Arbo & veiligheid les 2(1)

ARBO en veiligheid les 2
1 / 35
volgende
Slide 1: Tekstslide
ARBOMBOStudiejaar 2

In deze les zitten 35 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

ARBO en veiligheid les 2

Slide 1 - Tekstslide

Weekplanner
Wk1 Arbo-wet + rechten & plichten 
Wk 2 Veiligheid 
Wk 3 Welzijn 
Wk 4 Gezondheid 
Wk 5 RI&E 
Wk 6 Samenwerking 
Wk 7 Herhaling & oefentoets 
Wk 8 Toets

Slide 2 - Tekstslide

Leerdoelen
Jij: 
- kan aangeven wat de afkorting ‘ARBO’ betekent; 
- weet hoe de veiligheid in een bedrijf geregeld is en wat wettelijk  
  verplicht is; 
- weet hoe de gezondheid in een bedrijf geregeld is en wat wettelijk      
  verplicht is; 
- weet hoe  welzijn in een bedrijf geregeld is en wat wettelijk verplicht is; 
- kent de regels rondom ziekteverzuim, wet poortwachter & preventie; 
- kent de gevolgen van slechte naleving van de Arbowet; 
- kent de rechten van de werknemers; 
- kent de plichten van de werkgever 
- kent de belanghebbenden van de ARBO-wet en weet waarom deze groepen belang hebben van een goede naleving van de    ARBO-wet

Slide 3 - Tekstslide

Hoe veilig is onze sector?

Slide 4 - Tekstslide

Slide 5 - Tekstslide

Verplichtingen werkgever volgens de ARBO-wet
– de werkplek zo veilig en gezond mogelijk is; 
– de werknemer zich kan beschermen tegen de risico’s van het werken met gevaarlijke machines, werktuigen en stoffen; 
– de werknemer zich bij acuut gevaar zo goed mogelijk in veiligheid kan stellen; 
– de inrichting van de werkplek, de werkmethode en hulpmiddelen zijn aangepast aan de werknemer; 
– er bij het werk rekening gehouden wordt met persoonlijke kenmerken van de werknemer, zoals leeftijd, geslacht, ervaring,    lichamelijke en geestelijke gesteldheid; 
– de werknemer regelmatig contact heeft met collega’s; 
– monotoon werk zo veel mogelijk wordt beperkt; 
– de werknemer het werk naar eigen inzicht kan inrichten; 
– de taakinhoud bijdraagt aan een verbetering van de bekwaamheid van de werknemer; 
– de werknemer zich op de hoogte kan stellen van het doel en het resultaat van het werk.

Slide 6 - Tekstslide

Verplichtingen werknemer volgens de ARBO-wet
– moet met de werkgever samenwerken aan verbetering van arbeidsomstandig-heden en de uitvoering daarvan; 
– is zelf verantwoordelijk voor zijn eigen en andermans veiligheid, gezondheid en welzijn

Slide 7 - Tekstslide

Belanghebbenden
Het werkgeversbelang: 
- kleinere kans op ongelukken 
- mensen blijven gezond 
- betere werksfeer en omgeving 
- Zieke werknemers kosten veel geld 
 
Aansprakelijk bij bedrijfsongevallen: 
- werknemer hoeft alleen aannemelijk te maken dat schade bij uitoefening werkzaamheden is ontstaan 
- problemen als gevolg van het niet nakomen van zorgplicht door werkgever 
 
Zorgplicht: 
- veilige werkplek 
- uitgebreide en permanente opleiding en instructie voor personeel 
continue controle op naleving instructies 

Slide 8 - Tekstslide

Belanghebbenden
Werknemersbelang: 
 
- beter voelen & meer plezier tijdens het werk 
- lichamelijke en emotionele problemen als gevolg van slechte arbeidsomstandigheden 
-financiële conse​quenties 

Maatschappelijk belang: 

- ziektekosten en uitkeringen worden gezamenlijk betaald 

Slide 9 - Tekstslide

Slide 10 - Link

Opdracht
Zoek op welke risico's er zijn op het gebied van veiligheid, gezondheid en welzijn in verschillende sectoren : 
- Ambulancezorg 
- Horeca 
- Koek en snoep 
- Onderwijs 
- Vlees

Slide 11 - Tekstslide

De definitie, "Medewerkers voelen zich mentaal gezond op het werk", hoort bij het begrip:
A
Veiligheid
B
Welzijn
C
Gezondheid

Slide 12 - Quizvraag

Wat betekent de afkorting ARBO?

Slide 13 - Open vraag

Loes sport naast haar werk op hoog niveau. Dit doet ze voor haar werk, maar ook na haar werk. Hierdoor heeft ze onder werktijd last van concentratieproblemen dat tot gevolg heeft dat ze fouten maakt tijdens haar werkzaamheden. Welke arbeidsfactor is hier bepalend?
A
Inhoud van het werk
B
Privé omstandigheden
C
Persoonlijke eigenschappen
D
Omgeving van het werk

Slide 14 - Quizvraag

In de Wet Poortwachter wordt het volgende beschreven:
A
Hoe de werkgever moet omgaan met gezondheid, welzijn en veiligheid
B
Hoe er dient om te gaan met ziekteverzuim
C
Wat de plichten en rechten van werkgevers zijn
D
Wat de plichten en rechten van werknemers zijn

Slide 15 - Quizvraag

De werknemer moet regelmatig contact hebben met collega's. Is dit een plicht van de werkgever?
A
Ja
B
Nee

Slide 16 - Quizvraag

Ik ben de enige die verantwoordelijk is voor veiligheid om mijn werkplek
A
Eens
B
Oneens

Slide 17 - Quizvraag

De werknemer hoeft niet samen te werken met de werkgever aan de verbetering van de arbeidsomstandigheden. Is dit juist of onjuist?
A
Juist
B
Onjuist

Slide 18 - Quizvraag

Er waren drie groepen belanghebbenden bij goede arbeidsomstandigheden. Noem de drie groepen belanghebbenden.

