Conflicten

Verhaal 
'Per ongeluk express' 
1 / 20
volgende
Slide 1: Tekstslide
GodsdienstBuitengewoon lager onderwijs

In deze les zitten 20 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

Onderdelen in deze les

Verhaal 
'Per ongeluk express' 

Slide 1 - Tekstslide

Per ongeluk expres
Lowie wil het spel ‘Super Mario’ op zijn Nintendo spelen. Hij zoekt overal, maar het
spelletje blijft onvindbaar.
‘Zeg,’ vraagt hij aan zijn zusje Emma, ‘heb jij mijn Super Mario gezien?’
Emma zit op de bank. Ze speelt met Prik, haar knuffel. Het is een egeltje. De haren op zijn
rug lijken op stekels, maar ze zijn zo zacht als babywangetjes. ‘Eh, Super Mario ...’, zegt ze.
‘Ja, dat heb ik gezien.’
‘Ah, mooi!’, zegt Lowie. ‘Waar is het?’
‘Tja’, zegt Emma. Ze trekt haar hoofd een beetje tussen haar schouders. Ze laat Prik op
de bank liggen en staat op. Met voorzichtige pasjes schuifelt ze in de richting van de deur.
‘Dat spel is bij Imke.’
‘Bij Imke? Dat meisje uit jouw klas? Wat moet mijn spel daar?’
‘Haar broer wilde het graag lenen, en toen ...’
‘Haar broer?’ roept Lowie. ‘Jij leent mijn spelletje uit aan de broer van jouw vriendin?’
Emma is bijna bij de deur. ‘Ja, nu ja’, zegt ze. ‘Ik dacht, jij speelt er nooit meer mee.’
‘Ik wilde er nu mee spelen, sojaboon!’
Sojaboon? zie je Emma denken. Waar slaat dat nu op? Ze moet er eigenlijk wel om lachen.
Maar dat had ze beter niet kunnen doen. Lowie ontploft zowat! Hij grijpt Prik en gooit die
zo hard hij kan in de richting van zijn zusje. Het stekelvarken mist zijn doel op een halve
meter. Maar de knuffel raakt wel iets anders. Met een doffe plof smakt Prik tegen de
grote bloempot op de hoek van de kast. De pot twijfelt eventjes, wiebelt naar links en naar
rechts, en besluit ten slotte toch maar te vallen. Het geluid dat klinkt als hij landt, is veel
minder dof. Met een luide krak breekt er bovenaan een stuk af.
‘O-oh!’ schrikt Emma. Ze trekt snel de deur achter zich dicht en vlucht naar boven.
‘O, nee hè!’ roept Lowie uit. De bloempot was niet alleen groot, maar ook foeilelijk.
Tenminste, dat vonden er drie van de vier hier in huis. Alleen Lowies moeder was dol
op het ding. Ze was er zelfs trots op. Tante Christa had de pot jaren geleden uit Mexico
meegebracht. Zo goed en zo kwaad als het gaat, probeert Lowie de scherf als een
puzzelstuk terug op zijn plaats te duwen. Hij draait de bloempot met het kapotte
stuk naar de muur. En nu maar hopen dat niemand het ziet.
Maar dat is buiten zijn moeder gerekend! Het lijkt wel of zij geroken heeft dat er iets
gebeurd is. Ze komt binnen en loopt meteen naar de kast. Als ze de bloempot een slag
wil draaien, slaakt ze een gilletje. Er valt een stuk af. ‘Wat ... wat krijgen we nu?’ roept ze.
‘Moet je dit zien!’
‘Ach’, zegt Lowies vader. ‘Dat ouwe ding. Zet dat toch bij het groot vuil.’
‘Groot vuil?’ Moeder kijkt naar haar man alsof ze zin heeft zijn neus eraf te bijten.
‘Hij komt helemaal uit Mexico.’
‘Wel, stuk is hij in elk geval’, mompelt Lowies vader.
‘Ze moesten jou bij het groot vuil zetten!’ roept Lowies moeder. Daar heeft zijn vader niks
op te zeggen. Maar kwaad is hij wel. Boos kruipt hij weg achter zijn krant.
Op dat moment ontdekt Lowies moeder Prik op de grond naast de kast.
‘O, wacht eens!’ zegt ze. Ze klinkt nu heel dreigend. ‘Emma heeft natuurlijk weer eens met
dit ding lopen zwaaien. Lowie? Waar is je zusje?’
‘Eh ... boven’, zegt Lowie. Hij beseft dat hij eigenlijk iets anders zou moeten zeggen.
Maar zijn moeder aarzelt geen seconde. Ze loopt de kamer uit en stuift naar boven.

