present continuous

Als alle opdrachten af zijn?
Vraag nakijkblad aan docent.

Kijk kritisch antwoorden na en verbeter.

Ga verder met extra werk op bord.
1 / 32
volgende
Slide 1: Tekstslide
EngelsMiddelbare schoolvmbo bLeerjaar 1

In deze les zitten 32 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 2 videos.

Onderdelen in deze les

Als alle opdrachten af zijn?
Vraag nakijkblad aan docent.

Kijk kritisch antwoorden na en verbeter.

Ga verder met extra werk op bord.

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Today's lesson plan
1. Inzage in S.O. Unit 1  in Lessonup
2. Jouw analyse van S.O.
3. Afmaken Self Test -> A, B, C, D, E, F, G, Phrases
4.  Quiz Present Continuous

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Present continuous
Present = tegenwoordige tijd
Continuous = nu aan de gang


Slide 3 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Present continuous
Vorm van to be + werkwoord + ing
        (am/ is/ are)

Bijvoorbeeld: 
I am reading a book.
He is reading a book.
We are reading a book.

Slide 4 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Let op!!!
Eindigt het werkwoord op een e  (make, write), 
dan haal je de -e  weg en plak je er -ing  achter.

I am making tea
She is writing 
We are making a lesson.

Slide 5 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Choose the Present Continuous:
Why ___ for vacation?
A
are we leaving
B
are we leave
C
we leaving
D
we leave

Slide 6 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Choose the Present Continuous.

Listen! The birds ___ a song!
A
sing
B
singing
C
are sing
D
are singing

Slide 7 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Choose the Present Continuous.

Our teacher ___ the grammar.
A
explains
B
is explain
C
explaining
D
is explaining

Slide 8 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Choose the Present Continuous.

When ___ for vacation?
A
are we leaving
B
are we leave
C
we leaving
D
we leave

Slide 9 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Ann and John ............ (work) on the computer.
A
works
B
is working
C
working
D
are working

Slide 10 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

All the boys and girls ......... (dance).
A
dancing
B
dance
C
are dancing
D
is dancing

Slide 11 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

The boys ........... (ride) on their mopeds.
A
are riding
B
ride
C
riding
D
is riding

Slide 12 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

The girl ............ (make) a video film.
A
is making
B
make
C
are making
D
making

Slide 13 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Sue ........ (play) tennis.
A
plays
B
is playing
C
are playing
D
playing

Slide 14 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Choose the Present Continuous:
Look! The birds ___ away!
A
fly
B
flying
C
are fly
D
are flying

Slide 15 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Slide 16 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Unit 1.2 CITIES
Today's learning goal is:
You can ask and answer questions about favourite cities.

Hiervoor moet je kennen:
  • 8 vragende voornaamwoorden in het Engels
  • regels van Present Simple voor +, - en ? zinnen.


Slide 17 - Tekstslide

 Spoorboekje:
Start working
Instruction (use notebook) samen eerste zinnen in boek.
Work in silence 10 minutes 16,17,18 extra 22 (use NB and phone) + check: use answer sheet 1.2 (ik kijk HW 1.1 na randomly 3 lln). Visuele helping tool op bord.
filmpje Pink Panther
Monday: 6 minutes check + HW 1.1 + 1.2

Questions 
Woon je in Purmerend? Ja/nee
Waar woon je? .............




Answers in present simple

I live in Almere

Slide 18 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

present simple: helping tool
+ BEVESTIGENDE ZINNEN
gebruik shitregel= bij she/he/it ->  werkwoord+S
b.v. She likes Purmerend

? VRAGENDE ZINNEN:   toevoegen DO of DOES 
gebruik 'does' bij she/he/it
Zet 'do' of 'does' vooraan in de zin
b.v. Do you like Purmerend?

-  ONTKENNENDE ZINNEN: toevoegen DON'T of DOESN'T 
gebruik 'doesn't' bij she/he/it
Zet 'don't' of 'doesn't' vóór het hoofdwerkwoord.
b.v. I don't like Purmerend.


timer
5:00

Slide 19 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Assignment 19: ask questions
For Geography you have to interview a friend about her/his favourite city.

