(havo/vwo) H2 Rotterdam: vernieuwing van het stadscentrum paragraaf 1

Planning:
Introductie
Uitleg: paragraaf 1 H2 blz.24/25 + B164,B166, B167, B168
maken opdracht  t/m  paragraaf 1 blz. 23/24/25
nabespreken paragraaf 1
afsluiting
Aan het einde van de les kan/weet je:
  • hoe de stadsdriehoek van Rotterdam ontstond
  • welke kenmerken de twee perioden van stedelijke vernieuwing in de historische binnenstad hebben
1 / 32
volgende
Slide 1: Tekstslide
AardrijkskundeMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 3

In deze les zitten 32 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 2 videos.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Planning:
Introductie
Uitleg: paragraaf 1 H2 blz.24/25 + B164,B166, B167, B168
maken opdracht  t/m  paragraaf 1 blz. 23/24/25
nabespreken paragraaf 1
afsluiting
Aan het einde van de les kan/weet je:
  • hoe de stadsdriehoek van Rotterdam ontstond
  • welke kenmerken de twee perioden van stedelijke vernieuwing in de historische binnenstad hebben

Slide 1 - Tekstslide

0

Slide 2 - Video

uitleg/aantekeningen

Slide 3 - Tekstslide

Model van een stad
(Europees model)
  • Oudste deel = historische binnenstad (1e ring)
  • Stadscentrum (ook wel centrale zakenwijk, CBD) -->  hier vind je kantoren-, winkel en uitgaansgelegenheid. (2e ring)
  • Toen de industrie werden er veel 19e eeuwse woonwijken (arbeiderswijken - stadswijken voor WO2(voor 1940)) gebouwd aan de rand van het stadscentrum. (3e ring)
  • Aan de rand van de stad liggen de moderne/nieuwe woonwijken(in de V.S. kennen we die als suburbs). Buiten het stadscentrum is daar meer ruimte voor. (4e ring)

  1. Historische binnenstad
  2. Stadscentrum (centrale zakenwijk, CBD)
  3. 19e eeuwse woonwijken (arbeiderswijken)
  4. Moderne woonwijken(naoorlogse wijken)

Slide 4 - Tekstslide

Hoe ziet het stadsmodel er in Rotterdam uit?
1e ring
2e ring
3e ring
Dus Afrikaanderwijk is een voorbeeld van een wijk voor WO2

Slide 5 - Tekstslide

Binnenstad Rotterdam:
  • In de binnenstad ontstonden de eerste havens (vormden samen Stadsdriehoek (wijk in Rotterdam ))
  • Na 1870 werd Rotterdam belangrijkste aan- en afvoerhaven voor industriegebieden (net als het Ruhrgebied)
  • Als gevolg hiervan kwamen veel mensen naar Rotterdam om te gaan werken, voor deze mensen moesten er ook woningen komen. Deze werden aangelegd en zijn de eerste echte arbeiderswoningen in Rotterdam.
  • Deze woningen werden gebouwd vanuit het economisch belang voor de haven (arbeiders hoeven niet meer op en neer voor hun werk.
  • Typische kenmerken: Slechte leefomstandigheden, kleine huizen, rijtjeshuizen met weinig voorzieningen
Oorzaak
Gevolg

Slide 6 - Tekstslide

Na WO2 ~ Stedelijke Vernieuwing
Stedelijke vernieuwing = vernieuwen van de stedelijke leefomgeving zodat de leefbaarheid verbeterd.

Dit kent 2 fases:
  1. Fase vlak na de oorlog(1945-1980) --> doel was voornamelijk snel heropbouwen en herinrichten binnenstad (daarmee ontstond er een centrale zakenwijk in de binnenstad en is er geen echte historische binnenstad);
  2. Fase na 1980 --> doel was aantrekkelijkheid voor wonen, werken en vrije tijd te verbeteren

Slide 7 - Tekstslide

Fase voor 1980:
Fase na 1980:
Doel: aantrekkelijkheid wonen, werken, vrije tijd
(uitbreiding stadscentrum)
Verschillende aanpassingen:
1. Meer (moderne) hoogbouw
2. Woningen in het stadscentrum(zodat er buiten kantooruren ook mensen in het stadscentrum zijn)
3. Uitbreiding van voorzieningen

Hierdoor kregen we te maken met cityvorming. (Het verdringen van de woonfunctie door kantoren en winkels)
We kregen hierdoor een echte centrale zakenwijk.


Doel:  snel heropbouwen en herinrichten
Dit gebeurde door: 
  1. Renoveren: opknappen van oude woningen aan de wensen van nieuwe woonwensen
  2. Saneren: slopen van oude niet goede onderdelen (die vaak in slechte staat functioneren)
Oftewel sloop en nieuwbouw (het moest op een snellere manier)





Slide 8 - Tekstslide

Sectoren, hoe zat het ook alweer?
Primair
Levert grondstoffen en voedsel (bijvoorbeeld landbouw, mijnbouw)
Secundair
Industrie (verwerking van de grondstoffen uit de primaire sector)
Tertiair
Goederen en diensten aanbieden met als doel winst te maken 

Slide 9 - Tekstslide

Quartaire sector
Niet-commerciële dienstverlening, is niet uit op winst

Slide 10 - Tekstslide

Compacte stad-beleid
  • De steden groeien en daarbij groeit de bevolking ook.
  • Door suburbanisatie is er ruimte in de stad vrijgekomen.
  • In de stad worden oude fabrieken, bedrijventerreinen omgebouwd tot nieuwe woonwijken.
  • Deze woonwijken worden gebouwd tegen het bestaande stadscentrum aan. Het beleid dat gaat over meer bouwen tegen de stad aan heet het  compacte stad-beleid.

