Blits les 21 + 22

Blits les 21 + 22!
-Je leert kaarten nauwkeurig te 
bekijken en te begrijpen.
-Je maakt daarbij gebruik van de 
legenda en windroos. 
1 / 22
volgende
Slide 1: Tekstslide
BasisschoolGroep 6

In deze les zitten 22 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Blits les 21 + 22!
-Je leert kaarten nauwkeurig te 
bekijken en te begrijpen.
-Je maakt daarbij gebruik van de 
legenda en windroos. 

Slide 1 - Tekstslide

Samen de tekst lezen
Wijs mee waar we zijn

Slide 2 - Tekstslide

Plattegrond Pretpark
Bij de kassa kopen Hannes en zijn ouders
direct een plattegrond van het pretpark. 
Nu kan Hannes zien waar ze nog niet geweest
zijn en raakt hij de weg niet meer kwijt.

Welke richtingen geeft de windroos aan?
Waarom zie je ook de volgende letters:
NW, NO, ZO en ZW?

Legenda bespreken en looprichting oefenen

Slide 3 - Tekstslide

Slide 4 - Tekstslide

Opgave 1. Bekijk bron 1.
Kijk goed naar de windroos. Welke attractie ligt ten zuidoosten van de toiletten? (1 woord)

Slide 5 - Open vraag

En welke attractie ligt ten noordwesten van de Super Glijbaan?
A
Old Timer baan
B
Piraat
C
Wild West Adventure
D
Showtheater

Slide 6 - Quizvraag

Wat ligt er ten zuiden van de snackshop?
A
Old Timer baan
B
Piraat
C
Wild West Adventure
D
Showtheater

Slide 7 - Quizvraag

Welke attractie ligt het meest oostelijk in het park?
A
The eagle
B
Chuckwagon
C
Westernville
D
Looping Star

Slide 8 - Quizvraag

In welk deel van het pretpark ligt het showtheater?
A
noordwesten
B
zuidoosten
C
zuidwesten
D
noordoosten

Slide 9 - Quizvraag

Welke attractie ligt ten zuidwesten van de Piraat?
A
The eagle
B
Chuckwagon
C
Westernville
D
Looping Star

Slide 10 - Quizvraag

Je loopt van attractie 41 naar 51.
Welke richting is dat?
A
Naar het noorden
B
Naar het zuiden
C
Naar het oosten
D
Naar het westen

Slide 11 - Quizvraag

Je loopt van attractie 41 naar 48.
Welke richting is dat?
A
Naar het noorden
B
Naar het zuiden
C
Naar het oosten
D
Naar het westen

Slide 12 - Quizvraag

Opgave 2. Bron 2.
In het doolhof komt Hannes allerlei figuren tegen. Deze hebben een vaste plaats. Wie staat er ten zuidoosten van Peter Pan?

Slide 13 - Open vraag

Bron 2: Hannes staat nu bij Mickey Mouse. Welke richting moet hij op om bij Peter Pan te komen?
A
noordoosten
B
noordwesten
C
zuidoosten
D
zuidwesten

Slide 14 - Quizvraag

Bron 2: In welke richting ligt de uitgang ten opzichte van de ingang?
A
noordoosten
B
noordwesten
C
zuidoosten
D
zuidwesten

Slide 15 - Quizvraag

Let op:
Neem bladzijde 53 voor je.

Bestudeer de 3 bronnen

Slide 16 - Tekstslide

Bron 1: Hoever is het ongeveer van Goor naar Hengelo?
A
5 km
B
10 km
C
15 km
D
25 km

Slide 17 - Quizvraag

Bron 1: Wat ligt ten noorden van Enschede en ten oosten van Hengelo?
A
vliegveld
B
heide
C
zwembad
D
station

Slide 18 - Quizvraag

Bron 1:Je rijdt met de stoptrein van Enschede naar Almelo. Bij welke 2 plaatsen stopt de trein onderweg?
A
Enschede - Oldenzaal
B
Hengelo - Borne
C
Hengelo - Wierden
D
Borne - Almelo

Slide 19 - Quizvraag

Bron 2: Van welk deel van het boek is dit een stukje?
A
titelpagina
B
inhoudsopgave
C
register
D
voorkant

Slide 20 - Quizvraag

Bron 2: Op welke pagina vind je niks over een groothoekobjectief?
A
40
B
72
C
100

Slide 21 - Quizvraag

Bron 3: Als Hannes met zijn ouders om 16.44 uur met de trein vertrekken naar Hilversum. Hoe laat zijn ze dan thuis?
A
16.44 uur
B
16.57 uur
C
00.13 uur
D
18.27 uur

Slide 22 - Quizvraag