herhaling ontvangst en opslag
welke bedrijfskolom is goed
A
oerproducent, producent halffabricaat, groothandel, detailhandel, consument
B
producent, eindproduct, collecterende handel, detailhandel, consument
C
producent, collecterende handel, eindproduct, producent halffabricaat, consument
D
oerproducent, groothandel, consument, detailhandel, gereed product
1 / 27
Onderdelen in deze les
welke bedrijfskolom is goed
A
oerproducent, producent halffabricaat, groothandel, detailhandel, consument
B
producent, eindproduct, collecterende handel, detailhandel, consument
C
producent, collecterende handel, eindproduct, producent halffabricaat, consument
D
oerproducent, groothandel, consument, detailhandel, gereed product
Slide 1 - Quizvraag
welke 3 stromen zijn er
binnen een bedrijfskolom?
binnen een bedrijfskolom?
Slide 2 - Woordweb
wat is de taak van de expediteur?
Slide 3 - Open vraag
vervoersbedrijf, vervoert toetjes naar de supermarkt
een boer, met veel melkvee
fabriek waar de melk wordt verwerkt, Er wordt met melk toetjes gemaakt
is er niet
vervoersbedrijf, vervoert melk van verschillende boederijen naar de melkfabriek
oerproducent
collecterende
groothandel
producent
halffabricaat
eindproduct
distribuerende
handel
Slide 4 - Sleepvraag
wat is de volgorde van de ontvangstvoorbereiding?
A
De loslijst doornemen, retourgoederen en emballage klaarzetten, interntransportmaterieel klaar zetten, de losplaats vrij maken
B
De loslijst doornemen, de losplaats vrij maken, retourgoederen en emballage klaarzetten, interntransportmaterieel klaar zetten,
C
De loslijst doornemen, retourgoederen en emballage klaarzetten, de losplaats vrij maken, interntransportmaterieel klaar zetten
D
De loslijst doornemen, de losplaats vrij maken, interntransportmaterieel klaar zetten, retourgoederen en emballage klaarzetten
Slide 5 - Quizvraag
wat is groupage?
Slide 6 - Open vraag
welk interntransportmiddelen zijn er?
Slide 7 - Open vraag
geef een nadeel van
wielkeggen
wielkeggen
Slide 8 - Woordweb
Welke procedure moet je in combinatie met wielkeggen toepassen?
A
ontvangstprocedure
B
stoplichtprocedure
C
sleutelprocedure
D
veiligheidsprocedure
Slide 9 - Quizvraag
Wat is emballage?
Slide 10 - Woordweb
Wat is er geregeld in de Algemene Vervoer Condities
A
de vrachtafhandeling
B
het aantal goederen
C
opslag van gevaarlijke stoffen
D
de overbelading
Slide 11 - Quizvraag
Welke vrachtbrief gebruik voor het voor het transport naar het buitenland?
Slide 12 - Open vraag
welke pictogram gebruik je als je goederen niet met haken mag oppakken?
Slide 13 - Open vraag
hoe noem je afspraken die met een leverancier zijn gemaakt?
A
leveringsbetrouwbaarheid
B
leveringsdatum
C
leveringscondities
D
leveringsinformatie
Slide 14 - Quizvraag
bij welk vervoer is een vrachtbrief noodzakelijk
A
kippen tijdens transport
B
tuinmeubelen in verpakking
C
los gestort zand
D
melk die wordt opgehaald
Slide 15 - Quizvraag
welke pallets zijn er in omloop?
Slide 16 - Open vraag
wat is een poolpallet?
Slide 17 - Open vraag
wat is het verschil tussen
statisch en dynamisch
transportmaterieel?
statisch en dynamisch
transportmaterieel?
Slide 18 - Woordweb
welke pallet heeft een rode kleur?
A
cheppallet
B
europallet
C
poolpallet
D
LPR-pallet
Slide 19 - Quizvraag
bigbags
silo
vaten
gassen
gassen
graan
vloei stoffen
zout
Slide 20 - Sleepvraag
wat betekent de afkorting WMS?
A
warehouse management storage
B
warehouse massive storage
C
warehouse management system
D
warehouse multiple system
Slide 21 - Quizvraag
welk interntransportmaterieel gebruik je voor horizon gebruik?
Slide 22 - Open vraag
artikelen uit een bepaalde groep liggen dicht bij elkaar opgeslagen
A
artikelsysteem
B
groepscodesysteem
C
projectcodesysteem
D
sectiecodesysteem
Slide 23 - Quizvraag
wat is een statische orderverzamelsysteem?
A
retrieversysteem
B
paternoster
C
carousel
D
legbordstelling
Slide 24 - Quizvraag
wat is FIFO?
Slide 25 - Woordweb
wat is het voordeel van een vrije locatiesysteem?
Slide 26 - Open vraag
noem 2 redenen waarom
goederen worden omgepakt
goederen worden omgepakt
