij voortplanting]
-Broedzorg
[ouders die voor kinderen zorgen]
-Rangorde
[meest dominante individu staat bovenaan de pikorde]
-Imponeer & verzoeningsgedrag
[gedrag in groepen om hogere rangorde te krijgen]

Slide 39 - Tekstslide

timer
1:00
Communicatie
Territorium gedrag
Paringsgedrag
Broedzorg
Verzorgingsgedrag

Slide 40 - Sleepvraag

Extra: Moraliteit bij dieren?
Geinteresseerd in dit onderwerp? Een lastige vraag die wetenschappers vaak hebben is waar komt moraliteit vandaan? Frans de Waal doet onderzoek naar moraliteit onder apen. Bekijk de video op de volgende slide als je het interessant vind. 

Slide 41 - Tekstslide

Slide 42 - Video

0

Slide 43 - Video

Slide 44 - Video