Bekwaam = als je vaardig bent in de handeling, omstandigheden kunt beoordelen waarbinnen handeling plaatsvind, adequaat kunt reageren bij complicaties
Slide 4 - Tekstslide
De zorgverlener die medicijnen gereedmaakt moet hiervoor .... zijn
A
bevoegd
B
bekwaam
C
bevoegd en bekwaam
D
niet bevoegd en bekwaam
Slide 5 - Quizvraag
Wanneer ben je bevoegd om een handeling uit te voeren?
A
Als je scholing voor de handeling hebt gevolgd
B
Als je de handeling meerdere keren zelfstandig hebt uitgevoerd.
C
Je mag iemand anders een taak geven de handeling uit te voeren
D
Geen idee
Slide 6 - Quizvraag
Slide 7 - Video
Ik heb een verklaring rondom gedrag (VOG) in moeten leveren bij start van mijn werk
A
Ja
B
Nee
C
VOG, wat is dat?
Slide 8 - Quizvraag
Wat doen jullie als de cliënt of familie een klacht heeft over de zorg?
Slide 9 - Open vraag
WGBO = Wet Geneeskundige Behandelingsovereenkomst
Deze wet gaat over:
- de rechten en plichten van de zorgvrager
- medisch beroepsgeheim
Slide 10 - Tekstslide
Waar heeft de cliënt recht op?
Slide 11 - Woordweb
Rechten van de client
- Duidelijke informatie over de behandeling
- behandeling kan pas starten als de cliënt toestemming geeft
- cliënt mag altijd zorgdossier inzien, familie van de cliënt mag dit ook als de cliënt hen gemachtigd heeft
- recht op privacy m.b.t. medische gegevens
Slide 12 - Tekstslide
Wat is de cliënt verplicht?
Slide 13 - Woordweb
Plichten van de client
- client moet juiste en volledige informatie geven aan de behandelaar
- client is verplicht adviezen op te volgen (therapie-trouw te zijn)
Slide 14 - Tekstslide
Plichten van de zorgverleners
- Behandelend arts moet een medisch dossier opstellen
- Als cliënt wilsonbekwaam is, mag de wettelijk vertegenwoordiger beslissingen nemen
- Als de cliënt wilsonbekwaam is en er moet een spoedbeslissing worden genomen (cliënt in coma) kan de arts dit doen
Slide 15 - Tekstslide
Voorbeelden onvrijwillige zorg
Slide 16 - Woordweb
Wet zorg en dwang (Wzd)
Nee, tenzij gedrag leidt tot ernstige nadelen voor cliënt of anderen.
Alternatieven voor onvrijwillige zorg?
Extern deskundige
Altijd toezicht
Slide 17 - Tekstslide
Slide 18 - Video
WMCZ
Cliëntenraad behartigt belangen
Meepraten over beleid
Cliënten krijgen informatie (verplicht)
Cliënten vergaderen met bestuur (verplicht)
Advies cliëntenraad MOET meegenomen worden
1 persoon uit de cliëntenraad is lid van raad van bestuur
Slide 19 - Tekstslide
Mishandeling of huiselijk geweld, wat moeten we ermee?
Slide 20 - Tekstslide
Wet verplichte meldcode huiselijk geweld en kindermishandeling
Zorgprofessional wordt ondersteund bij vermoedens
Meldrecht; ondanks beroepsgeheim een vermoeden melden bij VeiligThuis
Volg het stappenplan!
Er moet vastgelegd zijn:
- Wie doorloopt de meldcode?
- Wie is eindverantwoordelijk voor stap 5?
- Medewerkers scholen over vormen van geweld
- Hoe gaan we om met vertrouwelijke gegevens van cliënten?
Slide 21 - Tekstslide
Wet langdurige zorg
Welke cliëntdoelgroepen vallen onder de WLZ?
En welke niet?
Slide 22 - Tekstslide
Boek (20min)
Klassikaal tijd om te werken aan:
Hoofdstuk 3, opdracht 1 t/m 10
Slide 23 - Tekstslide
Slide 24 - Tekstslide
Medicijnen
Uitsluitend op recept (UR) - mag alleen gebruikt onder medisch toezicht, alleen in apotheek verkrijgbaar
Niet-recept plichtig (NR) - te koop bij drogist of supermarkt
Homeopathisch - worden gemaakt van natuurlijke producten en vallen onder Geneesmiddelenwet
Alternatieve geneesmiddelen - kruiden/vitaminen/supplementen die niet vallen onder Geneesmiddelenwet
Slide 25 - Tekstslide
Paracetamol is een
A
Uitsluitend op recept - medicijn
B
Niet recept plichtig -medicijn
C
Homeopathisch middel
D
Alternatief geneesmiddel
Slide 26 - Quizvraag
Echinaforce is een
A
Uitsluitend op recept - medicijn
B
Niet recept plichtig -medicijn
C
Homeopathisch middel
D
Alternatief geneesmiddel
Slide 27 - Quizvraag
Fosinopril (bloeddrukverlager) is een
A
Uitsluitend op recept - medicijn
B
Niet recept plichtig -medicijn
C
Homeopathisch middel
D
Alternatief geneesmiddel
Slide 28 - Quizvraag
Indicatie
Contra-indicatie
Aandoening/ziekte of symptoom waarvoor het medicijn wordt voorgeschreven
Medicijn verergert de ziekte, dit is een reden om het medicijn niet te gebruiken
Slide 29 - Sleepvraag
Voorbeeld
Sommige pijnstillers (diclofenac of ibuprofen) zijn slecht voor de nieren als de patiënt al een slechte nierfunctie heeft. Je geeft dan liever een andere pijnstiller, zoals paracetamol of morfine