Herhalingsles TRIM 1 aardrijkskunde - 4DO

Herhalingsles TRIM 1 aardrijkskunde
1 / 30
volgende
Slide 1: Tekstslide
AardrijkskundeSecundair onderwijs

In deze les zitten 30 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

Herhalingsles TRIM 1 aardrijkskunde

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

2.1 De stralingsbalans

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Welk landschap heeft het grootste albedo?
A
B
C
D

Slide 3 - Quizvraag

Door de lichte kleur van het sneeuwlandschap, weerkaatst het meer zonnestraling waardoor het albedo (= percentage weerkaatste kortgolvige straling) groter is. 
Vul de zin aan. De stralingsbalans is in evenwicht als de inkomende straling ...

Slide 4 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

De stralingsbalans is bepalend voor...
A
de bodem
B
het klimaat
C
het reliëf
D
het weer

Slide 5 - Quizvraag

De stralingsbalans gaat over een langere periode waarbij er naar de temperatuur wordt gekeken.
kortgolvige straling

Slide 6 - Woordweb

kortgolvige straling:
  • straling die de zon naar de aarde zendt
  • zichtbaar licht
  • korte golflengte
  • hoge energie
2.2 De stralingsbalans uit evenwicht

Slide 7 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Welk broeikasgas heeft het hoogste GWP?
A
distikstofmonoxide
B
methaan
C
koolstofdioxide
D
waterdamp

Slide 8 - Quizvraag

Het GWP (aardopwarmingsvermogen) meet hoeveel warmte het broeikasgas kan absorberen in vergelijking met dezelfde hoeveelheid koolstofdioxide en dat in dezelfde periode.
Op welke twee vlakken verschillen broeikasgassen van elkaar?

Slide 9 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

De gemiddelde temperatuur van de atmosfeer is de afgelopen 50 jaar ...
A
gedaald
B
hetzelfde gebleven
C
gestegen

Slide 10 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

De hoeveelheid inkomende kortgolvige straling van de zon is de afgelopen 100 jaar ...
A
gedaald
B
hetzelfde gebleven
C
gestegen

Slide 11 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

DUS de oorzaak van de temperatuurstijging in de atmosfeer is ...

Slide 12 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Versterkt de activiteit op de foto het broeikaseffect? Leg uit waarom wel/niet.

Slide 13 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

2.3 De gevolgen van het versterkte broeikaseffect

Slide 14 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Het versterkte broeikaseffect leidt tot een wereldwijde ...

Slide 15 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

gevolgen hydrosfeer

Slide 16 - Woordweb

  • meer neerslag
  • droogte (bosbranden tot gevolg)
  • extremere vormen van neerslag
  • overstromingen
  • smeltende gletsjers 
  • verlies drinkwater 
  • stijging zeeniveau
gevolgen biosfeer

Slide 17 - Woordweb

  • meer misoogsten door ziekten en plagen van dieren
  • dieren en planten zoeken een nieuw leefgebied op
  • pollenseizoen duurt langer (mens)
Is de oceaanterugkoppeling een voorbeeld van een positief of negatief terugkoppelingsmechanisme?
A
positieve terugkoppeling
B
negatieve terugkoppeling

Slide 18 - Quizvraag

Oceanen absorberen CO2 uit de lucht.
Positief of negatief terugkoppelingsmechanisme?
Door de verandering in de weerpatronen krijgen niet alle bossen voldoende neerslag. Als wouden afsterven, komt de in de vegetatie opgeslagen CO2 weer vrij.
A
positieve terugkoppeling
B
negatieve terugkoppeling

Slide 19 - Quizvraag

Het gaat om een positieve terugkoppeling. De temperatuur neemt toe door de stijging van het broeikasgas CO2 en dit versterkt de opwarming van het klimaat.
Positief of negatief terugkoppelingsmechanisme?
In de toendra’s van Rusland zit veel methaan opgeslagen in permafrost, door de opwarming van de aarde ontdooien deze gebieden.
A
positieve terugkoppeling
B
negatieve terugkoppeling

Slide 20 - Quizvraag

Het gaat om een positieve terugkoppeling. Er komt veel methaan vrij wat zorgt voor nog meer opwarming, en dus nog meer dooi.
Positief of negatief terugkoppelingsmechanisme?
Planten leven op CO2 en een hogere concentratie daarvan laat planten harder groeien, waardoor ze meer CO2 opnemen.
A
positieve terugkoppeling
B
negatieve terugkoppeling

Slide 21 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

2.4 Houtkap in het Amazonewoud

Slide 22 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Hoe komt het Amazonewoud aan zijn naam?

Slide 23 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Duid alle juiste antwoorden over het Amazonewoud aan. Het Amazonewoud bevindt zich ...
A
ten noorden van de evenaar
B
op het westelijk halfrond
C
ten zuiden van de steenbokskeerkring
D
tussen de twee keerkringen

Slide 24 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Duid alle juiste antwoorden over het klimaat in het Amazonewoud aan.
A
warm en nat
B
gemiddelde temperatuur van de maanden schommelt zeer sterk
C
gemiddelde temperatuur altijd boven 18° C
D
neerslag tijdens één nat seizoen

Slide 25 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Duid alle juiste kenmerken van een tropisch regenwoud aan.
A
planten groeien vooral tijdens de zomer
B
grote biodiversiteit in het woud
C
planten in verschillende lagen
D
cactussen

Slide 26 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Waarom wordt het tropisch regenwoud een 'carbon sink' genoemd?

Slide 27 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat zijn lokale gevolgen van ontbossing?
A
stijging van de zeespiegel
B
opwarming van de aarde
C
overstromingen
D
bodemdegradatie

Slide 28 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Hoe beïnvloedt houtkap het Amazonewoud? Leg uit a.d.h.v. de afbeelding.

Slide 29 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Hoe beïnvloedt houtkap het Amazonewoud? Leg uit a.d.h.v. de afbeelding.

Slide 30 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies