Wis havo 3 d-toets hoofdstuk 7

• Wiskunde
• Voortgezet speciaal onderwijs
• Leerroute 3

Hoofdstuk 7: Goniometrie

We bespreken wat je voor de toets moet kennen en kunnen

Wat moet je kennen en kunnen?

• Je moet in een rechthoekige driehoek een hoek of een zijde kunnen berekenen. Daarbij maak je gebruik van de tangens , sinus of cosinus.
• Je weet hoe je een berekening moet opschrijven! Kijk naar het voorbeeld op blz 57 (hoek berekenen) en naar de voorbeelden op blz 63 (zijde berekenen) denk aan het stappenplan.

• Je weet dat je soms eerst een schets moet maken voordat je met een berekening begint . Dat is niet alleen bij een verhaaltjes opdracht (zoals bij opdracht 52) Kijk maar naar opdracht 13 bijvoorbeeld 
• Je weet dat je soms een hulplijn moet tekenen om een rechthoekige driehoek te kunnen maken (bijvoorbeeld bij gelijkbenige driehoeken)

• Je weet dat als een hellingspercentage 18% is dat dan geldt; tan hoek B =0,18 (zie voorbeeld blz 67)
• Je weet dat je soms eerst een ander zijde met de stelling van Pythagoras moet uitrekenen, voordat je een bijvoorbeeld een hoek kunt berekenen.

extra voor wiskunde B

• Je kunt lijnstukken berekenen door gebruik te maken van gelijkvormigheid. Je weet ook hoe je de berekening moet opschrijven. (let op de lettervolgorde bij gelijkvormige driehoeken) zie voorbeeld blz 71
• Je herkent zandloperfiguren en snavelfiguren: je weet dat je dan gelijkvormigheid kan aantonen door gelijke hoeken aan te tonen. zie blz 70
• Je weet hoe je hoeken moet berekenen in de ruimte. Je maakt gebruik van het werkschema op blz 72 

dit noemen ze ook een zandloperfiguur...

Huiswerk voor dinsdag 2 juni

Maak de diagnostische toets van hoofdstuk 7 . Kijk de opdrachten ook na.

De toets van hoofdstuk 7 is op dinsdag 8 juni