Past continuous (unit 3) 21-02

1 / 16
volgende
Slide 1: Tekstslide
EngelsMiddelbare schoolvmbo gLeerjaar 3

In deze les zitten 16 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 40 min

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Tekstslide

Plan
  • Talk about the past!
  •  Workbook


Goal: To recognize the past continuous

Slide 2 - Tekstslide

What were you doing yesterday at 20:00 h?
Answer like: 'I was .......'

Slide 3 - Open vraag

I was doing the dishes yesterday at 19:00 h. 

I was watching a movie yesterday at 20:45 h.

Slide 4 - Tekstslide

The Past Continuous
was / were + hele werkwoord + -ing
How to create it? 
verleden tijd van to be
bv. to do,
      to look
bv. doing
       looking

Slide 5 - Tekstslide

The Past Continuous
Wanneer gebruiken we deze vorm? 
- als iets in het verleden een tijdje duurde of aan de gang was:
This time last year I  was living in Hong Kong
- wanneer een actie nog bezig is, maar onderbroken wordt: 
We were watching TV, when the door bell rang

Slide 6 - Tekstslide

The Past Continuous
Wanneer gebruiken we deze vorm? 
- als iets in het verleden een tijdje duurde of aan de gang was:
This time last year I  was living in Hong Kong
- wanneer een actie nog bezig is, maar onderbroken wordt: 
We were watching TV, when the door bell rang
Past Simple,
is de onderbreking

Slide 7 - Tekstslide

bevestigend / ontkennend / vragend
+
-
?
I was doing ...
I wasn't doing ...
Was I doing?
We were playing
We weren't playing
Were we playing?

Slide 8 - Tekstslide

Spellingsverandering bij het maken van de -ing-vorm
- Als het werkwoord eindigt op een -e, laat je die weg:
   to lose -- losing; to have -- having 
- Als het werkwoord eindigt op een medeklinker met één klinker ervoor, dan       verdubbel je de medeklinker:
   to hit -- hitting; to get -- getting
                    Dit geldt niet als het werkwoord eindigt op een -w of een -x:
                       to snow -- snowing
- Als het werkwoord eindigt op -ie, verandert dat in -y
   to tie -- tying; to lie -- lying

Slide 9 - Tekstslide


Fill in the correct form of TO DO

What ... you ... when the alarm went off last night?


A
were doing
B
was doing
C
are doing
D
am doing

Slide 10 - Quizvraag

Fill in the correct form of TO SLEEP

I ... ... when you got home late this morning.
A
was sleeping
B
were sleeping
C
was slept
D
were slept

Slide 11 - Quizvraag

Fill in the correct form of TO HAVE

He ... ... difficulty breathing, until the ambulance arrived.
A
was haveing
B
were haveing
C
was having
D
were having

Slide 12 - Quizvraag

Fill in the correct form of TO LISTEN.

What did he say? I don't know I ... ... .
A
am not listening
B
aren't listening
C
wasn't listening
D
weren't listening

Slide 13 - Quizvraag

Fill in the correct form of TO WORK

When I ... ..., the lights went out.
A
was working
B
were working

Slide 14 - Quizvraag

Fill in the correct form of TO RUN

He ... ... 10 KM, when his mum called


A
was running
B
were running
C
was runing
D
were runing

Slide 15 - Quizvraag

TO DO:
In pairs create 10 sentences about things that were/weren't happening yesterday afternoon.
Use the past continuous!
Yesterday afternoon...
they were collecting the trash.
The bird was sitting on the statue.
Done? 5A ex 1 - 3
Study words Unit 5




Slide 16 - Tekstslide