Spelling H2 - les 1

Spelling H2
met of zonder -n
1 / 21
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 3

In deze les zitten 21 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

Spelling H2
met of zonder -n

Slide 1 - Tekstslide

Wat gaan we doen?
  • terugblik foutieve samentrekkingen
  • samen startopdracht
  • uitleg theorie
  • zelfstandig werken

Slide 2 - Tekstslide

Terugblik
foutieve samentrekkingen

Slide 3 - Tekstslide

Wanneer samentrekken?
1 de weggelaten woorden hebben dezelfde functie (ow, pv, ...):
   De man struikelde over een boomstronk en de man viel.
       o                                                                                         o

2 de weggelaten woorden hebben dezelfde betekenis :
     Hij maakt fietsten en grappen.
     fietsen maken (=repareren) <-> grappen maken

3 de weggelaten woorden hebben hetzelfde getal (ev/mv):
    De docent is streng, maar de docent is rechtvaardig.
                ev                                                 ev

Slide 4 - Tekstslide

Deze film kreeg een internationale prijs en heb ik vandaag in de bioscoop gezien.
A
de samentrekking is goed
B
het is niet dezelfde functie
C
het is niet dezelfde betekenis
D
het is niet hetzelfde getal

Slide 5 - Quizvraag

Wij bieden u een baan aan en hopen u volgende week te zien.
























De juf wordt toegezongen door alle leerlingen en de lokalen versierd.



A
de samentrekking is goed
B
het is niet dezelfde functie
C
het is niet dezelfde betekenis
D
het is niet hetzelfde getal

Slide 6 - Quizvraag

De conciërge zet de kratten frisdrank in het magazijn en daarna de vaatwasser uit.
A
de samentrekking is goed
B
het is niet dezelfde functie
C
het is niet dezelfde betekenis
D
het is niet hetzelfde getal

Slide 7 - Quizvraag

Spelling H2
met of zonder -n

Slide 8 - Tekstslide

doel
Ik weet wanneer ik een meervouds-n moet gebruiken bij bijvoeglijke naamwoorden en zelfstandig gebruikte telwoorden.

Slide 9 - Tekstslide

startopdracht 
Log in met je eigen naam.

Slide 10 - Tekstslide

Mick stond gisteren op de boekenmarkt met zijn stripboeken.
Hij heeft ze ... verkocht.
A
allen
B
alle

Slide 11 - Quizvraag

Mijn moeder stuurt ieder jaar kerstkaarten.
Ze heeft er al ... verstuurd.
A
velen
B
vele

Slide 12 - Quizvraag

In de wachtkamer zaten zes patiënten. Ze waren ... erg zenuwachtig.
A
allen
B
alle

Slide 13 - Quizvraag

Gisteravond was er een dorpsfeest.
Ik kwam veel ... tegen.
A
bekenden
B
bekende

Slide 14 - Quizvraag

met of zonder -n? 

Slide 15 - Tekstslide

met of zonder -n? - telwoorden
Telwoorden als enkele, vele, weinige, sommige:
- met -n -> als ze zelfstandig worden gebruikt en personen aanduidt:   
                      Allen waren uitgenodigd.

-zonder -n -> als ze niet zelfstandig worden gebruikt of als ze geen                                                   personen  aanduiden:
                     Alle collega's waren uitgenodigd.
                     Van de oplossingen waren alle goed.

Slide 16 - Tekstslide

met of zonder -n? - telwoorden
Let op:
Telwoorden als tientallen, honderden, duizenden, miljoenen hebben altijd een -n

Slide 17 - Tekstslide

met of zonder -n? - bvnw
Bijvoeglijke naamwoorden die personen aanduiden
- met -e -> enkelvoud : De gepensioneerde heeft alle tijd om boeken te lezen.
- met -n -> meervoud : De gepensioneerden hebben alle tijd om koffie te                                                          drinken.

Bijvoeglijke naamwoorden die dingen/zaken aanduiden
- met -e -> bijna altijd
- met -n -> stoffelijk bijvoeglijk naamwoord: de zilveren ring

Slide 18 - Tekstslide

meer uitleg?
zie video-uitleg in de online omgeving

Slide 19 - Tekstslide

zelfstandig werken
weektaak: 
Hoofdstuk 2 Spelling: opdracht 1 t/m 5


Slide 20 - Tekstslide

doel
Ik weet wanneer ik een meervouds-n moet gebruiken bij bijvoeglijke naamwoorden en zelfstandig gebruikte telwoorden.

Slide 21 - Tekstslide