V5 Arm en Rijk H1§2 Ethiopië, een paradijs boven de evenaar?

week 5, les 1+2
VWO 5 Arm en rijk H1§2
1 / 36
volgende
Slide 1: Tekstslide
AardrijkskundeMiddelbare schoolvwo

In deze les zitten 36 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 6 videos.

time-iconLesduur is: 90 min

Onderdelen in deze les

week 5, les 1+2
VWO 5 Arm en rijk H1§2

Slide 1 - Tekstslide

Inhoud
  • Welkom
  • Herhaling vorige les(sen)
  • Leerdoel(en)
  • Uitleg/werkvorm/filmpje/etc.
  • Verlengde instructie/zelfstandig werken
  • Check leerdoel(en)

Slide 2 - Tekstslide

Herhaling vorige les

Slide 3 - Tekstslide

Wat is de hoofdstad van Ethiopië?
A
Kaapstad
B
Caïro
C
Addis Abeba
D
Antananarivo

Slide 4 - Quizvraag

In Ethiopie werken de meeste mensen in
A
de landbouw
B
de industrie
C
de dienstensector

Slide 5 - Quizvraag

De bevolking in Ethiopië
A
groeit snel door natuurlijke bevolkingsgroei
B
groeit snel door sociale bevolkingsgroei
C
groeit niet zo snel door een hoog sterftecijfer

Slide 6 - Quizvraag

Hoeveel talen worden er in Ethiopië gesproken?
A
Minder dan 50 talen
B
Minder dan talen 20
C
Meer dan 80 talen
D
65 talen

Slide 7 - Quizvraag

De grote armoede in Ethiopie is te wijten aan
A
het koloniale verleden
B
het ontbreken van good governance
C
door slechte landschappelijke omstandigheden

Slide 8 - Quizvraag

Het dichtstbevolkte gebied in Ethiopie is
A
het centrale noordelijke deel
B
het zuidelijkste deel
C
het noordoostelijke deel

Slide 9 - Quizvraag

Hoeveel inwoners heeft in Ethiopië ongeveer ?
A
50 miljoen.
B
100 miljoen.
C
150 miljoen.
D
200 miljoen.

Slide 10 - Quizvraag

Wat is de meest voorkomende godsdienst in Ethiopië?
A
Islam
B
Katholiek(christelijk)
C
Orthodox(christelijk)
D
Protestants(christelijk)

Slide 11 - Quizvraag

Slide 12 - Video

Slide 13 - Video

Leerdoel(en) §1.2
  • Je kunt de gebiedskenmerken van de bergstaat Ethiopië beschrijven en verklaren hoe deze kenmerken de voedselproductie beïnvloeden;
  • Je kunt beschrijven en verklaren hoe de interne en externe relaties van Ethiopië de voedselvoorziening beïnvloeden.  

Slide 14 - Tekstslide

Slide 15 - Video

De natuurlijke omgeving
► Sterk verschillende landschappen 
  • Het Ethiopische Hoogland is het brongebied van grote rivieren, zoals de Blauwe Nijl.
  •  Rondom het hoogland steeds drogere klimaatgordels.
  •  De Rift Valley maakt vervoer extra lastig.

Slide 16 - Tekstslide

Vier neerslaggebieden

► Elk neerslaggebied heeft een eigen neerslagregiem: hoeveel neerslag en hoe verdeeld over het jaar?

Slide 17 - Tekstslide

Vier neerslaggebieden met hun neerslagregiem

Slide 18 - Tekstslide

De aride zone:
 nomadengebied. Droogtelandbouw in lagere delen. Natuurlijke plantengroei is schaars, de bodems onvruchtbaar.

Slide 19 - Tekstslide

De semi-aride zone: 

met twee korte natte tijden. Akkerbouw op de vruchtbaarste velden. Halfnomadische veeteelt.

Slide 20 - Tekstslide

De subhumide zone:
 
een savannegebied met half jaar neerslag. Gemengde bedrijven met ook maisteelt als veevoeder. De slaapziekte is hier een probleem in de veehouderij.

Slide 21 - Tekstslide

De humide zone
 
: overdadige neerslag in de zomer. Veel bossen zijn gekapt.

Slide 22 - Tekstslide

Verlengde instructie/zelfstandig werken
Maak opgave 3, 4, 5.

Tijd:   

Slide 23 - Tekstslide

Slide 24 - Video

Maak nu opgave 7

Slide 25 - Tekstslide

Zelfstandig werken: Keuze.
Maak de paragraaf leerbaar door het maken van: 
  • een quizlet of;
  • een woordweb of;
  • een begrippenlijst en overzicht algemene verbanden of;
  • een samenvatting (Cornell). 

Slide 26 - Tekstslide

Check leerdoel(en)

Slide 27 - Tekstslide

Waar valt in Ethiopië de meeste neerslag?
A
Het noorden
B
Het oosten
C
Het zuiden
D
Het westen

Slide 28 - Quizvraag

Een juiste omschrijving van het begrip neerslagregiem is:
A
Schommelingen in de neerslag door het jaar
B
Verschil tussen natste en droogste maand
C
Neerslagvariabiliteit + neerslagintensiteit
D
Neerslag - verdamping door het jaar heen.

Slide 29 - Quizvraag

Slide 30 - Tekstslide

Waarvoor dient dit net met keien?

Slide 31 - Open vraag

Heeft Ethiopië een positieve of negatieve handelsbalans?
A
Positief, meer import dan export
B
Negatief, meer import dan export
C
Positief, meer export dan import.
D
Negatief, meer export dan import.

Slide 32 - Quizvraag

Op een schaal van 1 tot 10: schat in hoe goed jij bent voorbereid voor het volgende onderwerp wanneer deze in de toets komt:
neerslagregiem, vier neerslaggebieden, afhankelijkheid van het buitenland.
010

Slide 33 - Poll

Wat vond je van de les?
😒🙁😐🙂😃

Slide 34 - Poll

Slide 35 - Video

Slide 36 - Video