Write  clearly
Use Checkbook Unit 1. 2 phrases


 

Slide 20 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Start working: wh-questions
Make WB p. 39 -> 4
extra WB p. 40 -> 2
timer
5:00

Slide 21 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 22 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Write about your city
Fill in the form 'My city is the best' 
  • make WB p. 19 -> 20 
  • work in pairs / write clearly and full sentences

  • 35 minutes
  • use dictionary (=woordenboek)
  • finished early? WB p. 20 -> 21 Start writing a draft(=klad)  blog in notebook.





Slide 23 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

An example : Almere
WB p. 19 -> 20 
First part: Describe your city in six sentences.
Black= level 1 Short phrases
Red = level 2 Longer phrases

  1. Almere is a city in the Netherlands near to Amsterdam. 
  2. It has got 4 big areas: Almere Stad, Almere Haven, Almere Buiten and recently Almere Poort.
  3. Almere is a young city with a very modern and big shopping mall.
  4. The city is the fastest growing city in the Netherlands. In 1970 there were only 100 inhabitants. Now Almere is the 7th largest city in the Netherlands and has got almost 200.000 inhabitants.
  5. It has got its own professional soccer club 'Almere City FC'.
  6. Almere isn't an old city but has got a lot of space, green areas and beaches.



Slide 24 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Start working for 10 minutes 
WORK SILENTLY
Lesson 3:
Make WB  assignment 23a 
Study words lesson 3 CB p. 84
Make WB assignments 27 and 28
Lesson 4:
Study words & phrases lesson 4 CB p. 85
Make exercises:  30a*, 31*, 32*, 33, 34, 39

*=today's new assignments
timer
10:00

Slide 25 - Tekstslide

Selftest: Matthew, Aodhan and Fawad
laptops

2A: nog doen 26 (listening)
2B: zelf nakijken lessons 3 and 4. 



I live on a farm, but I love cities.
1. Welke tijd is in de zin hierboven gebruikt? a of b?
a. Present simple
 (+ shit-regel / ? do or does / - don't or doesn't)

b. Present continuous 
(am/is/are +werkwoord+ing)

2. Aan welke twee werkwoorden zie je dat?



Slide 26 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Planning klas 2 Unit 1
Thursday: together  30a, 31 and 32 + finish blog (niet af:?)
*Monday: grammar -> must / word order / ordinals / (laptops 2b reserveren)
MWU: woordvolgorde / reading / tto: Cambridge test 
Tuesday: no lessons
Thursday: S.O.
Monday: Selftest (Matthew / Aodhan / Fawad -> Cambridge work)
Tuesday: extra instruction on present simple and present continuous
Thursday: Test Unit 1
Matthew, Aodhon and Fawad - > Self Test *

Slide 27 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

First five minutes





Study coursebook p. 83 -> Rangtelwoorden
Make workbook p. 29 -> assignment 37
Study words & phrases Unit 1 for S.O. next Thursday

Slide 28 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

What's the difference between...

  • word order in a Dutch phrase
  • word order  in an English phrase


Watch the next video and find out.



Slide 29 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 30 - Link

Deze slide heeft geen instructies

work silently for 10 minutes
Make: 
WB p. 28 -> assignment 35 
WB p. 39 -> assignment 6

Extra:
Study words & phrases CB p. 84, 85 and 86

!!Thursday 26 September: S.O. Words & Phrases Unit 1

timer
10:00

Slide 31 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

A Blog to Watch Class 2A
Finished: 16 students :) 
Sven, Matthew, Rick, Niels, Meghan, Nora, Yaden, Tycho, Indy-Joy, Farah, Dion, Fawad, Wessel, Aodhán, Shiven, Alexander 

Not finished: 13 students.
Come back: today 3.15 pm in classroom B038
 Oliwia, Esra -> niet gekomen 
Olivia, Elize -> donderdag 8.00 uur

Slide 32 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies