H6 oefentoets

• Aardrijkskunde
• Middelbare school
• mavo
• Leerjaar 2

Hoofdstuk 6

Nederland duurzaam?

Paragraaf 1 t/m 4

Gevolgen van klimaatverandering in Nederland zijn:
stijging / daling van de zeespiegel

1. stijging
2. daling

Hoe heten de waterkeringen in Zeeland?

1. Alfawerken
2. Deltawerken
3. Dijkwerken
4. De waterkeringen

Welke van de onderstaande uitspraken zijn goed?

1. Windenergie is een vorm van groene energie.
2. Kernenergie wordt opgewekt met uranium. Hier komt geen afval bij vrij.
3. Op dit moment is de helft van alle energiebronnen duurzaam in NL.
4. Het versterkte broeikaseffect heeft invloed op het ontdooien van de ijskappen.

Iemand doet twee uitspraken:
I Steenkool is een vervuilende brandstof.
II Steenkool vind je meestal aan het aardoppervlak.

1. Uitspraak I en uitspraak II zijn beide goed.
2. Uitspraak I en uitspraak II zijn beide fout.
3. Uitspraak I is goed en uitspraak II is fout.
4. Uitspraak I is fout en uitspraak II is goed.

Gevolgen van klimaatverandering in Nederland zijn:

in de winter hoger / lager debiet (afvoer) in de rivieren

1. hoger
2. lager

Waar

Niet waar

Uitputbare energie kan opraken

Hernieuwbare energie is voor éénmalig gebruik

Bruinkool en steenkool worden gebruikt voor hernieuwbare energie

aardolie en aardgas zijn voorbeelden van uitputbare energiebronnen

Fossiele brandstoffen zijn ontstaan uit planten- en dierenresten

Kernenergie en fossiele brandstoffen zijn de meest gebruikte energiebronnen op aarde

Gevolgen van klimaatverandering in Nederland zijn:
meer / minder regen in Nederland

1. minder
2. meer

Gevolgen van klimaatverandering in Nederland zijn:

vaker / minder vaak op natuurijs kunnen schaatsen

1. vaker
2. minder vaak

Gevolgen van klimaatverandering in Nederland zijn:

meer / minder stortbuien in de zomer

1. meer
2. minder

Gevolgen van klimaatverandering in Nederland zijn:

meer / minder verdamping van water in de zomer

1. meer
2. minder

Winterdijk

Zomerdijk

Uiterwaard

Dit is het begrip dat laat zien dat het in de steden gemiddeld warmer is dan in het omliggende gebied.

1. Plattelandsverkoeling
2. Stedelijk warmte-eiland
3. Ruraal - Urbane temperatuurswisseling

In Nederland wordt extra zand op de kust gespoten. Waarom?

1. Om daar waar de bodem in Nederland daalt, de bodem op te hogen.
2. Om dijken langs de rivieren te versterken.
3. Om de stukken land tussen de winterdijken en de rivieren op te hogen.
4. Om stranden en duinen langs de kust te versterken.

Welke zinnen zijn goed?

1. Verzilting betekent dat de bodem zouter wordt
2. Een van de oorzaken van bodemdaling in Nederland is de winning van delfstoffen.
3. De Nederlandse bodem komt steeds meer omhoog door smeltend ijs in Scandinavië
4. Hydro-elektriciteit speelt in Nederland geen rol.

1

2

3

4

5

6

7

De zon verwarmt de oceaan

Er ontstaan wolken

Er ontstaat neerslag 

Oceaanwater verdampt 

Water valt terug in de oceaan

Waterdamp koelt af

Waterdamp stijgt op

Wat doet CO2 in de atmosfeer?

1. Het zorgt ervoor dat wij kunnen ademen.
2. Het houdt warmte vast.
3. Het zorgt ervoor dat het hier niet te warm wordt.
4. Het is giftig.

Door verstening neemt de infiltratie van het water in de bodem toe.

1. Waar
2. Niet waar

Wat is geen oorzaak van bodemdaling?

1. rivieren overstromen niet meer
2. Delfstoffen winnen
3. Polders leegpompen
4. Zware gebouwen bouwen

Sleep de oplossingen om de rivier de ruimte te geven op de juiste plaats

Dijkverhoging

Dijkverlegging

Nevengeul

Uiterwaardverlaging

Kribverlaging

Bijna klaar!

Nu:

• vragen stellen voor de toets

Volgende keer: 

• toets