202 Conflicten Les 1
In Lowies hoofd tollen de gedachten zo wild rond dat hij ervan moet zuchten. Het gebeurt
natuurlijk wel vaker dat iemand van het gezin boos is op een ander. Dat is normaal als
mensen samenleven. Meestal duurt het nooit lang voor alles weer goed is. Maar nu is
opeens iederéén boos. Papa op mama. Mama laaiend op Emma. Emma zal zo meteen
woedend op hem zijn. En Lowie zelf voelt zich kwaad op de hele wereld. Maar vooral op
zichzelf. ‘Papa’, zegt hij zacht. ‘Het was mijn schuld. Ik heb die bloempot kapotgemaakt.
Het ging per ongeluk. Nu ja, ik gooide wel expres, maar dat ik die bloempot geraakt heb,
was echt per ongeluk.’
Lowies vader komt ritselend achter zijn krant vandaan. ‘Wel’, zegt hij. ‘Dan heb je heel wat
uit te leggen. En dat zou ik maar snel doen.’
‘Mama is wel héél boos, hè?’ zegt Lowie.
‘Op je zusje, ja’, zegt zijn vader. ‘Terwijl die dus niks gedaan heeft.’
‘Ik zal het maar eerlijk gaan zeggen, hè?’ zegt Lowie.
‘Dat zou ik maar doen’, zegt zijn vader.
Met lood in zijn schoenen loopt Lowie in de richting van de deur.
‘Weet je wat?’ zegt zijn vader. ‘Als jij nu naar boven gaat om de boel met je zusje en je
moeder te lijmen, dan probeer ik dat hier met die bloempot.’
‘Dankjewel’, zegt Lowie. Hij hoopt maar dat het lukt. Met het zware gewicht van alle
mislukkingen van die hele dag op zijn schouders sjokt Lowie naar boven. Ze zeggen
dat scherven geluk brengen, denkt hij. Nou, mooi niet!

Slide 2 - Tekstslide

- Wat zie je op de prent? Lowie kijkt beteuterd / hij wijst naar boven / Prik ligt op de grond /
mama is boos op papa en Emma / papa verstopt zich achter zijn krant

 - Wie speelt er mee in het verhaal? Lowie, Emma, mama, papa en Prik

- Wie heeft er een conflict? Lowie en Emma / papa en mama / mama en Emma
 
- Waarom hebben die mensen een conflict?
Emma heeft het Nintendospelletje van Lowie
meegenomen / papa vindt de bloempot van mama eigenlijk niet mooi en mama vindt
dat niet fijn / mama denkt dat Emma de bloempot heeft omgegooid
0

Slide 3 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Welke afbeelding past het best bij het gevoel van de twee grote dieren?
A
B

Slide 4 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Conflicten




Slide 5 - Tekstslide

Soms gaan er in ons leven ook dingen stuk. Dat doet pijn. In dit nieuwe
thema leren we over conflicten. We proberen een antwoord te vinden op vragen als: wat zijn
conflicten? Hoe ontstaan ze? Hoe reageren mensen op conflicten? We gaan uitzoeken hoe we
conflicten kunnen oplossen of vermijden.
Schrijf 1 of meerdere woorden waaraan je denkt bij het woord conflict ?

Slide 6 - Woordweb

Laat de leerlingen vertellen wat ze
daaronder verstaan (ruzie maken / van mening verschillen / tegenstrijdig zijn / ...).
Conflict
Een conflict is een situatie waarin één of meer partijen het niet eens is met zichzelf of met anderen, zodat er ruzie ontstaat. 

Slide 7 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Conflicten 
- Conflict met jezelf 
- Conflict met anderen
- conflicten in de wereld 

Slide 8 - Tekstslide

Benadruk dat er conflicten bestaan in ons eigen leven, in onze leefomgeving en in
de grote wereld.
Conflict in de wereld
Conflict met jezelf 
Conflict met een ander

Slide 9 - Sleepvraag

Deze slide heeft geen instructies

Wanneer had je een conflict?

Slide 10 - Woordweb

We maken allemaal wel eens een conflict mee.
Bij sommigen gebeurt dat vaker dan bij anderen. Herinneren jullie je een conflict dat je hebt
meegemaakt? 
Waar had je een conflict?
(de plaats)

Slide 11 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

Met wie had je een conflict?

Slide 12 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

Waarom had je een conflict?

Slide 13 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

Hoe liep het conflict af?

Slide 14 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

Oorzaken van conflict 
- Kritiek op iets
-  Iets tegen je zin doen 
- Verzet tegen iets of iemand 
-  Jaloezie op iets of iemand 
- Moeite om een keuze te maken 

Slide 15 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Duid de oorzaak aan die vaak voor jou van toepassing is
Kritiek op iets
Iets tegen je zin doen
Je verzetten tegen iets of iemand
Jaloers zijn
Moeite om een keuze te maken

Slide 16 - Poll

Deze slide heeft geen instructies

Negeren 
Huilen 
Uitsluiten 
Boos worden 

Slide 17 - Sleepvraag

Deze slide heeft geen instructies

Hoe reageer je het vaakst bij een ruzie?
Huilen
Wraak nemen
Negeren
Boos worden
Uitsluiten

Slide 18 - Poll

Deze slide heeft geen instructies

LES 2 
Conflicten oplossen 

Slide 19 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Hoe los je een conflict op?

Slide 20 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies