H3C di 1-4 direct/indirect speech


Welcome H3

  • planning
  • Vocab and grammar ex. 2+3
  • grammar: indirect/direct speech
  • work on L5 
1 / 21
volgende
Slide 1: Tekstslide
EngelsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 3

In deze les zitten 21 slides, met interactieve quiz en tekstslides.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les


Welcome H3

  • planning
  • Vocab and grammar ex. 2+3
  • grammar: indirect/direct speech
  • work on L5 

Slide 1 - Tekstslide

SOME AND ANY?

Slide 2 - Tekstslide

Wat geven we aan met some and any?
A
lidwoorden
B
hoeveelheden
C
werkwoorden
D
bijvoegelijk naamwoorden

Slide 3 - Quizvraag

Some and any

Slide 4 - Tekstslide

Ontkenningen
werkwoord + not
werkwoord + n't
woorden als never, hardly, without, 

Slide 5 - Tekstslide

samenvoegingen
Daarvoor geldt dezelfde regel als some + any

Slide 6 - Tekstslide

somebody/ someone
kunnen door elkaar gebruikt worden, maar someone klinkt iets formeler

Slide 7 - Tekstslide

anybody/ anyone
kunnen door elkaar gebruikt worden, maar someone klinkt iets formeler

Slide 8 - Tekstslide

Slide 9 - Tekstslide

Slide 10 - Tekstslide

Slide 11 - Tekstslide

Step 1 - begin van de zin
Begin de zin met bijvoorbeeld 'he said (that)....' 'they asked if.....'

Jack said: ' I like the beach?'

Jack said that he liked the beach.

Slide 12 - Tekstslide

Step 2 - juiste tijd

Slide 13 - Tekstslide

 'Jenny looks tired'                      He said that Jenny looked tired
'We are working on it'                The man said that they were working on it
'I saw you there'                            She said that she had seen me there
'Have you ever met them?'       He asked if I had ever met them

Kijk goed welke vorm het is en maak daar de verleden tijd van (past simple, past continuous of past perfect)

Slide 14 - Tekstslide

Step 3 - verander verwijzingen
Chris: 'I was at a party last night'

Chris said that he had been at a party the night before

Slide 15 - Tekstslide

Slide 16 - Tekstslide

Direct -> indirect
3 stappen:

1. begin van de zin ( he said that.... / she asked if...)
2. verander de werkwoordstijd naar de juiste verleden vorm
3. verander verwijzingen (tomorrow, yesterday, etc)

Slide 17 - Tekstslide

1. Mom: 'we are leaving in 5 minutes'
2. SpongeBob: 'Patrick is my best friend!'
3. Alex: 'we have been doing this for hours'
4. sister: 'I am going to watch that movie tomorrow'

Slide 18 - Tekstslide

U4L5
- Do ex. 5, 6 on p. 165

Done? Study voca p. 179/180 (=homework tomorrow)

Later we'll discuss the answers

Slide 19 - Tekstslide

Look at voca 4.3 p. 177
E-N -> homework for Wednesday, March 19
N-E -> homework for Monday, March 24

Slide 20 - Tekstslide

Get to work: lesson 3+4
- Do exercise 2, 3 p. 149 
- Then do exercise 1, 2, 3 p. 154


Done? Study vocabulary p. 177 (homework)
Later we'll discuss answers

Slide 21 - Tekstslide