Wegbeschreibung

Wegbeschreibung
1 / 24
volgende
Slide 1: Tekstslide
DuitsMiddelbare schoolvmbo b, k, tLeerjaar 2

In deze les zitten 24 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 30 min

Onderdelen in deze les

Wegbeschreibung

Slide 1 - Tekstslide

geradeaus
die Ampel
die Kreuzung
links
rechts
der Kreisverkehr
der Zebrastreifen

Slide 2 - Sleepvraag



Je begint bij de pijl.
Waar ga je volgens de
beschrijving naartoe?
Wegbeschreibung 1
A
zum Museum
B
zum Kino
C
zum Schloss
D
zum Parkplatz

Slide 3 - Quizvraag



Je begint bij de pijl.
Waar ga je volgens de
beschrijving naartoe?
Wegbechreibung 2
A
zum Schlosspark
B
zum Parkplatz
C
zu der Lortzingstraße
D
zum Museum

Slide 4 - Quizvraag

Een paar sleepvragen...


Welke zin past bij welke afbeelding?

Slide 5 - Tekstslide

Biegen Sie links ab.
Gehen Sie über den Platz.
Überqueren Sie an der Ampel.
Überqueren Sie die Brücke.

Slide 6 - Sleepvraag

Bilde einen Dialog. Welche Reihenfolge ist logisch?
Entschuldigung.
Kennen Sie sich hier aus?
Ja, ich lebe hier.
Wie komme ich zu Restaurant A Mano?
Gehen Sie zuerst an die Kirche vorbei.
Nehmen Sie dann die zweite Straße rechts.
Nach 50 Metern sehen das Restaurant an der linken Seite.
Danke.
Kein Problem.

Slide 7 - Sleepvraag

Opdracht: plattegrond maken
  • De in- en uitgangen van de stad zijn bepaald en kunnen niet veranderd worden.
  • Je krijgt een lege plattegrond en jij gaat jouw stad tekenen.
  • Je kiest min. 10 ‘gebouwen’ uit die je tekent. 4x een der-woord, 4x een die-woord en 4x een das-woord
  • Zorg dat jouw plattegrond ook een rotonde, stoplicht, zebrapad etc. bevat.
  • Teken zo duidelijk mogelijk!

Slide 8 - Tekstslide

Slide 9 - Tekstslide

Slide 10 - Tekstslide

Slide 11 - Tekstslide

Slide 12 - Tekstslide

Slide 13 - Tekstslide

Sprechen

Slide 14 - Tekstslide

Nach dem Weg fragen 
Wie komme ich zur / zum ...?

  • zur gebruik je bij een vrouwelijk zelfstandig naamwoord
  • zum gebruik je bij mannelijke en onzijdige zelfstandige naamwoorden

Zum Beispiel: 
Wie komme ich zur Kirche (v)?
Wie komme ich zum Bahnhof (m)? 

Slide 15 - Tekstslide

den Weg beschreiben 

Slide 16 - Tekstslide

Startpunkt
Sie sind bei  
dem (m)
der (v)
dem (o)
... (gebouw invullen)
Beispiel:
Sie sind bei der Bibliothek (v).

Slide 17 - Tekstslide

Weiter geht's...
Zuerst (=eerst) gehen Sie bei
Dann gehen Sie bei
Danach (=daarna) gehen Sie

dem (m)
der (v)
dem (o)
... (gebouw invullen)
Beispiel:
Zuerst gehen Sie bei dem Parkplatz nach rechts. 
geradeaus / nach links / nach rechts

Slide 18 - Tekstslide

Weiter geht's...
Sie gehen an 
dem (m)
der (v)
dem (o)
... (gebouw invullen)
Beispiel:
Sie gehen an dem Kiosk vorbei. 
vorbei

Slide 19 - Tekstslide

Weiter geht's...
Gehen Sie 
an der Ampel (=stoplicht)
an der Kreuzung (=kruizing)
im Kreisverkehr (=rotonde)
Beispiel:
Gehen Sie bei der Ampel nach rechts. 
geradeaus / nach links / nach rechts

Slide 20 - Tekstslide

Weiter geht's...
Dann gehen Sie 
an der Ecke (=hoek)
nach links / nach rechts
Gehen Sie 
die Straße
entlang

Slide 21 - Tekstslide

Weiter geht's...
Folgen Sie dem Straßenverlauf (=weg) bis 
zum (m)
zur (v)
zum (o)
... (gebouw invullen)

Let op: zum = zu dem en zur = zu der. Lidwoord dus niet dubbel benoemen.
Beispiel:
Folgen Sie dem Straßenverlauf bis zum Kino. 

Slide 22 - Tekstslide

Wegbeschreibung 2.0
  1. Leg twee plattegronden naast elkaar. 
  2. Bepaal een begin- en eindpunt. 
  3. Eén persoon beschrijft in 10 zinnen de route. 
  4. Degene die luistert, loopt stapsgewijs mee met een gummetje.
  5. Degene die beschrijft: zorg voor duidelijke zinnen en zorg voor afwisseling. 

Klaar met spreekopdracht? 
1. weektaak eind van de les afmaken 
2. Klaar met weektaak? Keuze uit slim stampen of extra oefeningen week 2 classroom

Slide 23 - Tekstslide

Slide 24 - Tekstslide