Cours HV11 du lundi 17 octobre 2022

Bonjour HV11 - Lundi 17 octobre 
1 / 24
volgende
Slide 1: Tekstslide
FransMiddelbare schoolvwoLeerjaar 1

In deze les zitten 24 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

Bonjour HV11 - Lundi 17 octobre 

Slide 1 - Tekstslide

Slide 2 - Tekstslide

Objectifs
Ik kan een leesoefening maken
Ik ken Je, tu, il/elle/on, nous, vous, ils/elles in het Frans
Ik ken het werkwoord hebben / avoir in het Frans
Ik kan de lidwoorden le/la/l'/ les en un/une gebruiken in zinnen
Ik kan zelfstandig aan de slag met de phrases-clés en/of het
                                                                         leren van de woordjes

Slide 3 - Tekstslide

Leesoefening en gramm. oefening
Je maakt eerst een leesoefening, dan een quiz
Je hebt 10 minuten voor de leesoefening


Slide 4 - Tekstslide

Quiz
Pak je tablet en ga naar Lessonup.app
Vul de code in en gebruik je eigen naam
Weet je iets niet, dan schrijf je het op in je schrift


Slide 5 - Tekstslide

Het juiste lidwoord:
de fotos

Slide 6 - Open vraag

Het juiste lidwoord: een foto

Slide 7 - Open vraag

Marie et Jeanine ........ un chien
A
avez
B
ont
C
a
D
as

Slide 8 - Quizvraag

J'..... douze ans
A
as
B
avons
C
ai
D
ont

Slide 9 - Quizvraag

Pierre et Maxime ..... un chien

Slide 10 - Open vraag

Fie et Lic, vous ....... douze ans

Slide 11 - Open vraag

Ik heet .... (let op de spelling)!

Slide 12 - Open vraag

Marie et Jeanine hebben een hond. Elles ....
A
avez un chien
B
ont un chien
C
a un chien
D
as un chien

Slide 13 - Quizvraag

Liv heeft een boek. Elle .....
A
avez un livre
B
as un livre
C
a un livre
D
avons un livre

Slide 14 - Quizvraag

Wij van MH12, wij hebben een test. Nous ...
A
avons un test
B
a un test
C
as un test
D
avez un test

Slide 15 - Quizvraag

Jullie van TG11, jullie hebben een test, Vous .....
A
avons un test
B
a un test
C
as un test
D
avez un test

Slide 16 - Quizvraag

Tips:  schrijf de vervoeging van je werkwoorden op een velletje tijdens je toets
J'                  ai  (un chien) Ik heb (een hond)   
Tu                as                      Jij  hebt
Il/elle/on   a                         Hij heeft         Anouk a un chien
Nous          avons               Wij hebben
Vous           avez              Jullie hebben 
Ils/elles     ont                      Zij hebben   Anouk et Olivia ont un chien

                                                                            

Slide 17 - Tekstslide

Avoir
Remplis le verbe avoir.
Vul de juiste vorm in van het werkwoord hebben.
11 Estelle __________ trois copains.
12 Deux copains __________ un petit jardin.
13 J’ _______ un très grand arbre dans le jardin.
14 Vous _______ un petit jardin ? Avec des fleurs ?
15 Il ______ envie d’aller à la plage.





Slide 18 - Tekstslide

Keuze
Oefen met de phrases-clés - volgende slides
Oefen met WRTS: ga naar Teams en klik op de link 

Slide 19 - Tekstslide

Je sais parler de ma famille

Slide 20 - Tekstslide

 Je sais parler de moi

Slide 21 - Tekstslide

Parler de moi et de ma famille
Schrijf op:hoeveel broers en zusje je hebt
Schrijf op hoe zij heten
Schrijf op: Hoe oud ben je?
Schrijf op Ik ben ....... jaar (niet de cijfers maar het woord!)
Je zegt hoe oud je broers/zusjes zijn
Schrijf dit op en gebruik niet je boek!
Je hebt hiervoor 20 minuten. Eerder klaar? oefen met WRTS


Slide 22 - Tekstslide

Fin du cours
Oefen de phrases-clés van CH1  savoir se présenter
Maak in WRTS de oefeningen vocabulaire en leer erbij of het woord mannelijk of vrouwelijk is
Vervoeg het werkwoord avoir uit je hoofd en schrijf het op
Oefen de getallen en de dagen van de week
Oefen met:  le/la/l' / les en un/une

Slide 23 - Tekstslide

Slide 24 - Video