Slide 19 - Open vraag

Geef een omschrijving van het begrip veiligheid

Slide 20 - Open vraag

Slide 21 - Video

Beperken arbeidsongevallen door:
- Technische verbetering 
- Organisatorische verbeteringen 
- Persoonlijke bescherming

Slide 22 - Tekstslide

Slide 23 - Tekstslide

Verantwoordelijkheden werknemer mb.t. veiligheid
- werkzaamheden veilig uitvoeren 
- aandacht voor eigen veiligheid en voor collega's (evt. omwonenden) 
- gebruiken van persoonlijke beschermingsmiddelen 
- aanspreken op verkeerd gebruik hiervan 
- apparaten volgens de instructies gebruiken 
- verplicht melden van onveilige situaties aan werkgever

Slide 24 - Tekstslide

Verantwoordelijkheid werkgever m.b.t. veiligheid:
- ​RI&E (week 5) 
- veilige apparatuur (gekeurd) 
- instructie over de apparatuur 
- kundige werknemers in dienst 
- persoonlijke beschermingsmiddelen verstrekken

Slide 25 - Tekstslide

Hoe ontstaat onveilig handelen?

Slide 26 - Open vraag

Hoe kan onveilig handelen worden bestreden?

Slide 27 - Open vraag

Huiswerkopdracht:
Zoek drie situaties welke te maken hebben met veiligheid op de werkvloer. 
1 veilige situatie 
2 onveilige situaties. 
Je mag kiezen uit: 
 
- Filmpjes 
- Nieuwsberichten​ 
- Situaties binnen de school d.m.v foto's te maken v/d situaties 
 
Noem in elk van de onveilige situaties een verbetervoorstel.

Slide 28 - Tekstslide

Opdracht feedback geven
- Jullie gaan in groepen van 3 elkaar feedback geven op jullie omgang met veiligheid op werkvloer zoals beschreven in de drie casussen. 
- De feedback wordt gegeven zoals beschreven op het opdrachtblad. 
- Jullie gaan eerst de casussen verdelen over de groepsleden: 1 geeft feedback, 1 hoort aan en 1 observeert. Daarna gaan jullie individueel alle casussen doorlezen en schrijven jullie voor jezelf minimaal 2 feedbackregels op. 
- Hierna gaan jullie de casussen één voor één doornemen waarbij de observator tips opschrijft over het geven van feedback. 
- Jullie hebben hiervoor 15 minuten de tijd. 
- Jullie mogen alleen het opdrachtblad hiervoor gebruiken. 
- Als jullie klaar zijn dan laat je dat weten en dan ga ik het kort met jullie doornemen. 
- Na 15 minuten kies ik willekeurig een aantal mensen uit die hun casus mogen uitvoeren voor de klas. Hierop kan de gehele klas feedback geven.

Slide 29 - Tekstslide

Feedback cyclus
1. Geef aan waar het over gaat;  
2. Beschrijf het waargenomen gedrag (feiten, geen interpretaties);  
3. Gebruik altijd de “ik” boodschap;  
4. Geef aan welk effect het gedrag had op jou of op collega’s;  
5. Wacht op een reactie;  
6. Beschrijf wat je graag wilt;  
7. Zoek samen naar oplossingen en maak afspraken.  

Slide 30 - Tekstslide

Noem een voorbeeld van een onveilige situatie. Leg uit waarom dit onveilig is

Slide 31 - Open vraag

Dit is een voorbeeld van een veilige situatie.
A
Juist
B
Onjuist

Slide 32 - Quizvraag

Een voorbeeld van verantwoord handelen in een onveilige situatie is:
A
Het melden van een onveilige situatie bij de werkgever
B
Collega's niet aanspreken op hun gedrag
C
Doorgaan met je werkzaamheden, geen aandacht besteden aan het gevaar
D
Collega's aanspreken op hun gedrag

Slide 33 - Quizvraag

.................. is/zijn/bent de hoofdverantwoordelijke voor de veiligheid op jouw werkvloer.
A
De werkgever
B
Je collega's
C
Jijzelf
D
De ploegleider

Slide 34 - Quizvraag

Leerdoelen behaald?
Jij: 
- kan aangeven wat de afkorting ‘ARBO’ betekent; 
- weet hoe de veiligheid in een bedrijf geregeld is en wat wettelijk  
  verplicht is; 
- weet hoe de gezondheid in een bedrijf geregeld is en wat wettelijk      
  verplicht is; 
- weet hoe  welzijn in een bedrijf geregeld is en wat wettelijk verplicht is; 
- kent de regels rondom ziekteverzuim, wet poortwachter & preventie; 
- kent de gevolgen van slechte naleving van de Arbowet; 
- kent de rechten van de werknemers; 
- kent de plichten van de werkgever 
- kent de belanghebbenden van de ARBO-wet en weet waarom deze groepen belang hebben van een goede naleving van de    ARBO-wet

Slide 35 - Tekstslide