3.3 Lezen les 2

De beste wensen en gezond en fijn 2024.
1 / 18
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo k, gLeerjaar 1

In deze les zitten 18 slides, met tekstslides.

time-iconLesduur is: 35 min

Onderdelen in deze les

De beste wensen en gezond en fijn 2024.

Slide 1 - Tekstslide

  • Op tijd 
  • Spullen bij je (werkboek, laptop, 
     pen/potlood.) Check Magister
  • huiswerk?!

Slide 2 - Tekstslide

  • Rustig
  • Kijk op bord wat nodig
  • Pak je leesboek, rustig aan het lezen
  • Respect naar elkaar

Slide 3 - Tekstslide

  • Twee hoofdstuktoetsen (hoofdstuk 3 en 4)
      - lezen, woorden, grammatica, spelling
  • Opdracht fictiedossier
Deze periode

Slide 4 - Tekstslide

In deze paragraaf leer je:
  • alinea’s herkennen
  • kernzinnen in een alinea aanwijzen
    hoofd- en bijzaken onderscheiden
  • signaalwoorden herkennen die een tegenstelling aangeven
Vandaag 3.3 Lezen

Slide 5 - Tekstslide

3.3 Lezen
- Lesboek en etui op de hoek van je tafel.
- Ga op je vaste plek zitten
- Pak je leesboek en ga rustig lezen

Slide 6 - Tekstslide

Vandaag - korte les
- Huiswerk bespreken
- Kerst Kahoot

Slide 7 - Tekstslide

3.3 Lezen
Leertekst : Kernzin en toelichting blz. 195

Een langere tekst is verdeeld alinea’s. De zinnen in een alinea horen bij elkaar. Ze gaan over hetzlfde stukje van het onderwerp (deelonderwerp).

In een alinea staat bijna altijd een kernzin: de zin met de belangrijkste informatie van die alinea. Vaak is het de eerste zin van de alinea.
De andere zinnen zijn een toelichting bij de kernzin. Ze geven uitleg of een voorbeeld.

Slide 8 - Tekstslide

3.3 huiswerk bespreken
opdracht 6, 7 en 8 op blz. 195 - 197 


Slide 9 - Tekstslide

3.3 Lezen
In deze paragraaf:
  • leer je alinea's herkennen
  • kernzinnen in een alinea aanwijzen
  • hoofd- en bijzaken onderscheiden
  • signaalwoorden van een tegenstelling herkennen

Slide 10 - Tekstslide

3.3 lezen - deze les
  • Alinea's herkennen
  • Kernzinnen in een alinea aanwijzen

Slide 11 - Tekstslide

3.3 Lezen
Leertekst : Alinea blz. 192

Een langere tekst is vaak opgedeeld in kortere stukjes tekst: alinea’s. In een alinea wordt een stukje van het onderwerp (het deelonderwerp) behandeld.
Zo herken je een alinea:
• een nieuwe alinea begint altijd op een nieuwe regel;
• de laatste zin in een alinea loopt meestal niet door tot het eind van de regel;
• de eerste regel springt soms in;
• soms - best wel vaak - staat er een witregel tussen twee alinea’s.
• soms hebben alinea's een tussenkop

Slide 12 - Tekstslide

3.3 Lezen
leertekst : Alinea blz. 192

Let op: In de lesmethode zijn
de alinea’s meestal genummerd.
Zo weet je naar welke alinea’s wordt
verwezen in opdrachten.
In tijdschriften, kranten en
online teksten staan
er geen nummers voor alinea’s.


Slide 13 - Tekstslide

3.3 Lezen 
Samen lezen tekst 1 en maken opdracht 5.

Slide 14 - Tekstslide

3.3 Lezen 
Maak opdracht 6, 7 en 8 op blz. 195 - 197

Slide 15 - Tekstslide

3.3 lezen 
  • Alinea's herkennen
  • Kernzin en toelichting aanwijzen

Slide 16 - Tekstslide

3.3 Lezen - Opdracht Gevonden voorwerpen
Een tekst in alinea's verdelen helpt je een tekst beter te kunnen lezen.

  • Je krijgt een tekst over 'Gevonden voorwerpen' 
  • Die tekst is niet ingedeeld in een inleiding, kern en slot. 
  • Er zijn ook nog geen alinea's en tussenkopjes.
  • Dat ga jij met je buurman/vrouw doen.
  • Verdeel de tekst in 6 alinea's en zet de 4 tussenkopjes op de juiste plek
  • Je mag een (gekleurd) potlood gebruiken..
  • Wie weet de best leesbare tekst te maken?

Slide 17 - Tekstslide

3.3 Lezen 
Maak opdracht 4  op blz. 193 -194 (dit is ook je huiswerk voor morgen)

Slide 18 - Tekstslide