Slide 11 - Tekstslide

Compacte stad-beleid
  • De steden groeien en bevolking groeit.
  • Meer huizen zijn nodig.
  • Eerst suburbanisatie. Buiten de stad meer ruimte en het is goedkoper.
  • Daarna: binnenstad wordt leger. mensen aan trekken door oude fabrieken, bedrijventerreinen om te bouwen tot nieuwe woonwijken.
  • Deze woonwijken zijn dicht tegen het bestaande stadscentrum aan  gebouwd.

Slide 12 - Tekstslide

Slide 13 - Video

Oude havens, Nieuwe functies
De technologie kwam op en er kwamen modernere schepen. De oude havens van Rotterdam konden dit niet aan en werden niet meer gebruikt. Er moest worden heringericht. Er kwamen nieuwe kantoren voor in de plaats zodat het gebied niet als "vervallen" werd beschouwd. Hiermee kregen de oude havens een andere gebruiksfunctie --> recreatie (bijv. de Oude Haven)


Er werd begonnen aan de havens in het noorden en na 1990 waren de havens in het Zuiden aan de beurt waarbij de Kop van Zuid ontstond. Het stadscentrum werd vroeger verdeeld onder twee stukken, maar na herinrichting kwam de Erasmusbrug die de twee delen(van het stadcentrum) met elkaar verbond. Hierbij kwamen er nog verschillende hoogbouw (met culturele voorzieningen), hotels, restaurants, kantoren en woningen. 
Het maken van plannen voor de herinrichting van een gebied noem je ruimtelijke ordening

Slide 14 - Tekstslide

voorzieningen 
Hoogwaardige voorzieningen of dagelijkse voorzieningen?
supermarkt
universiteit
ziekenhuizen
bioscoop
bakkerij
Ikea
zwembad
Hoe.......voorzieningen, hoe.......de leefbaarheid.

Slide 15 - Tekstslide

Stadsvernieuwing vanuit dimensies (opg 2):
  • economisch: kantoren-automatisering
  • sociaal-cultureel-woonwensen en inkomen
  • demografisch: bevolkingsaantallen en samenstelling huishoudens

Slide 16 - Tekstslide

Cityvorming
Het verdwijnen van woonfunctie en daar komen diensten (kantoren en winkels) voor terug.

Slide 17 - Tekstslide

Stedelijke vernieuwing
  • Het veranderen van ruimtegebruik (functie)
  • Bijv. in oude fabrieken komen kantoren, restaurants, woonruimte of ateliers

Slide 18 - Tekstslide

Een nieuw station
omdat...
  • toename aantal reizigers
  • overstapmogelijkheid van lokale naar internationale bestemmingen
  • omgeving was in verval
  • het aan de rand van de binnenstad lag

Slide 19 - Tekstslide

Reactie op suburbanisatie
compacte stadbeleid

re-urbanisatie

Slide 20 - Tekstslide

zelfstandig werken
lezen heel paragraaf 1 H2 + B164, B166, B167,B168
maken opdracht  1,2,4,5,6,7,8  paragraaf 1 H2
gebruik hierbij:
tekstboek blz. 25
werkboek blz. 24/25
stoplicht: Rood = stil lezen en werken. Oranje = fluisteren als je wilt overleggen. Groen = normaal praat niveau met werken
timer
5:00

Slide 21 - Tekstslide

Voor 1980
Na 1980
Saneren
Sloop en nieuwbouw
Betere voorzieningen
Aantrekkelijkheid stadscentrum
Cityvorming
Herinrichting en opbouw

Slide 22 - Sleepvraag


A
Primaire sector
B
Secundaire sector
C
Tertiaire sector
D
Quartaire sector

Slide 23 - Quizvraag


A
Primaire sector
B
Secundaire sector
C
Tertiaire sector
D
Quartaire sector

Slide 24 - Quizvraag


A
Secundaire sector
B
Quartaire sector
C
Tertiaire sector
D
Primaire sector

Slide 25 - Quizvraag

In welke sector denk je dat de meeste Nederlanders werken?

A
Primaire sector
B
Secundaire sector
C
Tertiaire sector
D
Quartaire sector

Slide 26 - Quizvraag

Welke maatregel heeft NIET bijgedragen aan de verbetering van de sfeer in het centrum van Rotterdam?
A
De ontwikkeling van het nieuwe station en het stationsgebied.
B
De scheiding van woon-, kantoor- en winkelgebieden.
C
De moderne hoogbouw en bijzondere architectuur waar toeristen op af komen.
D
De uitbreiding van de voorzieningen.

Slide 27 - Quizvraag

De foto toont een voorbeeld van:
A
cityvorming
B
stedelijke vernieuwing

Slide 28 - Quizvraag

Hoe heet het beleid dat gericht is op re-urbanisatie?
A
Groeikernenbeleid
B
compacte stad-beleid
C
cityvormingsbeleid
D
stedelijke vernieuwingsbeleid

Slide 29 - Quizvraag

Welke maatregel draagt bij aan een betere leefbaarheid?
A
uitbreiding van voorzieningen
B
opknappen van oude fabriekspanden
C
aanleg woonwijken op lege plekken in de stad
D
vernieuwen van een station

Slide 30 - Quizvraag

In welke volgorde vonden onderstaande processen plaats?
A
re-urbanisatie-suburbanisatie-urbanisatie
B
urbanisatie-suburbanisatie-re-urbanisatie
C
suburbanisatie-re-urbanisatie-urbanisatie

Slide 31 - Quizvraag

Dit is een voorbeeld van een...
A
hoogwaardige voorziening
B
laagwaardige voorziening

Slide 32 - Quizvraag