H3.3 Hoe is het geregeld? (deel 2)

• Economie
• Middelbare school
• mavo
• Leerjaar 2

3.3.Hoe is het geregeld? (deel 2)

Terugblik

CAO 

Collectieve arbeidsovereenkomst 

Werkgevers en werknemers  in een bedrijfstak maken samen afspraken over de arbeidsvoorwaarden 

Denk aan: loon, arbeidstijden en bijvoorbeeld vakantiedagen

Nieuwe CAO-afspraken Bouw

Vraag 29

(blz 76)

Terugblik

• Nettoloon
  

• Het loon dat je ontvangt op je bankrekening
  

• Brutoloon
  

• Het loon loon dat je met je werkgever hebt afgesproken (er is nog niets op ingehouden!)
  

• Inhoudingen  - 
  

• Loonbelasting en sociale premies
  

Leerdoelen

Deze les leer je:

• hoe het minimumloon werkt
• welke wetten er zijn om de werknemer te beschermen

(Wettelijk) minimumloon:

 

het brutoloon dat een werknemer van 21 jaar en ouder minstens moet verdienen in een voltijdbaan 

(dit is een nederlandse wet, niet Europees!) 

voor jongeren (15-21 jr) geldt het minimumjeugdloon -> een percentage van het minimumloon

Bron: rijksoverheid.nl

Arbeidstijdenwet:  

regels voor werk- en rusttijden  

let op: speciale regels voor jongeren!

Wetten die een werknemer beschermen:

Arbowet: 

arbeidsomstandigheden wet 

regels voor een veilige en gezonde arbeids-omstandigheden 

Roberto is 16 en werkt 12 uur per week bij Alva en verdient het minimumloon.

De werkweek duurt 38 uur.

Hoeveel verdient Roberto per week?

1. € 139 ÷ 38 × 12 = € 43,92
2. € 139 ÷ 4 × 12 = € 34,75
3. € 121,40 ÷ 4 = € 30,35
4. € 121,40 ÷ 38 × 12 = € 38,34

Wat is nettoloon

1. het zelfde als brutoloon
2. hoger als het brutoloon
3. het brutoloon min belastingen en premies

De studenten in de sweatshop werken onder zware omstandigheden. Welke wet beschermt Nederlandse werknemers hiertegen?

1. Arbowet
2. Arbeidstijdenwet
3. AOW
4. Pensioenwetgeving

Fiep is 20 en werkt bij de slager. Fiep moet altijd met handschoenen aan werken.

1. Veiligheidswet
2. Arbeidstijdenwet
3. Arbowet
4. NVWA

Huiswerk

Maken blz. 108, 109 en 110

opgave 42 t/m 47

Samenvatting blz. 121 : 3.3

Klaar? Leer de woorden 121 : 3.3

Maak herhalingsstof blz. 126 tm 128